"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Een jaar uit het leven van Gesine Cresspahl

Vrijdag, 17 maart, 2023

Geschreven door: Uwe Johnson
Artikel door: Quis leget haec?

Meegesleept in de wereld van Johnson

[Recensie] Jahrestage, ofwel Een jaar uit het leven van Gesine Cresspahl is het magnum opus van de Duitse schrijver Uwe Johnson. Het is geen boek voor tussendoor, deze pil telt 1573 pagina’s puur leeswerk. Verder is er nog een nawoord van de vertaler en de uitgever en een beschouwing van het boek door journalist John Albert Jansen.

In het boek volgt u een jaar lang het leven van Gesine Cresspahl, van 21 augustus 1967 tot en met 20 augustus 1968. Dat lijkt vrij overzichtelijk maar dat ligt toch iets genuanceerder. Ik kom er nog op terug. Gesine is een Duitse vrouw die met haar tienjarige dochter Marie in New York woont. Ze werkt bij een bank en hun leven in Manhattan vormt een grote verhaallijn in het boek. Hun dagelijks leven wordt minutieus beschreven en er is een grote rol voor The New York Times weggelegd. Bijna dagelijks wordt het nieuws ook aan u als lezer geserveerd;

“Kerstmis is voorbij en The New York Times vindt dat ze alweer achtenzestig pagina’s nodig heeft om ons koopjes alsook de wereld te presenteren. De luchtmacht bombardeert opnieuw het noorden van Vietnam. Brand op een Noorse vrachtboot in de haven. De Vrijstaat Beieren ziet zichzelf als bruggenhoofd naar Oost-Europa. Peking blijft zwijgen over zijn atoomexplosie.”

Nazi-Duitsland
Een tweede grote verhaallijn is die van wat Gesine aan haar dochter vertelt over haar ouders en jeugd in nazi-Duitsland en later in de Sovjetsector en de DDR. Uit de hoofdlijnen komen nevenlijnen voort. Een belangrijke nevenlijn is de omgang van Duitsland met het naziverleden. De dames Ferwalter en Blumenroth in New York representeren de nazislachtoffers en de omgang van Gesine met hen laat zien hoe Duitsers die de schuld van de Holocaust accepteren omgaan met de slachtoffers ervan. Grote issues teruggebracht tot een behapbaar niveau, Johnson is er een meester in.

Wandelmagazine

Dat doet hij ook met een andere nevenlijn, de positie van de zwarte burger in de Verenigde Staten. Door het opvoeren van het zwarte meisje Francine laat hij het ongemak zien van de witte burger met de Afro-Amerikaanse bevolking. Weer een andere lijn is de confrontatie tussen het werkelijk bestaande socialisme uit die dagen en de hoop op een humaner socialisme zoals dat lijkt op te bloeien na de Praagse lente.

Tot zover nog een overzichtelijk geheel, maar als u gaat lezen wordt het wat gecompliceerder. Johnson heeft een geheel eigen schrijfstijl en hij laat de verhalen overal in elkaar overlopen. De ene zin zit je nog in New York, in de volgende zin alweer in de (fictieve) plaats Jerichow in het oude Duitsland;

“En kapitein Bacel Winstead in Hué zei bij het zien van mariniers die op uit privébezit ‘bevrijde’ motorfietsen naar het front vertrokken: het Amerikaanse leger is toch het godverdommeste van de wereld.
Rond 20 oktober 1938 werd in Dassow bij Jerichow een man veroordeeld tot acht maanden gevangenis en proceskosten, omdat hij niet bij de partij van de nazi’s zat maar desondanks het speldje van deze partij had gedragen om aan zijn ‘innerlijke overtuiging’ uitdrukking te geven.”

Dit is nog een redelijk duidelijke overgang maar Johnson doet het ook subtieler, soms binnen een zin. Bovendien gebruikt Johnson personages uit andere romans en korte verhalen van zichzelf en u wordt veronderstelt die wereld maar te kennen want hij introduceert ze verder niet. Dan is de lijst met Dramatis personae achterin het boek een welkom hulpmiddel.

Verschillende verteltechnieken
Verder gebruikt Johnson verschillende verteltechnieken. Naast innerlijke monologen en door Gesine en Marie aan anderen vertelde verhalen komen er veel dialogen in voor. Vaak dient u maar te gissen wie er überhaupt aan het woord is, soms krijgt u alleen brokstukken waarmee u zich een beeld dient te vormen. Filosofische gedachten, brieven, artikelen en geschiedenislessen; het trekt allemaal in hoog tempo aan u voorbij.

Ik had het al over het magnum opus van Uwe Johnson en dat is niets teveel gezegd. Hij werkte vijftien jaar aan dit boek dat oorspronkelijk in vier delen verscheen. Een zenuwinzinking, een writer’s block, een stukgelopen huwelijk, een stevige alcoholverslaving en een zichzelf opgelegde verbanning naar een klein dorpje in het graafschap Kent; het schrijven van Jahrestage was een beproeving. Een van zijn vrienden zou later zeggen dat Johnson zich letterlijk dood had geschreven. Hij overleed een jaar na de voltooiing van dit boek aan een hartaanval.

Canoniek
Johnson heeft zich wel de geschiedenis in geschreven. Jahrestage heeft in Duitsland een canonieke status. Zodanig, dat er op het internet verrijkend en gedetailleerd commentaar beschikbaar is. U kunt er hier mee aan de slag. Ook publiceerde journalist Rolf Michaelis (met hulp van Uwe Johnson zelf) een Kleines Adressbuch für Jerichow und New York, een register met alle personages en adressen uit het boek.

De Nederlandse vertaling van Marc Hoogma verdient een aparte vermelding. Deze niet-professionele vertaler heeft er, ondanks de kronkels van de auteur, een zeer leesbaar verhaal van gemaakt. Passages in het Hoog-Duits worden onder aan de pagina in vertaling weergegeven.

Het is dus veel leeswerk en u dient het hoofd erbij te houden. Johnson heeft het liefst dat u net zo snel of liever langzaam leest als dat hij schreef. Vijftien jaar is wellicht wat lang en het mag ook sneller, maar neemt u de tijd. U wordt dan meegesleept in de wereld van Johnson maar ook van die van Gesine en haar dochter. Bent u klaar, dan gaat u ze nog missen.

Eerder verschenen op Quis leget haec?