"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het empathisch teveel

Zondag, 12 november, 2017

Geschreven door: Ignaas Devisch
Artikel door: Annabel Junge

Je kunt je niet in alles en iedereen inleven

[Recensie] We hebben er allemaal mee te maken en we doen het steeds vaker: empathie. Heel kort gezegd, meevoelen met een ander. In onze huidige samenleving wordt dit inlevingsvermogen ook van ons verlangd. De wereld is dankzij de sociale media flink sneller geworden. Rampzalig nieuws bereikt ons overal en op ons empathisch gevoel wordt dan behoorlijk ingespeeld door organisaties als goede doelen. Maar ook bij actuele gebeurtenissen als discussies over de komst van de vele vluchtelingen, wordt een beroep op ons empathisch vermogen gedaan. Is dit eigenlijk wel terecht? Filosoof en hoogleraar ethiek, filosofie en medische filosofie Ignaas Devisch vindt dat we teveel empathisch bezig zijn en hij schreef er een boek over, Het empathisch teveel, waarin hij de voor- en nadelen van empathie naast elkaar zet.

In Het empathisch teveel laat Devisch op verrassend eenvoudige wijze zien hoe de wereld van de empathie in elkaar zit, want empathie is een complexere emotie dan de mensen denken. Met een groot aantal voordelen, maar zijn er wel degelijk ook nadelen en beperkingen aan te wijzen. Uiteraard begint hij met het vaststellen van een werkdefinitie: empathie is het vermogen je in te leven in en mee te voelen met wat je denkt dat de belevingswereld van anderen is. Vervolgens gaat hij nader in op het begrip aan de hand van filosofen, onder wie Theodor Lipps, Edmund Husserl, Emmanuel Levinas, en Edith Stein; en de psychiater Sigmund Freud. Om zijn stellingen toe te lichten maakt de auteur gebruik van herkenbare voorbeelden uit de maatschappij, waarmee hij laat zien aan hoe empathie gebruikt dan wel misbruikt wordt.

In Het empathisch teveel richt Devisch zich vooral op de beperkingen van empathie als sociaal of politiek instrument. De auteur stelt vast dat we soms empathisch zijn en soms niet. Dat selectieve gedrag kan liggen aan het feit dat we voor de één meer over hebben dan voor de ander. Een belangrijke factor die meespeelt, is bijvoorbeeld onschuld. Hoe onschuldiger iemand is, op hoe meer empathie hij/zij kan rekenen. Een eenmalige gebeurtenis is ook een fenomeen dat op onze empathie kan rekenen. Zodra die gebeurtenis herhaalt, – denk aan terroristische aanslagen – worden we er alweer immuun voor. Wanneer in geval van ernstige ziekten een patiënt in het nieuws komt, omdat hij/zij dringend dure medicatie nodig heeft, richten we onze empathie op die persoon en gemakshalve vergeten we dat er nog veel meer patiënten zijn. Daarnaast put empathie ons ook uit door de voortdurende druk vanuit de samenleving op ons inlevingsgevoel. Deze nadelige bijkomstigheden maken dat empathie geen goede basis is voor een rechtvaardige samenleving, vindt Devisch, want het gaat teveel uit van onze persoonlijke beleving. De auteur deelt dan ook niet de opvatting van de Britse filosoof Roman Krznaric die vindt dat we nog meer empathie moeten voelen.

Moeten we het dan maar zonder empathie doen, zoals psycholoog Paul Bloom van mening is? Devisch concludeert dat we empathie niet volledig moeten uitsluiten. Ze heeft wel degelijk een belangrijke functie. Inleving in een ander leidt tot meer betrokkenheid bij onze wereld. De veel gehoorde klacht dat de samenleving harder geworden is, spreekt Devisch dan ook tegen, want zo schrijft hij, we geven meer uit aan goede doelen dan vroeger. Maar de samenleving moet wel meer in evenwicht in komen. Begrippen als solidariteit en rechtvaardigheid zorgen voor een bepaalde mate van onverschilligheid die nodig is om tot een rechtvaardigere maatschappij te komen. We handelen dan immers niet meer uit persoonlijke voorkeuren, maar werken vanuit vastgelegde afspraken die voor iedereen gelden. Door deze onverschilligheid hoeven we ons niet meer betrokken te voelen met anderen wat tevens de empathische uitputting voorkomt.

Kookboeken Nieuws

Devischs conclusie dat de maatschappij niet harder is geworden, omdat er meer geld gegeven wordt, is wat kort door de bocht. Die conclusie geldt alleen wanneer we kijken naar het grote geheel. Doch wanneer we kijken naar de empathie op een veel beperkte schaal, namelijk onze naaste omgeving, kunnen we niet anders concluderen dan dat de samenleving wel degelijk harder is geworden. Mensen leven meer voor zichzelf en gemeenschapszin is niet meer zo vanzelfsprekend bij de jongere generaties. Niettemin is Het empathisch teveel een goed onderbouwd en voor iedereen toegankelijk betoog. Dat de auteur zichzelf herhaalt, mag de belangstelling voor dit boek niet tegenhouden.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leeslub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Het empathisch teveel

Rusteloosheid