"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De jongen die van de Hef dook

Dinsdag, 15 februari, 2022

Geschreven door: Siebe Thissen
Artikel door: Alek Dabrowski

Fascinerende geschiedenis van een brugduiker

[Recensie] De Rotterdamse uitgeverij De Meentbestaat nog maar kort. Zij hebben inmiddels hun bestaansrecht bewezen met een aantal interessante boeken, en er volgt meer moois. De jongen die van de Hef dook is fraai uitgegeven en verkoopt vooral in Rotterdam erg goed. Het verhaal is uniek. Op 14 januari 1933 dook Lou Vlasblom vanaf een hoogte van 67 meter van de Hef. Hij vestigde hiermee een hoogterecord dat door geen andere brugduiker ooit is overtroffen.

Er is eerder geschreven over Lou Vlasblom. De schrijver en arbeider Bertus Meijer verwerkte de gebeurtenis tot een verhaal. Hij zag in Lou een held maar legde ook de nadruk op zijn achtergrond, het arbeidersmilieu. Een andere Rotterdamse schrijver, Wilfried de Jong, schreef een kort verhaal over een Hefduiker, duidelijk gebaseerd op Lou Vlasblom. In zijn eigen tijd besteedden veel kranten en tijdschriften aandacht aan de heldhaftige gebeurtenis. Siebe Thissen probeert in zijn boek het hele verhaal van Lou Vlasblom te vatten, met daarin de achtergronden, zijn motieven en de traditie van het duiken.

Hij beschrijft aan het begin van zijn boek de actie in termen van mythevorming. De duik zelf heeft plaatsgevonden, hoewel er geen foto’s van zijn, maar over de details doen tal van verhalen de ronde. Thissen wil deze verhalen, deze mythen meenemen in zijn onderzoek. Zo werd Lou allereerst gezien als kampioen en held. Andere duidingen duiken al snel hierna op: een uitwas, een slachtoffer van de reclame-industrie. Of zijn daad werd gezien als een symptoom van de uitzichtloosheid van de crisisjaren, zoals Bertus Meijer het zag.

In het eerste hoofdstuk geeft Thissen kort deze interpretaties en ook mogelijke motieven van zijn sprong. In de volgende hoofdstukken werkt hij deze uit, waarbij hij opmerkelijke zijpaden inslaat. Deze geven het verhaal context, zoals het stuk over de slachthuizen in Crooswijk. Lou woonde in deze volkswijk en werkte in een slachthuis. Hij was darmenschrapper, zo’n beetje het laagste werk dat je er kon vinden. Zelfs in deze crisisjaren was er nauwelijks personeel voor te porren. Je kunt Lou zien als een proletariër, maar Thissen beschrijft ook een andere kant. Lou kwam uit een familie van duikers en zwemmers. De familie was verbonden met de familie Van der Tak, van het bekende bergingsbedrijf. Zij leefden niet in armoede en hadden werk. Het zwemmen en de onverschrokkenheid zaten Lou als het ware in het bloed. Hij zwom, net als veel van zijn vrienden in rivierwater en sprong al langer van bruggen en zeeschepen. Thissen geeft aan dat hij zijn daad heel goed had voorbereid. Lou had de techniek en de kracht om het te doen. Het was zeker geen wilde actie.

Heaven

Anders was dat met andere brugduikers. Er leek in die jaren een competitie gaande wie vanaf het hoogste punt kon duiken. Eerder hadden jongens vanaf grote hoogte een sprong gewaagd en een voorganger had botbreuken opgelopen. Men wist hoe gevaarlijk het kon zijn. Pas vrij laat in zijn boek komt Thissen met het verhaal van Jan Tabbernee. Hij waagde een paar dagen na de vestiging van het record van Lou de sprong en overleefde het niet. Zijn daad volgde op de spectaculaire huldiging van Lou Vlasblom. Kranten legden meteen het verband en de duik van Lou kwam erdoor in een kwaad daglicht te staan. Zelf voelde Lou zich de rest van zijn leven schuldig hierover. De glans van zijn succesvolle sprong werd erdoor aangetast.

De jongen die van de Hef dook is een fascinerend boek. Ik kende de geschiedenis al, maar het is typisch zo’n verhaal waar je alle details van wilt weten. Siebe Thissen schrijft toegankelijk en levert veel context, maar hij gaat soms iets te lang door op bijzaken. Ik zou daarentegen meer willen lezen over de geschiedenis van het (brug)duiken, in andere landen bijvoorbeeld, en over het nu populaire klifduiken. Maar dit zijn kleine punten van kritiek die het leesplezier zeker niet in de weg stonden.

Eerder verschenen op Uitgelezen Boeken