"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De reis van haar leven

Vrijdag, 31 december, 2021

Geschreven door: Ruth Kornberger
Artikel door: Lalagè

Een vrouw die haar tijd ver vooruit was

[Recensie] Maria Sibylla Merian leefde rond 1700 en is bekend geworden door haar tekeningen van rupsen en vlinders. Als dochter van een Duitse schilder begon ze als meisje met het tekenen van bloemen. Daarbij horen ook insecten en Maria was gefascineerd door de wereld van kleine diertjes. Ze had er alles voor over om ook aan de andere kant van de oceaan vlinders te bestuderen. De proloog van De reis van haar leven vindt plaats in het regenwoud van Suriname. Als lezer weet je dus al dat het Maria lukt om haar grote droom waar te maken. Maar de eerste helft van het boek speelt zich af in Nederland.

Maria Merian woont met haar twee dochters in Friesland bij de labadisten, een geloofsgemeenschap. Maria kan zich echter niet zo voegen in de strenge regels en vertrekt naar Amsterdam. Als alleenstaande vrouw moet ze zelf de kost verdienen met haar schilderijen en tekenlessen. Dat is niet gemakkelijk, maar ze krijgt het voor elkaar. Haar dochters Dorothea en Johanna helpen mee met tekenen. Ze proberen de rupsen steeds af te beelden samen met de plant waar ze van eten en de vlinder die ze worden.

Ruth Kornberger weet de sfeer van die tijd goed te vangen. Mijn eigen herinneringen aan Amsterdam vult ze aan met details uit 1700 en ik zie helemaal voor me hoe Maria door de stad wandelt, van haar huis langs de grachten naar de winkel met tekenspullen. De vertaling van Marcel Misset uit het Duits leest prettig en daardoor vlieg ik door het dikke boek heen.

Om het nog spannender te maken, heeft de schrijver voor Maria een grote liefde verzonnen. De ondernemende zeevaarder Jan de Jong is ongrijpbaar. Hij verschijnt en verdwijnt. Maria vindt hem juist aantrekkelijk omdat hij niet bang is. Het past bij haar eigen onconventionele leven.

Boekenkrant

Het kost haar moeite om de eindjes steeds aan elkaar te knopen. Ze moet flink investeren in papier en pigmenten voor ze een schilderij of zelfs een heel boek kan maken. Toch lukt het om genoeg geld te sparen voor een reis naar Suriname. Het is een indrukwekkend avontuur. Maria kijkt haar ogen uit naar de bijzondere bomen en dieren. Maar ze ziet ook met eigen ogen hoe zwaar de slaven op de suikerplantages het hebben. Ze kan het niet laten om daar wat over op te merken in haar boeken, bij de beschrijvingen over de vindplaats van de insecten.

Dit debuut is geen literair werk, maar de inhoud is interessant en het leest gemakkelijk. Aan het einde geeft de schrijver nog een korte toelichting op wie en wat er echt waren en wat ze erbij heeft bedacht. Ik google nog eens wat tekeningen van Maria Sybilla Merian en kijk mijn ogen uit naar de harige rupsen en heldere kleuren. Als ik een rijke Amsterdammer was in 1700, of de tsaar van Rusland… dan had ik zeker ook een boek van haar aangeschaft.

Eerder verschenen op Lalagè Leest