"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De levens van Jacob

Vrijdag, 3 maart, 2023

Geschreven door: Christophe Boltanski
Artikel door: Chris Reinewald

Een zelf-gefotografeerde met vele eigenschappen

[Recensie] Met het nu vertaalde Les vies de Jacob (2021) schreef de Franse, voormalig Midden-Oosten journalist Christophe Boltanski (1962) zijn derde boek. Weer is het een non-fictie relaas over een zoektocht naar een afgesloten mensenleven. Geen lid van de illustere familie Boltanski maar de onbekende Jacob B’chir , die een album met 369 pasfoto’s achterliet.

De naam van zijn oom en bijna-naamgenoot, beeldend kunstenaar Christian Boltanski (1944-2021) laat Christophe Boltanski een keer terloops vallen. Begrijpelijk want het thema van dit verhaal behoorde ook tot zijn conceptkunst: de identiteit van gefotografeerde onbekenden weergeven. Daarom benaderde een ongenoemde filmproducente waarschijnlijk ook zijn neef Christophe Boltanski. Zij had op de vlooienmarkt een fascinerend fotoalbum gevonden met daarin pasfoto’s, “analoge selfies” gemaakt in een fotohokje. Achterop had de zelf-gefotografeerde zijn naam (namen) en adressen in Frankrijk, Italië en Israël genoteerd. Boltanski zou research verrichten voor een docudrama dat al werkend vorm kreeg. Het liep anders. De schrijver vertelt uitgebreid wat zich om zijn speurtocht afspeelde en komt met interessante cultuurfilosofische bespiegelingen. Je vreest deze omtrekkende veelschrijverij als aankondiging van een uiteindelijk heilloze missie.

El Al
De filmproducente wordt ongeduldig als ze elkaar weer spreken over hun “meneer Dingemans”. Door de verschillende gezichtsuitdrukkingen en kleding fantaseerde zij al volop over de onbekende, licht exotische man. Droeg hij daar een El Al-pilotenuniform? Werkte hij na de burgerluchtvaart voor de Israëlische luchtmacht? De datering, tussen 1970 en 1974, maakte het nog spannender. Toen begonnen de eerste Palestijnse kapingen, vaak met El Al vliegtuigen. Als stoere “burger” maakte de zelf-portretteerder de indruk misschien wel als geheim agent voor de Mossad, de Israëlische inlichtingendienst te werken. Daarop zouden ook de willekeurige adressen kunnen wijzen. Boltanski reist ze vervolgens allemaal af met nul resultaat. Niemand die Jacob, Jaacov of ook wel Jacques met de exotische achternaam kent. Alleen het bewijs voor de spreekwoordelijke Wandelende Jood is geleverd. Er leefde echter wel een achternaamgenoot: een populaire zanger in de joodse gemeenschap op Djerba, een Tunesisch eiland. Ook een biografische documentaire over hem was volgens de opgespeurde cineast vastgelopen.

Diogenes
De queestes die in Patrick Modiano’s romans altijd zo vlot verlopen, zijn Boltanski niet vergund. Dat verbaast je als (journalistiek) lezer niet. Want waarom meteen zo ver zoeken als het album gewoon in Parijs gevonden is. De terug gevonden uitdrager wil – uit discretie?- niets concreets zeggen. Maar verder moet iemand in Parijs toch wel deze man kennen? En zo stapt Boltanski naar de Israëlische ambassade, die zelfs een gewillige medewerker in dienst heeft om landgenoten in de diaspora te vinden. Boltanski traceert via de ambassade de laatste werkgever van de aantoonbaar in 2014 overleden (en in Israël begraven) Jacob. Dat levert een saillante scene op, zoals in een klassieke Woody Allen-film. Een net van een operatie herstelde rabbi vertelt dat Jacob zijn voorganger was in een instelling die joodse overledenen, volgens de religieuze voorschriften, helpt om binnen 24 uur te begraven. Helaas is dat niet met Jacob zelf zo gegaan.

Archeologie Magazine

Het “goede” nieuws is dat Jacob een zoon en een dochter in Parijs heeft wonen. Boltanski krijgt ze tegelijk te spreken. Nee, zij kenden het album niet. Zij vertellen over zijn onrustige leven en de verschillende baantjes die vader Jacob had. Zelfs beeldend kunstenaar en architect was hij geweest. Hun gescheiden vader leefde alleen en had het syndroom van Diogenes, “hoarding”: dwangmatig verzamelen. Daardoor moesten zij bij het ontruimen van zijn overvolle huis veel weggooien, waaronder het niet opgemerkte album. Blij brengt Boltanski de producente het goede nieuws. Ze ontploft echter van woede. Bij die eerste ontmoeting had een lopende camera als begin van de film moeten zijn. Boltanski haalt ze van het project af en het fotoalbum neemt ze weer terug. Maar hij is inmiddels zo verweven met de “loner” op de pasfoto’s dat hij de niet zo heilloze missie besluit te voltooien in Djerba en Israël, net als daar de corona iedereen binnen houdt.

Boltanski heeft met dit intelligente, zelfs geregeld spannende boek een onopgemerkte tijdgenoot zijn schaduw terug gegeven.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

Boeken van deze Auteur: