"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De Odyssee van Mohamed

Zondag, 21 februari, 2021

Geschreven door: Mohamed el Bachiri, David van Reybrouck
Artikel door: Bert Altena

Levenswijsheid na aanslagen in Brussel

[Recensie] Mohamed El Bachiri verloor op 22 maart 2016 zijn vrouw Loubna. Zij was één van de slachtoffers van de terreuraanval op de metro in Brussel. Nadien verwierf El Bachiri internationale bekendheid met zijn Jihad van Liefde, een persoonlijke reactie waarin hij zich krachtig uitsprak om op het geweld te reageren met liefde, om niet mee te gaan in het fanatisme van de fundamentalisten. Het filmpje werd massaal gedeeld. Zijn pleidooi verscheen later in boekvorm en werd een hit.

Samen met schrijver David van Reybrouck, die ook meewerkte aan de uitgave van Jihad van liefde, heeft voormalig metrobestuurder El Bachiri nu De odyssee van Mohamed geschreven. Een persoonlijk verslag van zijn ervaringen in de afgelopen drie jaar.

Allereerst is er de allesoverheersende rouw. Hij mist zijn Loubna nog iedere dag. Hetzelfde geldt voor de drie kinderen, die zonder moeder verder moeten. Met bitterheid beschrijft hij hoe hij met zijn kinderen verdwaalt in het netwerk van hulpverleningsinstanties. Maar ook de reacties van allerlei mensen doen soms zeer. Begrip is vaak ver te zoeken.  “De hel, dat zijn inderdaad soms de anderen. Ik heb me zo alleen en onbegrepen gevoeld. In mijn eerste boek wilde ik het daar niet over hebben, toen heb ik dat allemaal buiten beschouwing gelaten. Maar nu is het beter om erover te vertellen” (p.24, 25). Er zijn mensen die wel de juiste snaar weten te raken, al zijn ze zeldzaam.

In het tweede deel van dit boekje peilt El Bachiri nog wat dieper. Het onbegrip is iets dat hij al zijn hele leven ervaart. Geboren in België uit Marokkaanse ouders, ben je vanwege dat laatste feit altijd een buitenstaander. Dat merk je al in je jeugd, pesterijen op het schoolplein, discriminatie als je de toegang tot de discotheek wordt geweigerd, onderworpen wordt aan politiecontroles en onuitgesproken maar soms ook uitgesproken racisme. Hij beschrijft een paar schrijnende persoonlijke voorbeelden van vernedering en minachting. Daarbij komt ook nog eens dat zijn familie Berbers is, een minderheid in Marokko.

Dans Magazine

“Ik denk dat de Marokkaanse Berbers het in Europa erg zwaar hebben gehad: ze werden niet geaccepteerd door de Europeanen, niet geaccepteerd door de Marokkanen en geminacht door een deel van de bevolking. Dus bleef er niet veel meer voor ze over dan moslim te zijn. Mijn Berberkant is beslist mijn kwetsbaarste identiteit. Daarmee omgaan is niet altijd makkelijk. We zijn allemaal met die frustratie opgegroeid en het schrijnende is dat we nu al bij de derde of vierde generatie zijn en dat het nog steeds bestaat. Dat het op ons drukt” (p.51).

El Bachiri verwondert zich erover dat hij is opgegroeid op een steenworp afstand waar de aanslagplegers van Parijs woonden. Hun reactie op de stelselmatige achterstelling is radicalisering en geweld. Waarom is hij dat pad niet opgegaan?

“Ook ik heb verwondingen opgelopen. Maar ik heb geweigerd om verblind te raken door woede. Bij mij waren er altijd mijn nieuwsgierigheid en mijn liefde voor geschiedenis en filosofie die mijn gedachten voedden” (p.69).

Hij ontvouwt vervolgens in eenvoudige maar heldere bewoordingen zijn levensvisie, die ook al in Jihad van liefde naar voren kwam. Hij waarschuwt tegen elke vorm van fundamentalisme, als dat betekent angstig vast houden aan dogma’s. Zijn visie is dat “In je spirituele zoektocht de islam beslist een goed antwoord kan bieden, maar in de samenleving is het devies: respect, vrijheid, rechtvaardigheid, recht en plicht. Godsdienst moet geen ideologie zijn. De grootste vergissing is te denken dat de ‘oemma’, de gemeenschap van alle moslims, een politieke gemeenschap is, terwijl ze alleen een spirituele gemeenschap is” (p. 86) . Met instemming citeert hij de wijsheid van Rumi (soefistische mysticus): De waarheid is een spiegel die uit Gods hand is gevallen en gebroken is. Iedereen raapt een scherf op en zegt dat de hele waarheid zich daarin bevindt. (p.87).

Mohamed El Bachiri, die zichzelf moslim en epicurist tegelijk noemt, verspreidt zo een bijzondere boodschap van milde liefde en bescheidenheid: “Wees bescheiden in je geloof en zoek de grootsheid in de menselijkheid” (p.105), die aanstekelijk werkt. Het boekje eindigt met een liefdesbetoon aan Loubna dat hartverscheurend is.

Hij moet verder leven met een groot verlies, maar met zijn levenswijsheid biedt hij zijn lezers een groot geschenk.

Eerder verschenen op NieuwWij en Bert Altena