"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De werelden van Hannah Arendt

Zondag, 7 augustus, 2022

Geschreven door: Joop Berding
Artikel door: Rogier van der Wal

Lange lijnen in leven en werk

[Recensie] Joop Berding houdt zich inmiddels al zo’n twintig jaar bezig met leven en werk van Hannah Arendt. Hij schreef al eerder over haar, maar heeft nu een enorme krachttoer verricht door haar hele werk te (her)lezen en daar een boeiend boek over te schrijven.

Berding ging in oktober 2017 na een lange onderwijscarrière met pensioen en is daarna als auteur alleen maar actiever geworden. Zijn recente boek De werelden van Hannah Arendt biedt daar een fraaie illustratie van. In twaalf hoofdstukken komen de belangrijkste werken van Arendt aan de orde. Na een inleidend hoofdstuk met een beknopte biografie van Arendt plaatst Berding de werken in hun tijd en context en vat hij ze op hoofdlijnen samen. Ook besteedt Berding aan het eind van ieder hoofdstuk aandacht aan wat hij de ‘lange lijnen’ noemt, thema’s die als rode draden door het oeuvre van Arendt lopen en waar ze steeds weer bij terugkeert.

Een grondig overzicht
Om die lange lijnen te traceren is hij grondig te werk gegaan. Zo heeft hij zich door Arendts proefschrift over het liefdesbegrip bij Augustinus uit 1928 heen geworsteld, wat hem niet meeviel, zo geeft hij toe in het nawoord. Ook de complexe biografie die Arendt schreef over de Duitse Rahel Varnhagen (eveneens nog niet vertaald) krijgt een eigen hoofdstuk. Arendts promotor Karl Jaspers vond haar visie op Rahel liefdeloos, maar stelde dat het boek eigenlijk meer over Hannah Arendt zelf en haar Joods-zijn ging. Een pareltje is het korte, samen met Hanke Drop geschreven hoofdstuk over het zeer persoonlijke essay Wij vluchtelingen dat Arendt in 1943 publiceerde. Ze had het, voor het steeds verder oprukkende nazisme naar Amerika gevlucht, daar als stateloos burger niet gemakkelijk, maar het essay is heel direct en appellerend geschreven en laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Het begint (in stijl) als volgt: “Allereerst stellen wij het niet op prijs om ‘vluchtelingen’ genoemd te worden. Wij noemen elkaar ‘nieuwkomers’ of ‘immigranten’.” De ironie waarmee Arendt dit essay kruidde werkt zeer krachtig. Met diezelfde ironie spande Arendt haar boog later wat te strak in het boek dat destijds enorm veel stof deed opwaaien: haar verslag van het geruchtmakende Eichmannproces dat in 1961 in Jeruzalem werd gehouden, waarbij de in Argentinië opgespoorde nazi Rudolf Eichmann terechtstond. Zelden is een term uit een ondertitel (‘de banaliteit van het kwaad’) zo in de handen van een auteur ontploft. Het kostte Arendt meerdere dierbare vriendschappen en ze kreeg een stortvloed van kritiek over zich heen. Overigens blijft de term voortleven en geregeld opduiken, ook in creatieve varianten. Zie mijn bespreking van het boek Radicaal anders van Robbert Bodegraven, elders in dit nummer, waar het gaat over Ece Temelkuran en ‘het kwaad van de banaliteit’. Berding biedt een grondig overzicht van vrijwel het gehele oeuvre van Arendt, waarbij hij elk hoofdwerk op drie niveaus bespreekt: context en ontstaan; inhoud; en de lange lijnen die vaker terugkomen in haar werk. Je kunt merken dat de auteur al meerdere decennia studie maakt van het werk van Arendt. Het boek ademt een grote vertrouwdheid met haar werk.

Arendt voor nu
De werelden van Hannah Arendt is meer dan alleen een leeswijzer voor wie wegwijs wil worden in het werk van Arendt. Berding laat zien dat haar ideeën ook voor de maatschappij van nu relevant zijn. Tegen het eind van haar leven sprak Arendt zich uit over de crises die zich in de Amerikaanse politiek van de jaren zeventig voordeden, zoals de leugens van Nixon en Watergate en de Vietnamoorlog. Berding trekt deze lijn door naar het heden, met Trump als ‘hogepriester van de leugen’ die voor Nixon niet onderdoet. Hij laat mooi doorklinken dat hij Arendt bijvoorbeeld ook graag had willen horen over de bestorming van het Capitool begin dit jaar. In een kort afsluitend hoofdstuk gaat Berding dieper in op de betekenis van Arendt voor de wereld van vandaag, en hij doet dat aan de hand van haar leraarschap. Arendt huldigde een vrij traditioneel, conservatief beeld van de leraar, dat zich laat karakteriseren als ‘geven’. Als docente schonk Arendt haar studenten haar kennis en eruditie en de ruimte om zich een eigen oordeel te vormen. Naast denken en willen was oordelen volgens Arendt immers een van de meest fundamentele activiteiten van de menselijke geest. Dit boek vormt een monument voor een zeer eigenzinnig denker, die een divers maar nog altijd aansprekend oeuvre naliet. Daarin is nog voldoende te ontdekken – zo verscheen enkele jaren geleden postuum nog een teruggevonden essay van Arendt over ‘de vrijheid om vrij te zijn’ – en het boek van Berding is daarbij een welkome gids.

Boekenkrant

Eerder gepubliceerd op iFilosofie

Boeken van deze Auteur:

Rondom Cornelis Verhoeven

De werelden van Hannah Arendt