"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Alles rustig

Vrijdag, 4 januari, 2019

Geschreven door: Nick Klaessens
Artikel door: Istvan Kops

In de selectie van DVC Buiksloot

[Recensie] Zondagavond 19.00 uur. Met het bord op schoot. Het is een traditie die de jongere generaties misschien niet meer zoveel zegt. Tegenwoordig kun je immers met alle beschikbare tv-kanalen en internet op elk willekeurig moment naar voetbal kijken en is de vaste zondagavond steeds meer iets uit het verleden en steeds meer nostalgie. Alles Rustig?, de debuutroman van Nick Klaessens (1984), ademt bij tijd en wijle een beetje deze nostalgie uit, maar springt ook mooi in op actuele ontwikkelingen op en rondom het voetbalveld.

Op de voorkant van het boek staat de tekst Een voetbalroman. Dan is dat ook maar meteen duidelijk. Een roman over voetbal, die zien we niet zo veel. Tv-series over voetbal zijn wat dat betreft een stuk minder uitzonderlijk. Denk alleen al aan All Stars en Voetbalvrouwen. Het is dan ook niet heel verrassend dat er reeds plannen zijn voor een tv-serie op basis van dit boek.

In Alles rustig? volgen we het leven van Nick Klaessens. Dat werpt natuurlijk meteen de vraag op in hoeverre de roman fictie is en hoeveel biografisch werk. In elk geval staat vast dat Nick Klaessens zijn inspiratie voor zijn debuutroman vooral heeft gehaald uit zijn ervaringen als Limburger in een multicultureel voetbalelftal in Amsterdam-Noord. Net als de schrijver Nick Klaessens is het personage Nick Klaessens journalist en woonachtig in Amsterdam-Noord. Als freelancer schrijft hij voor verschillende bladen. Het geeft hem enige structuur in zijn leven, al moet daar ook weer niet te veel van worden voorgesteld. Zijn leven als zzp ‘er geeft hem precies de hoeveelheid vrijheid die hij nodig heeft. Veel meer behoefte aan vastigheid heeft hij niet. In het weekend is het feesten tot in de kleine uurtjes. Dat verandert allemaal als hij Lisa en haar zevenjarige zoon Noah tegenkomt. Plots komt zijn vrijgezellenleventje op losse schroeven te staan, maar eigenlijk vindt hij dat wel best. Verder komt ook nog een oude liefde onverwachts op zijn pad: voetbal. Hij treedt toe tot de selectie van DVC Buiksloot, een team dat uitkomt in de zaterdag 2 klasse. Buiksloot is een fusieclub die de rivalen DWV en de Volenwijckers samenbracht. Deze laatste ploeg zal menig voetbalclubfetisjist bekend voorkomen. In 1944 werd de ploeg landskampioen van Nederland en er hebben ook bekende voetballers gespeeld, zoals Co Adriaanse, Romeo Castelen en Mario Melchiot.

Er valt trouwens meer dan genoeg te genieten en te herkennen voor de voetbalminnende Nederlandse lezer. In het boek wordt regelmatig stilgestaan bij verschillende clubs en hun selecties. Alles rustig? is echter niet alleen maar een voetbalroman. Het is ook een roman over Amsterdam-Noord en de multiculturele samenleving. Het leven en de inwoners van Amsterdam-Noord worden door Nick Klaessens in geuren en kleuren beschreven. Hij doet dat met passie, maar vooral met veel humor. Neem alleen al de eerste twee zinnen van het boek:

Boekenkrant

“De FEBO is de vliegenstrip van het Buikslotermeerplein. Van parmantige hommels en zoemende zenuwlijers tot dikke strontvliegen, alles blijft hier plakken na een bezoek aan de markt, een potpourri van werkloos, bejaard, alcoholverslaafd en zzp’end Amsterdam-Noord.”

De voetbalwedstrijden worden bijzonder geestig beschreven. Al na drie partijen krijgt Nick te horen dat hij de aanvoerdersband krijgt. Alleen maar omdat hij als enige normaal met de scheidsrechter kan praten. Het wordt niet meteen een onverdeeld succes. De eerste wedstrijd onder zijn aanvoerderschap is het chaos troef op het veld. De ergernis is zo groot bij de trainer dat hij de handdoek in de ring gooit en tijdens de rust woedend wegloopt.

De Limburger Nick blijkt zich wonderwel thuis te voelen in de groep met Antillianen, Turken, Surinamers, Marokkanen en een Malinees. De taal die ze onderling gebruiken is een straattaal die voor de Hollandse buitenstaander nauwelijks is te volgen. Het boek is doorspekt met deze straattaal, waardoor het af en toe wat gokwerk is wat er zoal precies wordt besproken. De straatwoordenboek achterin het boek is geen overbodige luxe, al is het nogal een gedoe om telkens heen en weer te bladeren. Het beste is misschien om maar gewoon met de flow van de taal mee te gaan.

Nick gaat zelf zodanig in die flow mee dat hij merkt dat hij zich misschien wel meer thuisvoelt in deze multiculturele groep dan hij zich ooit heeft thuisgevoeld in Limburg, waar gevoelige onderwerpen vooral onbesproken blijven. Als zijn vader hem vraagt waarom hij niet voor een witter team speelt, merkt hij dat hij zich daar boos over maakt en dat hij het vreemd vindt dat hij dit uit moet leggen. Het is een mooi moment dat bijna een zelfstandige roman rechtvaardigt. Er gebeurt sowieso erg veel in deze sympathieke roman. Misschien een beetje té veel. Gelukkig hebben we straks nog de tv-serie om alles rustig terug te kijken.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles