"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De wind in de wilgen

Zaterdag, 27 juni, 2020

Geschreven door: Kenneth Grahame, David Roberts
Artikel door: Hanneke Arts-Honselaar

“Wat de rivier niet heeft, is het hebben niet waard, en wat hij niet weet, is het weten niet waard.”

[Recensie] Reggie Naus heeft zichzelf overtroffen met deze vertaling van het alom bekende The wind in the willows van Kenneth Grahame. Je waant je als lezer een van de wriemelende dieren uit dit heerlijke boek en beleeft hun avonturen alsof je zelf dicht bij de grond tussen de bladeren scharrelt of op de glinsterende rivier drijft met bruine boomwortels onder het wateroppervlak en een schuimende dam vlakbij. De oorspronkelijke illustraties van Ernest H. Shepard zijn lief en grappig en nodigen uit om de kleurpotloden erbij te pakken en ze in te kleuren tot sprekende tafereeltjes.

De wind in de wilgen beschrijft de avonturen van Mol, Rat, Pad en Das. Mol woont in een ondergronds huis, Rat woont aan de rivier, Pad woont op het landgoed Paddenburg en Das in het Wilde Woud. Zij vormen de belangrijkste personages van het boek en de verhalen spelen zich af in en tussen de vier woonplekken van deze dieren.

Het verhaal begint wanneer Mol genoeg heeft van de lenteschoonmaak en de lentekriebels hem naar buiten lokken. De zon op zijn vacht en het rollen in het gras bevallen hem veel beter dan het schoonmaken van zijn ondergrondse huisje. Blij gaat hij op weg en ontdekt dan de rivier waarop alles glanst, glinstert, bubbelt en ritselt. Hij raakt erdoor betovert en volgt de rivier tot hij aan de overkant een gezellig huisje ontdekt dat van Rat blijkt te zijn. Rat vaart Mol in zijn bootje over de rivier en samen maken ze plezier en picknicken langs de kant. Mol ziet in de verte het Wilde Woud liggen, waar Das woont, met daarachter de Wijde Wereld waar de mensen wonen. Rat nodigt na deze fijne dag Mol een poos te logeren bij hem uit. Mol leert zwemmen en roeien en geniet van het stromende water.

Boekenkrant

“En soms luisterde hij goed en ving dan heel even iets op van wat de wind onafgebroken in de wilgen fluisterde.”

Omdat de verhalen van Rat hem nieuwsgierig hebben gemaakt, besluit Mol wanneer Rat voor het vuur ligt te dutten, zelf op zoek te gaan naar Das in het Wilde Woud. Maar omdat hij de weg niet kent en het donker wordt maken de rare geluiden in het woud hem angstig. Hij verstopt zich in een holle boom, waar Rat – die hem mist en naar hem op zoek gaat – hem gelukkig vindt. Samen gaan ze op weg naar huis, maar dan gaat het hard sneeuwen. Ze raken verdwaald tot Rat een deurmat vindt, die van het huis van Das blijkt te zijn.

Mol en Rat worden door Das in zijn gezellige huisje uitgenodigd. In de warme gloed van een grote keuken met een open haard en een grote gezellige tafel brengen ze al pratend en smullend de nacht door. Daar bedenken ze samen een manier om Pad te helpen. Want hoewel Pad altijd goedgehumeurd is, altijd blij om anderen te zien, en altijd teleurgesteld als je weer weggaat, is hij ook wel een beetje opschepperig en verwaand. Pad woont in het landhuis Paddenburg. Hij krijgt snel genoeg van waar hij aan begint, en begint dan weer met iets anders. Zo is hij gek op boten, totdat die hem vervelen en hij liever met een woonwagen onderweg is en onderweg ontdekt dat auto’s nog leuker zijn…Dat brengt hem de vreemdste avonturen, waarvoor Pad, Rat en Das dus een plan bedenken om hem tegen zichzelf te beschermen, maar dat lukt niet helemaal. Of eigenlijk, helemaal niet…of misschien een beetje.

Tussen de verhalen door, maar nergens al te opvallend of storend, treft de lezer wat opvoedkundige wijsheden aan: met weinig tevreden zijn; slordige mensen die spullen uit hun boten in de rivier gooien; erkennen dat je fouten maakt; je verontschuldigen voor de fouten die je maakt. Maar ook blij zijn om de betovering van de natuur, vriendschap en lekker eten.

De wind in de wilgen ontstond op vergelijkbare wijze als Alice in Wonderland en Winnie the Pooh, als een serie bedtijdverhaaltjes die later in brieven verder verteld werden door een reizende ouder.  Het boek kwam voor het eerst uit in 1908, eerst in de Verenigde Staten en daarna in Engeland. President Roosevelt was er gelijk weg van. De illustraties van Ernest H. Shepard zijn net zo beroemd als het verhaal zelf. Deze ruimschoots geslaagde vertaling van Reggie Naus is van 2012. De wind in de wilgen werd ook verfilmd, bewerkt voor televisie en opgevoerd als toneelstuk.

Voor het eerst gepubliceerd op De leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Ada Dappers grote werk- en knutselboek voor topwetenschappers