"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Eindelijk gewoon Hayat

Dinsdag, 21 juli, 2020

Geschreven door: Hayat
Artikel door: Jacqueline Stil

Leven tussen twee werelden

[Recensie] Hayat schrijft en leest als een goede vriendin die je van alles vertelt over haar leven. Het zijn ontboezemingen vol humor. Hayat  (pseudoniem van Ibtihal Jadib) is van Marokkaanse komaf, maar is in Nederland geboren.  Ze is getrouwd met een Nederlandse man. Haar ouders zijn wel echt Marokkaans. 

Iedere hoofdstuk in dit boek behandeld een afgesloten kwestie, en is eerder verschenen als column in de Volkskrant.  In het dagelijks leven is Hayat advocaat. Daarin staat zij zeer bescheiden. De auteur beschrijft hoe zij zich anders voelt behandeld dan Nederlanders en hoe haar cultuur ook afwijkt van de Nederlandse. 

Bijvoorbeeld dat zij in de klas of op het werk voornamelijk als Marokkaans wordt gezien in plaats van als student of werknemer.  Ze voelt de drang om de (voor)oordelen tegemoet te komen, om de voorbeeldige Marokkaan uit te hangen. Hoe het haar gelukt om als Marokkaan toch advocaat te worden is bijzonder.

Hayat vraagt zich af hoeveel zuivere Hollanders er eigenlijk nog zijn. Mensen die zij tegen komt zijn verbaasd dat zij op het vwo zit en zo goed Nederlands spreekt.

Foodlog

Uit eten gaan of ergens iets drinken is niet normaal voor haar ouders. Ze schrijft over het woord Alhamdoulilah, wat betekent ‘Dank aan God ‘ , dat Marokkanen overal aan vast plakken. Marokkaanse ouders lopen niet bepaald de deur plat bij musea en theaters, schrijft zij. Daarin zouden zij verschillen van de gemiddelde Nederlander.  Ook anders is dat zij jaarlijks op vakantie gaan bij familie in Marokko, en hoe moeder het hele jaar cadeautjes opspaart om mee te nemen.

Ze schrijft over de verhouding tussen politiek en allochtonen,  over besnijdenis, over haar oom Rachid, over mensen die terugkeren naar Marokko en blij zijn dat er niet meer over allochtonen wordt gerept.  Over vriendschappen op school,  over het kind dat zij krijgt en de band die Marokkanen hebben (of niet hebben) met huisdieren. 

Ook aan bod komt een meisje dat naar Syrië wil emigreren en radicale groeperingen die kinderen van Marokkanen hersenspoelen en afpakken. 

Ze beschrijft hoe zij vanaf haar kindertijd opgroeit met Sinterklaas,  waarbij haar moeder nier precies weer hoe het werkt met dit feest. Het gaat over het werk van moeder, de studie van zusje. Hoe je in Marokko niet zonder begeleiding van een man op straat kunt lopen, over de Ramadan en de reacties van Nederlanders daarop. De gebruiken in Marokko rond dood en begrafenis,  over de reacties op een verliefdheid van een vriendin, over hoe misplaatst haar vader zich voelt op een Nederlands feest en hoe Marokkanen niet praten over allerlei intieme zaken. En nog veel, veel meer.

Het komt mij voor dat veel van deze onderwerpen bij Nederlanders net zo gebeuren, alleen dan niet in de context van Marokko.  Behalve dan het Sinterklaas verhaal. Nederlandse ouders weten vaak wel  hoe dat werkt. Nederlanders worstelen net zo goed met deze onderwerpen en moeten ook hun identiteit in het leven vinden. Dat neemt niet weg dat het een fijn boek is om te lezen en ik vond het moeilijk om het weg te leggen.  Dat maakt het dus een page-turner.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles