"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De tirannie van verdienste

Dinsdag, 27 oktober, 2020

Geschreven door: Michael Sandel
Artikel door: Jos van Dijk

Het uitbuiten van de onderklasse gaat nu onzichtbaar

De meritocratie moest een correctie zijn op de privileges van een rijke, aristocratische elite. Nu bedreigt een nieuwe, hoog opgeleide elite de democratische verhoudingen.

[Recensie] Eind jaren vijftig publiceerde de Britse socioloog Michael Young een boek onder de titel The rise of the MeritocracyHij reageerde op de onderwijspolitiek van de Britse Labourpartij die de klassenmaatschappij wilde doorbreken met een sociale ordening op basis van talent. Young schreef een dystopie over de gevolgen die dit streven zou hebben in jaren dertig van de 21e eeuw. Zijn verhaal loopt uit op een opstand van de onderklasse van ongediplomeerden tegen de hoog opgeleide elite. De waarschuwing, die in zijn als satire begrepen boek besloten lag, werd niet gehoord.

Met New Labour herhaalde Tony Blair rond de eeuwwisseling de boodschap uit de jaren vijftig: “Wij geloven dat mensen in staat moeten zijn om op te klimmen op grond van hun talenten en niet op basis van hun afkomst of privileges.” In The Guardian reageerde de inmiddels 85-jarige Young met ontsteltenis. Het leek er op of zijn voorspelling ging uitkomen. ‘Ik verwachtte dat de armen en de achtergestelden de pineut zouden worden, en dat blijkt ook zo te zijn. (…) Het is nogal zwaar om in een samenleving die zozeer hecht aan de verdienste te worden weggezet als iemand die het daaraan ontbreekt. Nog nooit eerder werd een onderklasse in moreel opzicht zo radicaal moreel uitgekleed.’

We zijn nu weer twintig jaar verder. De Amerikaanse politicoloog en ethicus Michael Sandel doet in zijn recent verschenen De tirannie van verdienste; over de toekomst van de democratie een nieuwe poging om het besef te laten doordringen dat de meritocratie een gevaar is voor de democratie. In elk geval in de VS.

Heaven

Populisten

Met verwijzing naar de gefrustreerde Amerikaanse arbeidersklasse die in 2016 Trump aan de macht bracht, en naar de Britse arbeiders die in datzelfde jaar de Brexit steunden en zich massaal afkeerden van Labour, meent Sandel dat de opstand die Young voor de jaren dertig voorspelde nu al een feit is. Volgens Sandel heeft de onderschatting van de ‘duistere kant’ van de meritocratie de basis gelegd voor het anti-elitaire populisme. Het idee dat iedereen in werk, inkomen en prestige beloond wordt naar zijn of haar verdienste moet onverbiddelijk tot de conclusie leiden dat degenen die er niet slagen een verdienstelijke positie te bereiken het ook niet waard zijn en dit vooral aan zichzelf te wijten hebben. Een voedingsbodem voor anti-elitair ressentiment.

In de oude klassenmaatschappij lag de onrechtvaardigheid van de sociale verhoudingen er nog dik bovenop. Dat bracht een brede, veelbelovende emancipatiebeweging voort die een eind zou maken aan onrecht en die er voor zou zorgen dat iedereen gelijke kansen kreeg op sociale mobiliteit. Maar na tijdelijke successen van de arbeidersbeweging in de verzorgingsstaat is de sociale ongelijkheid inmiddels groter dan ooit en is de sociale mobiliteit voor grote groepen uit de arbeidsersklasse eenvoudig gestopt. Zij kunnen nu niet meer een beroep doen op een algemeen aanvaard sociaal onrecht zoals voorheen, want in de meritocratie telt onder alle omstandigheden uitsluitend de individuele verdienste. Wie het dus minder goed gaat in een maatschappij waarin alles draait om persoonlijk succes, behaalde diploma’s en andersoortige individuele credits verliest al snel een gevoel van eigen waarde. En juist dat aspect van de meritocratie wordt al decennia lang genegeerd door linksliberale politici, schrijft Sandel met verwijzing naar de Amerikaanse Democratische Partij. Die verliest haar traditionele aanhang des te meer als ze dit gevoel van eigen waarde ook nog eens onderuit halen door bepaalde groepen weg te zetten als een ‘basket of deplorables‘.

Hoogmoed

Het probleem van de meritocratie als systeem van winnaars en verliezers is naast het opwekken van ressentiment bij de verliezers op basis van gevoelens van minderwaardigheid ook gelegen in de hoogmoed die de winnaars ten toon spreiden. Sandel (p.38)

“Het denkbeeld dat het systeem aanleg en inspanning beloont zet de winnaars ertoe aan om hun succes te beschouwen als iets wat ze volledig op eigen kracht behaald hebben – een teken van deugdzaamheid – en om neer te kijken op mensen die het minder goed getroffen hebben dan zij.”

