"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Een bed tussen de boeken

Donderdag, 22 april, 2021

Geschreven door: Jeremy Mercer
Artikel door: Quis leget haec?

Herinneringen aan een verblijf in het Parijse Shakespeare & Co

[Recensie] Een bed tussen de boeken van Jeremy Mercer is een boek over een boekhandel. Niet zomaar een boekhandel, maar zo’n beetje de beroemdste boekhandel van Parijs, Shakespeare and Company.

De geschiedenis van deze boekhandel gaat terug tot 1919, toen Sylvia Beach in de rue Dupuytren de originele winkel opende. Het was een plek van samenkomst voor schrijvers als F. Scott Fitzgerald, Gertrude Stein en Ezra Pound. Hemingway noemt de winkel in zijn memoires en Ulysses van Joyce wordt er uitgegeven. In de Tweede Wereldoorlog werd Beach gedwongen de winkel te sluiten.

Tien jaar na de oorlog werd een soortgelijke boekwinkel geopend op de linkeroever van de Seine. Eigenaar: dromer, zwerver en schrijver George Whitman. Aanvankelijk noemde hij de winkel
Le Mistral, maar met toestemming van Sylvia Beach werd het Shakespeare and Company. Whitman zorgde ervoor dat ook deze winkel een ontmoetingsplek werd voor schrijvers, dichters en andere artiesten. Er staan bedden tussen de boekenkasten en hij weigert zelden een verzoek tot overnachting. De tegenprestatie is om wat te helpen in de winkel én het schrijven van een korte autobiografie.

Het verhaal wordt verteld door Jeremy Mercer, een Canadese journalist. Als deze vanwege zijn werk een doodsbedreiging krijgt vlucht hij en komt in Parijs terecht. Tijdens een regenbui schuilt hij in de boekwinkel en wordt daar op de thee gevraagd. Hij krijgt een indruk van hoe het daar aan toe gaat, heeft weinig geld en geen onderdak en vraagt of hij mag blijven. Whitman stemt toe.

Boekenkrant

Dat is het begin van een nogal romantisch verhaal, maar het is zoals het is. Er wonen vogels van diverse pluimage in de winkel. Soms voor even, soms voor langere tijd. Kurt, de jonge knappe schrijver die zijn manuscript nergens kwijt kan, Ablimit, de Oeigoer die vlijtig zijn talen leert en een kippenklauwen-export wil opzetten, Simon, de aan codeïne verslaafde dichter die uiteindelijk toch zijn succes viert en natuurlijk Georg Whitman zelf.

Whitman is een complexe persoon met het hart op de juiste plek. Hij heeft een motto en dat staat boven de deurpost geschilderd: “Be not inhospitable to strangers, lest they be angels in disguise.” Hij is extreem zuinig enerzijds, aan de andere kant is hij erg nonchalant:

“Hij (Whitman) had lang de gewoonte gehad om bundeltjes francs tussen de boeken te stoppen of ze onder zijn kussen te verbergen en dan zocht hij daar verwoed naar terwijl John beneden wachtte. Een keer kwam hij erachter dat zijn favoriete bergplaats was ingenomen door een kolonie muizen. Ze hadden stapeltjes van briefjes van tweehonderd franc aan reepjes gescheurd om er een nest van te maken dat meer dan drieduizend dollar waard was. ‘Ze hebben in ieder geval niet aan de boeken gezeten’ zei George, terwijl hij zijn schouders ophaalde.”

Dat tekent de man. Het maakt hem niet uit dat er veel boeken gestolen worden, het maakt hem wel uit dat de dieven die boeken niet lezen maar gewoon doorverkopen.

Velen maken gebruik van de gastvrijheid en in de loop der jaren hebben er tienduizenden geslapen. Omdat deze allemaal een biografie hebben achtergelaten, herbergt het archief van de winkel een schat aan verhalen over de literaire wereld van de afgelopen eeuw.

Het boek is een ware page-turner. Niet omdat het een spannend verhaal is, maar door de sfeer. Het is onversneden romantiek in de huidige tijd. Het gaat om kunstenaars met een verhaal. Ze hebben vaak honger, zoeken naar manieren om goedkoop aan eten te komen, drinken samen goedkope wijn onder de bruggen van de Seine, wassen zich niet of snel op het toilet van café Panis en leven zo goed en zo kwaad als het kan samen in de winkel.

De winkel: een wirwar van gangetjes en ruimtes en boeken zover het oog reikt. Whitman heeft een wensput geplaatst waar bezoekers geld in kunnen gooien. De kunstenaars mogen hier af en toe wat uithalen om eten te kopen. Het is een boekhandel met een eigen bibliotheek. Een ruimte waar je mag gaan zitten om te lezen, de boeken daar zijn niet te koop. Het kan zijn dat er een schrijver aan het werk is in de winkel, de bedden staan tussen de kasten in.

Over wat er zich afspeelt tussen de hoofdpersonen moet men zelf het boek maar lezen. Ik verwijs  wel naar een bespreking van Boekensneuper die de winkel heeft bezocht en er een mooi verslag van heeft gemaakt, alsmede naar een fotoverslag van Kimbooktu.

Als ik weer eens in Parijs kom is deze winkel een zekere bestemming. Deze wordt nu gerund door de dochter van Whitman, Sylvia. Inderdaad vernoemd naar Sylvia Beach. Georg Whitman is op 14 december 2011 overleden, op achtennegentigjarige leeftijd.


Eerder verschenen op Quis leget haec?