"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Een ontgifting

Vrijdag, 7 december, 2018

Geschreven door: Willem Otterspeer
Artikel door: Marnix Verplancke

Ontsnappen aan Hermans’ nihilisme

De eerste zin

“Zuigend, naar adem happend, knakten de treindeuren open.”

Recensie

Meer dan tien jaar lang werkte de Leidse hoogleraar universiteitsgeschiedenis Willem Otterspeer aan zijn tweedelige biografie van Willem Frederik Hermans. De mislukkingskunstenaar verscheen in 2013, De zanger van de wrok twee jaar later. Een beter biograaf dan Otterspeer was er wellicht in heel Nederland en Vlaanderen niet te vinden aangezien hij een fenomenale kennis bezat over de schrijver en gefascineerd werd door diens nihilistische kijk op het leven. Zo gefascineerd, dat hij Hermans en zichzelf nu opvoert in een roman, zijn eerste ooit, waarin hij zich de vrijheid van de fictie veroorlooft om verlost te worden van dat nihilisme. Een ontgifting, heet het boek niet toevallig.

Kookboeken Nieuws

Dat Otterspeer meer wou doen dan zomaar een romannetje schrijven, maar ook in de clinch wou gaan met zijn grote voorbeeld mag blijken uit de vorm die hij zijn boek heeft gegeven. Net als Hermans’ eerste grote roman, De tranen der acacia’s, heeft het eerste deel van Een ontgifting een gevorkte structuur. Afwisselend vertellen de schrijver en zijn biograaf over hun kindertijd, waarbij toegewerkt wordt naar het grote kantelmoment, waarop hun beider zussen in het voetlicht treden en blijkt hoe belangrijk die waren voor hun verdere leven. Zeker voor Hermans, weten we al uit Otterspeers biografie, want haar zelfmoord op haar eenentwintigste maakte van hem een schrijver.

De biograaf volgt zijn onderwerp op de voet. Hij bezoekt de steden, straten en huizen waar Hermans gewoond heeft, probeert de geuren op te snuiven die ook de schrijver geroken moet hebben en heeft in feite maar een doel voor ogen: verder komen dan het archiefmateriaal hem toestaat. Hij wil de man en zijn denken leren kennen en beseft maar al te goed de moeilijkheid of schier onmogelijkheid van dat opzet. Met ieder nieuw boek dat over Napoleon verschijnt, wordt deze weer wat ongrijpbaarder, weet hij, hoe zou Hermans dan begrijpelijker kunnen worden door hem te doorgronden? Een ontgifting moest dan ook noodgedwongen op een desillusie uitlopen, niet voor de lezer, want die wordt getrakteerd op een hoogst originele, erudiete roman, maar wel voor de biograaf, wiens zoektocht naar peis en vree in een wereld vol Hermansiaanse beroering alleen maar op de eigen grenzen kon botsen.

3 vragen aan Willem Otterspeer

Tien jaar werkte u aan de tweedelige biografie van Willem Frederik Hermans. In uw roman fictionaliseert u hem ook nog een keer en gaat u de strijd aan met hem. Of is dat een te sterk woord?

Otterspeer: “Helemaal niet, het was een gevecht op leven en dood, die roman. De vraag die ik me na het schrijven van de biografie stelde was tweeledig: waarom wilde Hermans een biograaf hebben en waarom wilde ik die zijn? Hermans had een enorm archief. Zowat vanaf de kleuterschool is hij zichzelf gaan verzamelen en dat deed hij heus niet om zijn vijanden te bestrijden. De man wou een biografie. Dat is raar, aangezien hij een geologische blik op de werkelijkheid had. In zijn visie stelde de mens als soort helemaal niets voor en een individu logischerwijze nog veel minder. Een dergelijk fundamenteel nihilisme zou hem toch genoopt moeten hebben zijn eigen biografie als volkomen irrelevant te beschouwen. Waarom wilde hij die dan toch? En waarom wilde ik daar meer dan tien jaar aan besteden? Het gekke is dat wij op hetzelfde antwoord uitkwamen: omdat wij allebei onder dat vreselijke nihilistische wereldbeeld wilden uitkomen dat het leven volkomen zinloos is. In de biografie was dat niet gelukt. Vandaar dat ik een roman nodig had.”

Heeft u Hermans beter leren begrijpen door een romanpersonage van hem te maken?

Otterspeer: “Veel is inderdaad helderder geworden. Wat me bijvoorbeeld opviel is dat na zijn vertrek naar Parijs het gif er voor een deel uit was. Hij had zijn haat voor Nederland nodig om te kunnen schrijven. Eens weg uit Nederland was voor een groot deel ook de ‘raison d’être’ van zijn werk weg. Wat restte was een bouwval van een wereldbeeld. Dat is me bij het schrijven meer en meer duidelijk geworden.

En wat nu? Terug naar de geschiedschrijving?

Otterspeer: “Een van de vooropgestelde gedachten die ik had was dat ik in dit boek Hermans moest vermoorden door de megalomanie te koesteren dat ik even goed als hij zou kunnen schrijven. Anders hoefde ik er niet aan te beginnen. Van historicus moet ik dus schrijver worden, en nu ik dat ben weet ik niet of ik in de toekomst nog wel historicus kan zijn. Een roman laat je bijvoorbeeld toe veel vrijer  en inventiever om te springen met de structuur van je boek. Misschien zal ik geschiedenis wel een heel saai genre vinden.”

Eerder verschenen in Knack

Boeken van deze Auteur:

Een ontgifting

De zanger van de wrok. Willem Frederik Hermans. Biografie, deel II (1953-1995)