"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De meisjes uit Chibok

Dinsdag, 1 augustus, 2017

Geschreven door: Helon Habila
Artikel door: Maarten Reijnders

Hoe wanbestuur en corruptie Boko Haram in de kaart speelden

[Recensie] Ze zijn zonder twijfel de bekendste slachtoffers van Boko Haram: de 276 meisjes van een middelbare school uit Chibok die in 2014 door de radicaalislamitische beweging werden ontvoerd. De Amerikaans-Nigeriaanse schrijver Helon Habila reisde vorig jaar af naar het plaatsje om te spreken met enkele ouders, de dorpspredikant en de plaatselijke hoofdimam, wiens vader ook bij een aanval van Boko Haram om het leven kwam. Hun treurige maar ook wel enigszins voorspelbare getuigenissen schreef hij op in De meisjes uit Chibok.

Veel interessanter wordt het boek als de in 1967 geboren Habila met krachtige penseelstreken de opkomst van Boko Haram schetst. Zeker omdat hij die geschiedenis verlevendigt met anekdotes uit zijn jeugd in Nigeria. Hij verhaalt van zijn islamitische buren die tijdens de ramadan na het breken van de vasten speciale kostuums aantrokken en op straat toneelstukjes opvoerden. Het waren allesbehalve rechtlijnige moslims die een compleet andere islam aanhingen dan het geloof zoals dat vandaag de dag wordt gepropageerd door Boko Haram.

De basis voor de “strengere, minder verdraagzame variant van de islam” werd volgens Habila gelegd bij het oproer van Maitatsine begin jaren tachtig. Maitatsine was een radicale prediker die elke vorm van modernisering en westerse invloed afwees. Zijn volgelingen beschouwden iedereen die geen deel uitmaakte van hun sekte als gerechtvaardigd doelwit voor de jihad.

Het christendom onderging de afgelopen decennia eveneens een metamorfose, beschrijft Habila. Het geloof rukte steeds meer op in het Nigeriaanse publieke leven. Toen de schrijver in 1999 voor een mediaconcern in Lagos werkte, werd van alle werknemers verwacht dat ze de dag begonnen met een gebed waarbij ze elkaars hand vasthielden. Habila zoekt de verklaring voor de toegenomen rol van religie in Nigeria in het beroerde bestuur, de ongekende corruptie en de daarmee gepaard gaande economische problemen.

Boekenkrant

Ook de strijd tegen Boko Haram heeft zwaar te lijden gehad onder het wanbestuur en de corruptie. Soldaten die de terreurgroep moesten bestrijden, weigerden dat te doen omdat ze hun salaris niet uitbetaald kregen. En een hooggeplaatste medewerker van de voormalige president Goodluck Jonathan drukte tientallen miljoenen dollars achterover die waren bedoeld om de onderhandelingen met Boko Haram over de vrijlating van de meisjes van Chibok op gang te brengen. Dat verklaart ongetwijfeld waarom het tot mei van dit jaar moest duren voordat de eerste 82 meisjes werden overgedragen aan de autoriteiten in ruil voor vrijlating van vijf Boko Haram-strijders.

Eerder verschenen in Wordt Vervolgd