"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De antistad

Dinsdag, 14 februari, 2017

Geschreven door: Maurice Hermans
Artikel door: René Gabriëls

Pionier van kleiner groeien

[Signalering] Groei is niet alleen in de economie een fetisj. Zo wordt in de demografie de groei van de bevolking vaak gezien als een indicator voor de vitaliteit van een stad. Steden als Amsterdam, Den Haag, Eindhoven, Rotterdam en Utrecht zouden hun aantrekkingskracht ontlenen aan de kansen op een baan, het grote cultuuraanbod en de fysieke infrastructuur. Tegen die achtergrond stelt Maurice Hermans in dit uitdagende en fraai geïllustreerde boek de vraag of een stad waarvan de bevolking krimpt niet ook vitaal en aantrekkelijk kan zijn. Bij het beantwoorden van die vraag focust hij vooral op de sterkst krimpende stad van Nederland: Heerlen. Volgens hem is Heerlen een reëel existerend stedelijk laboratorium waar geëxperimenteerd wordt met de kansen die een krimpstad biedt.

De voormalige mijnstad is zijns inziens het prototype van de antistad (anti-city). Hermans geeft een eigenwillige invulling aan dit door Lewis Mumford in 1968 geïntroduceerde begrip. Het is een relatief kleine, allesbehalve mooie stad met een polycentrische structuur die zoekt naar een nieuwe identiteit. Met zijn boek houdt Hermans een pleidooi voor de krimpende stad omdat deze zowel letterlijk als figuurlijk ruimte biedt voor het verbeteren van de kwaliteit van leven.

Eerder verschenen in Sociologie Magazine

Boekenkrant

Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.