"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De ogen van Osiris

Zaterdag, 18 maart, 2023

Geschreven door: Oliver Pötzsch
Artikel door: Wilma Hartman

Steengoede spanning in het Wenen van 1894

[Recensie] De ogen van Osiris is een lekker dik boek, 432 pagina’s, dat je meeneemt naar het Wenen van 1894. Een kaartje aan de binnenkant van het boek, een overzicht van de hoofdpersonen en een verklarende woordenlijst voor de Weense woorden maken het compleet. Die Oostenrijkse/Weense woorden zijn bijzonder, zoals wappler, zumpferl of piefke. Een zogenaamde ‘ankh’ , symbool voor het eeuwige leven, siert het begin van ieder hoofdstuk.

De ogen van Osiris vertelt het verhaal van Julia, politiefotografe en alleenstaand moeder van Sissim die doofstom is. Zij huurt een kamer van een hoerenmadam en heeft een relatie met Leopold van Herzfeld, inspecteur bij de politie. Er lopen twee verhaallijnen, die van de gemummificeerde professor Alfons Strössner en de moord op schandknapen.

Een harde knal, het siste en rookte
Deze twee verhaallijnen komen op een wonderlijke manier bij elkaar . Na de proloog, wanneer je nog gewoon in het nu bent, begint het eerste hoofdstuk met de zin: “Drie, twee, een, nu! Het mengsel van magnesium, kaliumchloraat en antimoonsulfide ontplofte met een harde knal, het siste en rookte en heel even werd het onnatuurlijk licht in de donkere opslagloods.” Julia maakt dus een foto en je beseft dat je in 1894 bent en dat fotograferen voor die tijd erg bijzonder was.

Schrijver Oliver Pötsch is een scenarioschrijver uit München. Inmiddels heeft hij al vele romans op zijn naam die niet vertaald zijn. De doodgraver was zijn eerste historische thriller die vertaald werd in het Nederlands. In De ogen van Osiris neemt Oliver Pötzsch je mee naar Wenen in 1894. Hij schrijft filmisch en voor je het weet verbaas je je over de standsverschillen, de tijdsgeest en de stad. Je begint mee te puzzelen en na te denken wat het verband is tussen de zaak van de schandknapen en de mummie. Of is er misschien geen verband? Daar ga je vanzelf achter komen.

Pf

Aan u gewijd, monsieur Hercule Poirot
Het boek is onder andere opgedragen aan “een kleine Belgische detective over wiens verzonnen zaken ik tijdens het schrijven veel en vaak heb gelezen. De grande finale met de definitieve oplossing is aan u gewijd, monsieur Hercule Poirot”. Die sfeer en de manier waarop het plot wordt onthuld, vind je terug in het boek. Elk hoofdstuk heeft een begint met een stukje uit ‘uitvaartrituelen onzer wereld door Augustin Rothmayer geschreven te Wenen, 1894’.

Ik heb genoten, maar het is geen makkelijk te lezen boek. Naast de typische Oostenrijkse/Weense woorden worden er meer moeilijke woorden gebruikt. Niet altijd is even goed plaatsen wat er bedoeld wordt. Toch komen er ook prachtige en humoristische zinnen voor in het boek zoals: “Zijn snorretje deed Julia aan een harige rups denken” of “De ochtendnevel hing als opgeklopte melk in de straten”.

Alsof ze aapjes zijn die kunstjes uitvoeren
Schokkend is het stuk over de nieuwe dierentuin in Wenen, waar niet alleen dieren tentoongesteld worden maar ook mensen uit Afrika. Ze staan daar met hun hutjes op een podium en voeren traditionele dansen uit. Ze leven in die hutjes en iedereen kan het zien. Alsof ze aapjes zijn die kunstjes uitvoeren. Vooral schokkend omdat echt zo is gebeurd.

De ogen van Osiris is heerlijk om in weg te kruipen en rustig van te genieten, maar je moet er wel de tijd voor nemen. Het nawoord is de moeite waard, dan begrijp je het verhaal nog beter. “Tot mijn volgende verhaal, in deze tijd of een andere” is de laatste zin van het boek.

Eerder verschenen op Boeken-cast

Boeken van deze Auteur:

De ogen van Osiris

Het boek van de doodgraver