"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Hoe heette de hoedenmaker? - Interview

Vrijdag, 2 februari, 2018

Geschreven door: Loekie Zvonik
Artikel door: Marnix Verplancke

Een roman die geleidelijk een autobiografie wordt

[Recensie] Loekie Zvonik (1935 – 2000) ging in de vroege jaren 1950 in Gent Germaanse filologie studeren. Ze ontdekte de stad en het nieuwe leven, maar vooral raakte ze in de ban van een fatalistische jongeman met schrijversambities, Dirk De Witte. Veel meer dan een flirt werd het niet tussen de twee, tot ze elkaar meer dan een decennium later ontmoetten op een congres in Wenen en de vlam in de pan sloeg. De jongeman van weleer was inmiddels een ongelukkig getrouwde schrijver van drie boeken die steeds slechter verkochten. Zijn liefde voor Loekie werd een ongezonde fixatie die drie maanden na de terugkeer uit Wenen tot zijn zelfmoord zou leiden. Terwijl zijn vrouw Anneke het huis uit was sloot hij zich samen met zijn hond op in zijn auto. Aan de uitlaat had hij een slang verbonden die de gassen de auto inleidde. Een half jaar later volgde Anneke zijn voorbeeld.

In 1975 schreef Loekie Zvonik over dit gegeven de autobiografische roman Hoe heette de hoedenmaker? die prompt de debuutprijs kreeg. Een tijd geleden trok literair journalist Wout Vlaeminck met een exemplaar van deze roman en een essay dat hij erover had geschreven naar uitgeverij Cossee die meteen de waarde van het boek inzag en het opnieuw uitgaf. Het essay is te lezen op de site van de uitgeverij.

Hoe heette de hoedenmaker?, dat begint als een roman, maar geleidelijk aan steeds meer een rechttoe rechtaan autobiografie wordt, barst van de literaire verwijzingen. Op iedere bladzijde vallen er wel een paar grote namen. Kafka struikelt over Rilke en voor Hermann Hesse is een wel heel centrale rol weggelegd. Die verwijzingen zijn echter niet gratuit. Ze hebben een functie. Zowel Dirk De Witte als Loekie Zvonik waren uit boeken opgetrokken. Zij dachten in citaten en betrapten zichzelf regelmatig op het naleven van passages uit hun favoriete romans en verhalen. Zvonik kon dus geen boek schrijven over hun relatie zonder daaraan uiting te geven.

Maar dat neemt niet weg dat die verwijzingen het lezen en de inleving soms bemoeilijken. Jeroen Brouwers mag er in 1975 wel van weggeweest zijn, zoals hij in het zelfingenomen nawoord bij deze roman schrijft, vandaag doen ze toch ietwat gedateerd aan. Toch mogen we ons hier ook niet blind op staren. Zvonik was goed, keigoed zelfs, zoals ze bijvoorbeeld toont in de twee bladzijden waarin ze het bijzonder scherp en integer over de dood van haar moeder heeft.

Pf

Drie vragen aan Wout Vlaeminck

Waarom laat Loekie Zvonik ieder hoofdstuk van haar roman beginnen met een citaat van Hermann Hesse?

Vlaeminck: “Loekie Zvonik is in Gent geboren, maar had Tsjechische roots. Haar echte naam was Hermine Zvonicek. Na haar studietijd wou ze echter Loekie genoemd worden, naar haar tweede naam, Louise. Dirk De Witte bewonderde Hermann Hesse. In diens De steppewolf komt het personage Hermine voor. Zij wordt geacht het hoofdpersonage van zelfmoord te redden. Dirk zette Loekie aan tot het lezen van De steppewolf en speelde een literair spel met haar, waarin hij haar de rol van Hermine toebedeelde. Ze kon hem redden of samen met hem sterven, insinueerde hij.”

Maar veel zin had Loekie daar niet in. Waarom schrijft ze anders “Ik ben geen prullenmand voor verbruikte literaire hoogtepunten”?

Vlaeminck: “Nee. Zvonik en De Witte hadden elkaar ontmoet aan de universiteit, maar waren elk hun weg gegaan. Toen hun liefde twaalf jaar later in Wenen weer opvlamde, was dit voor Loekie alleen maar een onschuldig spel. Ze had mensen waaraan ze gebonden was, schrijft ze, en Dirk was slechts randgebied. Maar voor hem was het veel meer dan dat. Eens terug thuis wou hij haar meeslepen in een tragisch verhaal waar ze als nuchtere, realistische vrouw helemaal niets mee had. Ze hield van haar gezin en haar baan in het onderwijs. Een dergelijk geloof in het kleine geluk had Dirk De Witte toen al lang verloren.”

Zvonik verwijst er in haar boek niet naar, maar in hoeverre speelde het overspel van De Wittes vrouw Anneke met schrijver Gust Gils een rol in zijn beslissing om zelfmoord te plegen?

Vlaeminck: “Het huwelijk van Dirk en Anneke was problematisch. Ze hielden er allebei buitenechtelijke affaires op na en wisten dat van elkaar. Ik denk dat haar relatie met Gust Gils een ultieme poging was om Dirk terug te winnen, door hem jaloers te maken. Of die relatie echt heeft bijgedragen tot zijn dood, betwijfel ik. Hij was toen wellicht al te vervreemd geraakt van Anneke om er echt mee in te zitten. Ondanks Anneke’s liefde voor Dirk en de vele offers die ze voor hem maakte, liet Dirk zijn echtgenote volledig links liggen. Dat er in het boek zelden naar Anneke verwezen wordt en zij ook pas op het eind aan het woord komt, is dus zeker geen toeval.”

Voor het eerst verschenen in Knack Focus


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Hoe heette de hoedenmaker? - Interview

Hoe heette de hoedenmaker? - Recensie