"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Hierna

Kurt Tucholsky, een van de belangrijkste publicisten van de Weimarrepubliek, schreef in Die Weltbühne een aantal columns onder de titel Nachher. Nu voor het eerst in Nederlandse vertaling als Hierna. Hoe kijken we na onze dood terug op ons leven? Hebben we ergens spijt van? Weet de Almachtige alles of is Hij ook niet perfect? Krijgen we nog een tweede kans en doen we het dan anders of gaan we weer op dezelfde wijze de mist in? In elk geval kun je op excursie gaan naar de Berg van het Lachen. ‘Wat is dat? Waar breng je me heen?’ vroeg hij zachtjes. ‘Wat dit is?’ zei ik. ‘Dit is de Berg van het Lachen. Klim ietsjes naar boven – kom hier staan. Luister!’ Er kwamen lachsalvo’s naar beneden rollen, lachgolven, giechelende beekjes, hele toonladders van geluid kletterden naar beneden, met grote voeten snelden ze in etappes naar beneden, kwamen op ons af en toen ze waren aangekomen, ebden ze ademloos weg in zachte klanken… De grond onder onze voeten beefde licht. De bassen lachten dreunend, vrouwengelach steeg trillend op en verstierf melodieus, coloratuurgelach en zilveren belletjes… Vettig leedvermakelijk gelach walste glibberig naar beneden en klotste breeduit het land op; mekkerend gelach en het vrolijke gelach van kinderen, scherpe lachstemmen die over elkaar heen buitelden, de één klom over de ander totdat ze oplosten. En opnieuw rees er een koor van gelach op, gedempt overstemd door een vettig, ouwelijk gelach, vergezeld van een zoete vrouwenstem. Stilte. Een stroom van lachtranen druppelde aan ons voorbij (…) ‘Er bestaat Iets dat heeft begrepen waarom Hij het daar beneden allemaal geschapen heeft. Het heeft de grap van de wereld begrepen. ‘Sindsdien is het niet opgehouden met lachen,’ zei ik.

Informatie