"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Bliksemkind

Zaterdag, 17 september, 2022

Geschreven door: Hans Hagen, Martijn van der Linden
Artikel door: Jaap Friso

De genezende krachten van een wondersteen

[Recensie] Het vocht in de lucht had me wakker gekust vertelt het onweer over de enorme stortbui met donder en bliksem die aan de basis van dit boek ligt. Het rijstveld is er blij mee en zuigt het water op als een spons. Yoko vangt tijdens het onweer een steen die in het openingshoofdstuk zelf aan het woord komt: ‘Ik-zwarte-steen lag tussen het bamboe. Ik lag er al eeuwen, veilig verstopt’.

Hans Hagen kiest in Bliksemkind voor een vertelstructuur waarbij het verhaal vanuit allerlei personen en voorwerpen wordt verteld. De steen, het bad, de emmer en het rijstveld vertellen samen met Yoko en de mensen om haar heen een verhaal. Die vorm werkt op zich wel, ook al voelt het niet altijd logisch aan, bijvoorbeeld als de voorvork van een fiets aan het woord komt. Hagen had strenger kunnen kijken naar wat de verschillende perspectieven echt te vertellen hebben en bijdragen. Ze staan nu vooral in dienst van het lopende verhaal dat is gebaseerd op echte gebeurtenissen en enorm tot de verbeelding spreekt.

Yoko wordt een soort Jomanda die door de aanraking met de steen genezende krachten krijgt die grote gevolgen hebben voor haar gezin en het dorp. Al snel staan er enorme rijen mensen met grote en kleine kwalen die onderdeel willen zijn van dit wonder. Hagen maakt van het verhaal, dat op waarheid is gebaseerd en erg tot de verbeelding spreekt, een meeslepende geschiedenis van waarin hij tussen de regels commentaar verstopt over hebzucht en massahysterie. Het hele dorp lift mee op de gave van Yoko en iedereen wordt rijk van de zieken. ‘De bliksemsteen trok het hele dorp uit de stront.’ Dat lijdt natuurlijk tot hebberigheid en jaloezie: geld maakt niet alleen maar gelukkig.  Uiteindelijk neemt de kracht van de gloeiende steen en wordt Yoko bevrijd uit de kooi die haar leven inmiddels is geworden.

Net als in Yuna’s maan gebruikt Hagen korte zinnen en poëtische, ritmische taal. Een vorm die hier nog toegankelijker werkt dan in zijn vorige boek. Illustrator Martijn van der Linden is in vorm met kleurrijke en krachtige beelden die een enorme toegevoegde waarde zijn. Tekst en beeld gaan een symbiose aan die Bliksemkind uittilt boven het gemiddelde boek. Hier wordt iets uitgeprobeerd in vorm, taal en beeld; dit experiment met de verbeelding kan alleen maar toegejuicht worden, ondanks dat niet alles volledig uit de verf komt. Bliksemkind is een bijzonder boek dat misschien niet heel gemakkelijk zijn weg naar een grote groep jonge lezers gaat vinden, maar dat zou best mogen.

Waardering: Experimenteel en gedurfd. Mooie symbiose van tekst en beeld.



Voor het eerst verschenen op Jaapleest

Boekenkrant