"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het huis in Parijs

Woensdag, 25 augustus, 2021

Geschreven door: Natasha Lester
Artikel door: Jeannie Bertens

Heldhaftige vrouwelijke piloten in WOII

[Recensie] In het boek zijn twee tijdlijnen verwerkt, eentje die start in 1928 en doorloopt in de Tweede Wereldoorlog en eentje die speelt in het heden.

In het verleden staat Skye Penrose centraal. Ze is een echte wildebras die samen met haar zusje Liberty opgroeit aan de kust in Cornwall. De meisjes hebben geen vader, hun moeder Vanessa is ongehuwd en dat zorgt voor veel problemen in het dorpje waar ze opgroeien, het gezin wordt gemeden en de meisjes worden op school gepest.

Dat verandert wanneer Nicholas Crawford in het dorp komt wonen. Zijn vader is overleden, zijn moeder ziekelijk, ze trekken bij een strenge tante in. Vier jaar lang zijn Nicholas en Skye onafscheidelijk, dan vertrekt Nicholas naar de Verenigde Staten voor zijn verdere opleiding. Skye en Liberty gaan na de onverwachte dood van hun moeder naar Frankrijk om bij een tante te gaan wonen. Als Skye volwassen is, keert ze terug naar Cornwall om in de voetsporen van haar moeder te treden: ze gaat vliegen, iets dat haar moeder haar al geleerd heeft toen ze kind was. Als de oorlog uitbreekt, gaat ze bij het speciale vrouwendeel van het leger, de WAAF. In het begin krijgen ze alleen maar kleine karweitjes te doen, vrouwelijke piloten worden niet serieus genomen, er heersen grote vooroordelen over hun capaciteiten. Mede door toedoen van Skye, kantelt dat beeld gedurende de oorlog. Op enig moment komt ze Nicholas weer tegen, hij is teruggekeerd om dienst te nemen als piloot en is intussen commandant geworden van een speciale, geheime unit. Skye voelt de aantrekkingskracht tussen hen groeien, zij voelt meer dan alleen vriendschap. Maar Nicholas is niet vrij, hij is verloofd met de koele Française Margaux Jourdan.

Heel veel jaren later, in het heden, is Kat Jourdan de hoofdpersoon, ze is de kleindochter van Margaux en bij haar oma in Australië opgegroeid. Haar moeder is overleden toen Kat één week oud was en ook zij heeft geen vaderfiguur in haar leven. Haar oma is al dik in de negentig maar nog altijd goed bij de pinken en gezond. Kat is modeconservator en moet daarvoor regelmatig op reis. Haar twee jonge dochters worden dan opgevangen door haar ex-man.

Boekenkrant

Als ze voor een klus naar Engeland gaat, vraagt haar oma om haar huis in Cornwall eens te gaan inspecteren. Kat wist niet eens van het bestaan van dat huis! Maar als ze er komt, gaat ze het huis door om het te controleren. Ze ontdekt er een grote schat: een exclusieve collectie Dior-jurken, hoe komen die daar? Haar oma kan geen antwoord geven op de vragen die Kat haar stelt, het grijpt haar emotioneel té sterk aan. Het enige dat ze kwijt wil is dat de jurken voor Kat zijn.

Niet veel later neemt een schrijver, Elliott, contact op met Kat over haar oma. Elliott doet research voor een boek dat over de rol van vrouwelijke piloten in de Tweede Wereldoorlog gaat. Hij is op zoek naar Skye en Liberty Penrose en naar Margaux Jourdan die een belangrijke rol hebben gespeeld in Frankrijk, net na D-Day. Ze zijn vermist geraakt in die dagen en alleen van Margaux is bekend geworden dat ze, in erbarmelijke omstandigheden, teruggekeerd is uit kamp Ravensbrück, mét een baby. Van Skye en Liberty is nooit meer iets vernomen. Zou de oma van Kat, dé Margaux Jourdan kunnen zijn? Tussen Kat en Elliott ontstaat onverwacht een romance, ze besluiten een weekendje naar het huis van haar oma in Cornwall te gaan. Daar stuiten ze onverwacht op een verborgen tuin die eigendom blijkt te zijn van … Margaux Jourdan, juist ja, ook zo’n krasse negentiger! De verwarring is compleet, wie is nou wie en wat is er in 1944 in Frankrijk gebeurd?

Natasha Lester heeft een prachtige roman geschreven die met name het onderbelichte verhaal van de heldhaftige vrouwelijke piloten in WOII centraal zet. Er is tot nu toe niets bekend over Britse vrouwen uit de WAAF die in Duits gevangenschap beland zijn, ze lijken wel niet bestaan te hebben. Deze vrouwen waren officieel niet in dienst van de RAF, of een ander legeronderdeel, konden dus geen krijgsgevangenen zijn. Er werd niet naar hen gezocht, ook niet na de oorlog. Hun leed is nooit erkend. De auteur zet hen nu, met dit ontroerende boek, in de schijnwerpers, een mooi eerbetoon. Voor mij een dikke vier sterren waard.

Eerder verschenen op Perfecte Buren.