"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het Middel

Dinsdag, 15 januari, 2008

Geschreven door: Dirk van Weelden
Artikel door: Marleen Louter

Verbeeldingskracht en verandering

Victor Tamboeli, de hoofdpersoon in Dirk van Weeldens nieuwste roman Het Middel, lijdt aan een mysterieuze ziekte. Een voor een vallen zijn ledematen van zijn lichaam. Wanneer ook zijn linkerbalzak het slachtoffer wordt van die afwijking, besluit hij samen met een lotgenoot af te reizen naar de ‘oostelijke vlaktes’ van Nederland, om daar op zoek te gaan naar de Múto, een lichtgevende plant die na zorgvuldige bewerking over een geneeskrachtig poeder blijkt te bezitten.

Maar het noodlot slaat toe. De twee komen in aanraking met de Enclave van de Wijsheid Academie, een sekte-achtige groepering met als doel hogerontwikkelde mensen te creëren door het toedienen van synthetische levenservaring. Victor, in het dagelijks leven een mislukte boekhandelaar met een steenrijke en vooral dominante vriendin, krijgt sympathie voor hun ideeën, maar voor hij toestemt in een behandeling wordt de Wijsheid Academie overvallen door soldaten van de Nederlandse regering. Bij de inval vallen doden en Victor wordt verdacht van medeplichtigheid. Wanneer hij is vrijgesproken, reist hij opnieuw af naar de Enclave om er op zoek te gaan naar de vrouw die hij in die hectische minuten uit het oog verloor, Vera. ‘Ik wil weten waar ze is, ik wil haar zoeken.’

Maar het zijn juist die woorden die al aangeven dat het Victor onbewust niet te doen is om het vinden van Vera, maar om de zoektocht die hij ervoor moet maken. Zo wordt zijn terugkeer naar de Enclave vooral een ontdekkingsreis naar zichzelf.

‘Misschien ben ik hier niet alleen om Vera. Er is hier op de vlaktes iets anders waardevols, iets onbeduidends dat alles kan veranderen. Ik moet gewoon hier blijven en als ik het herken kan ik het oppakken.

Geschiedenis Magazine

De overblijfselen van de Wijsheid Academie worden nu bewoond door de vlaktebewoners, een vredelievend en eenvoudig volk, en de ruïnes van die utopische stad brengen bij Victor een verandering teweeg. Hij leert er opnieuw de liefde kennen, en zijn zoektocht naar Vera raakt steeds meer op de achtergrond. Langzaam wordt duidelijk wat er precies gebeurd is in de futuristisch ogende Enclave, en welke invloed het heeft gehad op Victors leven.

Tussen de regels van de beschrijving van Victors ontwikkeling door is van Weelden er ook in geslaagd een maatschappijkritische blik in zijn boek te verwerken. Zo lijkt de nederzetting van de vlaktebewoners, bovenop de puinresten van de Enclave, een symbolisch antwoord op de vraag wie er uiteindelijk beter af is: De leden van een samenleving die de hoogste idealen nastreeft of die van een samenleving buiten bereik van alle moderne communicatiemiddelen, slechts levend van wat de natuur haar te bieden heeft zonder zich daarbij te bekommeren om politieke of filosofische vraagstukken? Ook onderzoekt van Weelden aan de hand van de twijfelende houding van Victor een andere actuele vraag, namelijk: Waar houdt idealisme op en begint het beschadigen van mensenlevens?

Het Middel kan dus zowel als bildungs- als als ideeënroman worden bestempeld, maar in beide gevallen is de verbeeldingskracht van Van Weelden de drijvende kracht van zijn vertelling. Hij voert zijn lezer mee naar de utopische wereld van een onwerkelijk groot Nederland, over de oostelijke vlaktes tot aan de ‘grote verzakking’, in gezelschap van mensen en dieren die allemaal op hun eigen manier hun bijdrage leveren aan de ontwikkeling die Victor doormaakt. Het beeldende taalgebruik van van Weelden is daarbij van een grote originaliteit, en dat kan misschien nog wel het beste geïllustreerd worden met de manier waarop hij zijn personages steeds beschrijft, namelijk aan de hand van een passend levenseinde.

‘Elektrocutie lijkt me goed bij hem passen. Niet van overheidswege, maar bij verrassing, in een pakhuis. Tl-licht, avondkou, buiten hoor ik een motorfiets en wat later ligt Jozef voorover over een pallet met jutezakken vol limabonen.’

Wanneer Victor zichzelf hervindt in het gemoedelijke ritme van het leven op de vlakte, ziet hij uiteindelijk ook zijn eigen dood voor zich.

‘Nee, ik ben iemand anders geworden. Iemand die als alom geliefde en bewonderde vitale oude baas zijn snelheid overschat en bij het oversteken wordt aangereden door een bestelwagen met bronwater uit de Canadese bergen.’

En daarmee is Victors zoektocht, evenals van Weeldens roman, geslaagd.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.