"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Aarzelsnede

Renske wil een goede kinderarts worden en heeft voor haar patiënten alles over. Maar dat geneeskunde ook bestaat bij de gratie van het nemen van risico’s heeft niemand haar tijdens haar studie verteld. En evenmin dat zij met hulpzoekenden zoals Sara te maken krijgt, die uitdaging en bedreiging tegelijk blijken te zijn. Dit veertienjarige hyperintelligente meisje met verdacht veel medische kennis scheldt tegen iedere hulpverlener en eist een operatie die andere ziekenhuizen eerder al weigerden. Maar elke poging om een heldere diagnose vastgesteld te krijgen wordt door Sara tegengewerkt, en mislukt. Het meisje heeft ‘definitief genoeg van al die overbodige medische martelingen’ als bloedprikken of gewicht controleren. En welk toneelstuk spelen de opvallend welbespraakte ouders, die pretenderen niets liever te willen dan dat hun kind weer ‘een normaal leven kan gaan leiden’, maar onderling met iets heel anders bezig zijn? Als de ouders dreigen met een klacht bij de tuchtrechter en willen vertrekken naar een ander ‘professioneler’ ziekenhuis, weet Renske echt niet meer of dit theater is of een medische catastrofe voor de patiënt en voor de kinderarts zelf. Zij zoekt tot de laatste pagina naar de juiste oplossing en de lezer zit op het puntje van zijn stoel.

Informatie