"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Het verhaal van mijn rampspoed

Vrijdag, 12 augustus, 2016

Geschreven door: Pierre Abélard
Artikel door: Jona Lendering

Academische titels

[Column] De Geschiedenis van rampen, de autobiografie van de Franse geleerde Pierre Abélard (1079-1142), is een van de sleutelteksten uit de geschiedenis van het westerse denken. De auteur moet een onuitstaanbare man zijn geweest: in een klooster waar hij te gast was, maakte hij zich onmogelijk door kritische vragen te stellen bij de historiciteit van de stichter. Al eerder, als leerling aan de kathedraalschool van de Notre Dame in Parijs, had hij het zijn docent Willem van Champeaux (1070-1121) zó moeilijk gemaakt dat deze hem had gezegd dat als de leerling het dan zo goed wist, hij de volgende les maar moest verzorgen.

Lees nog even terug en kijk wat daar feitelijk staat: de docent die accepteert dat zijn student het beter kan weten. Dit zou de kern worden van een nieuw schooltype. De aloude kathedraalschool was nog een plek waar het leergezag in handen was van de kerk. Waarheid was er gebaseerd op de autoriteit van de heilige schrift, van de kerkleraren, van concilies en bisschoppen. Veel, zo niet alles, draaide om autoriteit. En in zo’n school erkende Willem van Champeaux dat een student betere argumenten kon hebben. Dat is groots.

Abélard zou een nieuw soort school oprichten, gevestigd op een heuvel, even buiten Parijs. In de Geschiedenis van rampen vergelijkt hij die nieuwe school en de kathedraalschool met een legerkamp voor een belegerde stad. Een Arabisch idee overnemend zagen Abélard en de zijnen zich als een gilde, waarin ze rangen hadden als leerling, gezel en meester. Vaardigheid en expertise, en niet kerkelijke autoriteit, waren in de nieuwe school doorslaggevend. Op zoek naar een naam, kozen de geleerden voor universitas, wat hier zoiets als “gemeenschap” betekent: een gemeenschap van mensen die samen zochten naar de waarheid, niet gehinderd door autoriteitsgeloof.

Nou goed, ik overdrijf een beetje. Men keek met grote bewondering naar de antieke teksten en was bereid er grote waarde aan toe te kennen. Maar de mentaliteit was principieel anders: iets was niet waar omdat deze of gene autoriteit het had gezegd maar omdat het beredeneerd kon worden. (Dat dit vrije denken pas ten tijde van mannen als Galilei zou zijn ontstaan, is een van de karikaturen waar we almaar niet van verlost raken.)

Ons Amsterdam

Waar het mij om gaat is: aan een universiteit die die naam waard is, is geen plaats voor autoriteitsgeloof. Nooit.

Ik schrijf dit omdat ik gisteravond dit stukje een paar keer langs zag komen: een advies aan studenten hoe ze hun docent dienen te mailen. Advies twee: gebruik de academische titels.

Nee! Academici die aan hun titel hechten, geven ook aan dat ze waarde hechten aan hun autoriteit en horen dus niet aan een universiteit. Misschien is er plaats voor ze aan een kathedraalschool. Een student die zijn docenten aanspreekt met hun titel, geeft aan niet te begrijpen wat de essentie is van het universitaire denken en kan ook beter weg blijven van de universiteit. En voor iemand die studenten adviseert hun docenten met hun titels aan te spreken, is er alleen plek in de achtste kloof in de achtste kring van de hel.

De vorige alinea is wat genuanceerder dan ik eigenlijk in gedachten had: ik had willen schrijven dat genoemde docenten, studenten en adviseurs tegen de muur moesten, allemaal. Maar in het huidige tijdgewricht nemen mensen dat soort hyperbolen letterlijk, dus ik schrijf dat maar niet. Niettemin: een hyperbool zou op zijn plek zijn geweest omdat er echt iets zeer, zeer grondig mis is als aan een instelling die zich heeft gewijd aan het autoriteitsloze denken een advies wordt gegeven dat neerkomt op het tegendeel. Het is een symptoom van de degeneratie van de hedendaagse universiteit, die niet langer weet wat ze is.

Er is maar één plek waar een academische titel mag worden gebruikt en dat is bij het ondertekenen van een brief namens Amnesty International. Wie die titel op een andere manier gebruikt, geeft aan haar niet waard te zijn. Einde verhaal.

Eerder verschenen op mainzerbeobachter.com

De Historia calamitatum  (lett. De Geschiedenis van rampen) is in 2011 vertaald onder de titel Het verhaal van mijn rampspoed


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.