"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Günter Tuzina: Welt

Donderdag, 19 november, 2020

Geschreven door: Rudi Fuchs, Ulli Seegers
Artikel door: Chris Reinewald

Ordeningsprincipes met rood

[Recensie] “Ik schilder geen ramen,” stelt Günter Tuzina (1951) halverwege het eerste essay in de uitgebreide catalogus, verschenen bij zijn expositie in Slewe Gallery. Nee, natuurlijk. Ramen in de zin van vensters zijn Tuzina’s kleine tot middelgrote schilderijen dan ook zeker níet.

Een visueel uitdagend overzichtsboek laat zijn abstract-geometrische werk vanaf 2002 zien.

Als fundamenteel-minimalist schilder mijdt Tuzina elk vermoeden van figuratie. Toch zijn het  raamwerken waarin hij zijn composities uitzet en dan – per periode – in een vaak tonalistische kleurkeuze. Gaandeweg meen je het gedempte groen-blauw-paarse kleurscala van de Duitse expressionisten te herkennen. Eerdere stijlinvloeden zijn onmiskenbaar Mondriaan en Rothko, waar Tuzina zich echter steeds verder aan ontworstelde. 

Bauhaus-theoreticus/docent en schilder Josef Albers typeerde de onderlinge interactie tussen kleuren als Tuzina toepast als “plastisch organisatieprincipe… met het vierkant als bord en niet als de soep erin.” Een veelzeggende vergelijking, gezien de perfect ronde doeken die Tuzina ook schildert. Met een figuratief tafereel erop is deze vorm vaak sentimenteel anekdotisch.

Boekenkrant

Hier niet. Net zo goed als het vierkant geen raam is, wordt de cirkel geen patrijspoort.

In de o-vorm plaatst Tuzina weer zijn kubus(sen), maar dan net niet centraal. Dat wrikt prettig. Net als bij de rechthoekige dragers schuiven vierkanten a-centraal door het beeld naar hun bestemming. Kleurvlakken zijn mat als bij druktechnieken.

Wit was zwart

In het prachtige boek, dat Slewe Gallery en Salon Verlag dit voorjaar publiceerden, zie je ook foto’s van eerdere exposities uit 2005 en 2006. Tuzina sausde de muren blauw of geel waardoor een nog groter ordeningsprincipe ontstaat.

Het degelijke, Duitstalige essay van Ulli Seegers gaat in op Tuzina’s invloedsbronnen: de gesuggereerde ruimtewerking bij Italiaanse Renaissancisten Giotto, Della Francesco, Fra Angelico tot free jazz. Verfrissend is een nauwkeurig kijkavontuur dat Rudi Fuchs schreef bij een haast swingend uit zijn lood staande compositie met witte balk die eerder zwart was.

Tuzina schildert van achter naar voren wat hem de mogelijkheid geeft met een rechthoek als sluitsteen de compositie te bepalen. Zo ontstaan doorkijkjes of juist blokkades naar kleurlagen ernaast of eronder. Ze prikkelen het verwachtingspatroon van de aandachtige kijker.

De geometrie, die Tuzina eerder strenger hanteerde, geeft hij recentelijk meer de losse hand. Restgebieden betekent hij intuïtief-impulsief met olieverfstick. Met dat schetserig-decorerende gebaar gaat het schilderij nog meer op een tekening of grafiek lijken. In een enkel geval herken je een soort abstract expressionisme dat in de jaren 60 de omslagen van literaire boekjes sierde.

Meest bepalend in zijn laatste reeks is een type rood: net geen grafische signaalkleur maar toch ook geen meegaande bordeauxtint. Dat gloeiende rood stoort, zo lijkt het, maar uiteindelijk stuurt het de spanning. Hier lijken de regels uit een gedicht van Karoline von Günderrode passend: Du glühende Roth/Soll sie Dir gleichen”.

De tentoonstelling met werk van Günter Tuzina, Und mit Rot is te zien van 17 Oktober tot en met 21 November 2020 in Slewe Gallery, Kerkstraat 105-A, 1017 GD Amsterdam.

Eerder verschenen op Facebook/Alleroogen