"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Dagboek van een dief

Vrijdag, 9 december, 2022

Geschreven door: Jean Genet
Artikel door: Quis leget haec?

Zwerversleven gedurende jaren dertig

[Recensie] Ik kwam Jean Genet tegen in het boek van singer-songwriter Patti Smith en werd benieuwd naar zijn Dagboek van een dief. Dat is zijn meest autobiografische werk en het is een verslag van zijn zwerversleven in Antwerpen, Barcelona en in andere delen van Europa gedurende de jaren dertig.

Jean Genet leek niet voor het geluk geboren. Hij werd als kind afgestaan en belandde in een pleeggezin in de Morvan. Hij mocht van de armenzorg een opleiding volgen tot typograaf, waar hij al snel wegliep. Hij was toen dertien jaar. Met vijftien jaar werd hij naar de ‘agrarische strafkolonie’ van Mettray gestuurd. Een harde wereld, waar hij zijn homoseksualiteit ontdekte.

Op zijn achttiende ging hij in dienst wat hem in Marokko, Syrië en Libanon bracht. Later in de jaren dertig werd hij regelmatig opgepakt en gevangengezet, onder meer voor diefstal, illegaal wapenbezit en desertie. In de gevangenis begon hij te schrijven en wel met zo veel succes, dat een aantal bekende schrijvers ervoor zorgden dat een mogelijke levenslange gevangenisstraf die Genet boven het hoofd hing werd kwijtgescholden.

Een bewogen leven en een deel daarvan wordt in dit boek beschreven. Genet zelf zegt hierover:

Boekenkrant

“In dit dagboek wil ik de andere redenen die mij tot een dief maakten niet verhelen – waaronder de eenvoudigste: de noodzaak om te eten -, maar bij mijn keuze kwamen nooit verzet, bitterheid, woede of een vergelijkbaar gevoel kijken. Met een maniakale, een ‘angstvallige’ zorg bereidde ik mijn avontuur voor, zoals men een bak of een kamer voor de liefde inricht: ik geilde op de misdaad.”

Hier hebben we meteen een belangrijk kenmerk van zijn stijl en eigenlijk van zijn hele oeuvre te pakken, de omkering van waarden. De vertaalster Kiki Coumans zegt in haar nawoord dat Genet een heel eigen waardesysteem heeft waarin het kwaad wordt verheerlijkt en verraad als de allerhoogste deugd wordt gezien. Dat zou wel eens een interessant verhaal kunnen opleveren en dat klopt ook.

Barcelona
Het is geen makkelijk leven. In Barcelona is hij getuige van een moord als hij net Stilitano heeft ontmoet, waar hij helemaal van ondersteboven is. Dat levert een mooi beeld op:

“De zon ging net onder. De dode man en de mooiste van alle mensen leken met elkaar te versmelten in hetzelfde gouden stof, te midden van een groep matrozen, soldaten, schooiers en dieven uit alle hoeken van de wereld.”

In deze zin zit voor mij de essentie van het boek verborgen. Bij Genet gaan misdaad en liefde hand in hand en worden naar een hoger niveau getild door het als iets moois te presenteren. Die tegenstrijdigheden vinden we door zijn hele verhaal. Hij wordt vaak gearresteerd en vernederd maar vreemd genoeg schrikt de gevangenis hem niet af:

“De gevangenis geeft me dezelfde veiligheid. Niets kan haar verwoesten. Geen rukwinden, geen stormen, geen faillissementen. De gevangenis blijft zeker van zichzelf, en wie erin zit ook.”

Hij pleegt vaak diefstallen, handelt in vals geld, maar soms lijkt het lijntje dun naar serieuzere misdaad. In Polen heeft hij een revolver op zak en stelt voor een chauffeur dood te schieten als deze Genet en zijn vriend niet naar de grens brengt met Tsjechoslowakije. In hoeverre dit opgeklopt is of niet weten we niet, er wordt niemand vermoord.

Franse Gestapo
Naast de misdaad loopt zijn homoseksualiteit als een rode draad door het verhaal heen. Altijd is hij in de ban van een man en die liefde wordt lang niet altijd beantwoord. Als hij hoort van een jongen die heulde met de Franse Gestapo, gaat die vreemde omgekeerde gedachtengang van Genet direct aan het werk:

“Opnieuw was ik het middelpunt van een meeslepende draaikolk. De Franse Gestapo bevatte twee fascinerende elementen: verraad en diefstal. Als daar nog homoseksualiteit bij kwam, werd ze schitterend en onaantastbaar.”

Jean Genet schreef naast dit dagboek een aantal romans, essays, een prozagedicht en vier toneelstukken. Hij stierf in 1986 tijdens een verblijf in Parijs en ligt begraven op het Spaanse kerkhof  in Larache, Marokko.

Eerder verschenen op Quis leget haec?