Die meritocratische hoogmoed zit vervolgens gevoelens van empathie in de weg en verhindert de broodnodige solidariteit die elke samenleving moet behoeden tegen het uiteenvallen in onverzoenlijke kampen.

Sorteermachines

Michael Sandel is hoogleraar aan Harvard University. Zijn boek gaat vooral over de Verenigde Staten en is geschreven vanuit zijn ervaringen op een topuniversiteit. Hij beschrijft zijn instituut als een ‘sorteermachine’ waar testresultaten, cijfers maar ook sportprestaties bepalen of iemand wordt toegelaten. De voorbereiding voor de toelating op de Amerikaanse universiteiten is big business. Ouders die het zich kunnen veroorloven besteden veel geld aan bureautjes die de leerlingen naar de top begeleiden. Ze kunnen al dan niet als alumni van een universiteit ook een plek voor hun kroost verwerven door flinke donaties. Dat de Amerikaanse meritocratie gebaseerd is op zuivere verdienste is dus een mythe. Het maakt het allemaal nog pijnlijker vanuit het standpunt van degenen die er niet in slagen een universitair diploma te bemachtigen. De meritocratische belofte die de Democratische Partij, de Clintons, maar ook Obama, jarenlang hebben uitgevent wordt niet waargemaakt. Wie er nog wel in gelooft en om welke redenen dan ook moet constateren dat hij of zij bij de verliezers behoort kan er moedeloos van worden.

Europa

De tirannie van verdienste is op de eerste plaats een kritiek op de Amerikaanse politiek en dan vooral op de Democratische Partij. Op de achterflap van het boek veralgemeniseert de uitgever het onderwerp van Sandel’s boek tot “een probleem van onze samenleving”. Dat gaat wat ver, maar anderzijds hebben de Verenigde Staten althans in Nederland nog steeds een belangrijke voorbeeldrol. En er zijn ook in ons land tekenen van een tirannie van verdienste. Denk bijvoorbeeld aan wat Sandel noemt het ‘opdringerig ouderschap’: ouders die zich obsessief, vaak en intensief bezig houden met het succes van hun kinderen en ook bereid zijn daarin te investeren wat ook hier een lucratieve huiswerkindustrie op gang heeft gebracht. Time schreef ooit dat ouderschap veranderd is in ‘productontwikkeling’. Een onderzoek van de Universiteit Twente bracht aan het licht dat 80% van de studenten kampt met stress.

Degradatie van werk

Beter herkenbaar voor Europese verhoudingen vond ik wat Sandel in het laatste hoofdstuk van zijn boek schrijft over de waardering voor werk. Enerzijds is er de gegroeide inkomenskloof, die in de Verenigde Staten nog tientallen malen groter is dan in Europa. Maar ook in ons land geldt dat de mondialisering van de economie voor hoger opgeleiden meer heeft opgeleverd dan voor lager opgeleiden van wie het werk is verplaatst of eenvoudigweg niet meer bestaat dankzij de automatisering. Het neoliberale principe dat de marktwaarde leidend is voor het loon heeft de sociale ongelijkheid sinds het einde van de vorige eeuw fors vergroot. Van alle Amerikanen voor wie het hoogste diploma dat van de middelbare school is, schrijft Sandel, had in 2017 slechts 68% een baan.

Er is niet alleen sprake van een materiële armoede, maar ook van wanhoop. Sandel citeert een Amerikaans onderzoek naar deaths of despair: een ‘epidemie’ aan sterfgevallen door zelfdoding, overdoses drugs of medicijnen en leverziekten als gevolg van alcoholmisbruik. Nederland heeft gelukkig een beter zorgsysteem dan de VS. Maar om te voorkomen dat Nederland ook hier het voorbeeld van de Verenigde Staten gaat volgen is het noodzakelijk dat de politiek de morele opgave ziet die voortvloeit uit de ook hier, zij het in minder sterke vorm bestaande tirannie van verdienste.

De waarde van werk

Sandel pleit voor een opwaardering van de burger als producent, medevormgever van de maatschappij, in plaats van uitsluitend als consument. Alle arbeid kent zijn waardigheid, is een uitspraak van Martin Luther King. In het werk wordt de mens mens en tegelijk deel van de gemeenschap. Dat vraagt om een rechtvaardige waardering van werk, waaruit dat dan ook bestaat, in plaats van ‘materieel succes te interpreteren als teken van morele verdienste.’ Dat vraagt dan ook om het terugsnoeien van de macht van het geld, die dankzij de financialisering van de economie, alle perken te buiten gaat.

Ondanks het Amerikaanse stempel is De tirannie van verdienste een belangrijk en urgent boek, ook voor de Nederlandse politiek. Young’s boodschap moge vergeten zijn. Met Sandel krijgen we een nieuwe kans om de verhoudingen recht te zetten, ongelijkheid terug te dringen en de democratie te versterken.

Eerder verschenen op Sargasso