"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ex

Dinsdag, 30 september, 2014

Geschreven door: Peter Vermeersch
Artikel door: Maarten Reijnders

Hoopvol boek over ex-Joegoslavië

[Recensie] Aan de vooravond van de burgeroorlog in Joegoslavië, in 1990, reizen drie huurmoordenaars af naar Brussel. De spanningen tussen Serviërs en Kosovaren zijn op dat moment al flink opgelopen, onder meer door een oorlogszuchtige speech die Slobodan Milošević een jaar eerder bij de herdenking van de Slag bij het Merelveld (1389) hield. In Brussel leggen de drie in opdracht van de Servische afdeling van de Joegoslavische inlichtingendienst vervolgens de Kosovaarse mensenrechtenactivist Enver Hadri om.

Na een ontmoeting met de dochter van Hadri raakt de Belgische slavist en politicoloog Peter Vermeersch enkele jaren geleden gefascineerd door de moord. Hij besluit naar Kosovo af te reizen. Om het huis van de vermoorde activist te zien en om wetenschappelijk onderzoek te doen. “Ik blijf het verbijsterend vinden hoe makkelijk mensen aannemen dat een collectieve identiteit iets onwrikbaar is, terwijl hun persoonlijke vriend- en vijandschappen vlot veranderen”, schrijft Vermeersch in zijn boek Ex, over een land dat zoek is.

Hoe probeert men verschillende bevolkingsgroepen in het voormalige Joegoslavië weer bij elkaar te brengen, wil hij daarom weten. En: “Is het naïef om hoopvol te zijn?” Om antwoorden te vinden op die vragen reist Vermeersch behalve naar Kosovo ook naar tal van andere plaatsen die in de jaren negentig dagelijks in het nieuws waren: van Belgrado tot Sarajevo en van Banja Luka tot Zagreb.

Hoewel hij af en toe de neiging heeft om zich te verliezen in wat al te lange beschrijvingen van zijn gesprekspartners, het landschap of het eten, levert dat veel lezenswaardigs op. De mensen die Vermeersch spreekt, kunnen vrijwel zonder uitzondering een ongewoon verhaal vertellen over de oorlog.

Archeologie Magazine

Soms hebben ze gruwelijke zaken meegemaakt. Zoals Zijo, de jongste zoon uit een Roma-familie. Hij groeide op in een dorp in Bosnië, vlakbij de grens met Servië. Op een avond in juli 1992 staken Servische paramilitairen de grens over. Ze namen Zijo, zijn familie en andere bewoners mee in vrachtwagens. Alle inzittenden werden vermoord. Alleen de toen achtjarige Zijo bleef in leven, omdat hij zich dood hield nadat de paramilitairen hem hadden toegetakeld.

Inmiddels is Zijo een man van bijna dertig. Hij werkt in de keuken, in Italië en in Tuzla. Littekens op zijn arm en in zijn nek herinneren nog altijd aan die horrorachtige avond en nacht begin jaren negentig. De verantwoordelijke paramilitairen werden veroordeeld tijdens een proces in Belgrado, waarbij Zijo aanwezig was. Eindelijk kon hij de mannen die zijn familie uitmoordden, weer in de ogen kijken. “Hij deed dat rustig, zegt hij. Geen probleem”, schrijft Vermeersch daarover.

De veerkracht van Zijo is indrukwekkend. Veel in Vermeersch’ boek wijst erop dat  Zijo daarmee symbool staat voor ex-Joegoslavië: er zijn genoeg redenen om hoopvol te zijn over de toekomst.

Eerder verschenen in Wordt Vervolgd