"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

In gesprek met..........Melissa Skaye

Vrijdag, 13 februari, 2015

Geschreven door: Melissa Skaye
Artikel door: Roelant de By

Deze roodharige spring-in-’t-veld is een zeer geliefd auteur onder onze lezers. Beide boeken uit de VT reeks werden in de groepsrecensie gelezen en gerecenseerd. Met haar schrijven weet ze veel mensen te boeien, tijd voor een babbeltje met Melissa. 


Wie is Melissa Skaye? Vertel eens iets over jezelf.
Moeder van twee heerlijke tieners, vrouw van een superleuke, lieve, humoristische man. Na 22 jaar zijn we elkaar nog steeds niet zat. Tik last van een tekort aan zelfvertrouwen. Een brede rug voor anderen, niet voor zichzelf. Iemand die dol is op lezen, maar zeker op schrijven. Een auteur die als lezer zelf graag op een verkeerd been wordt gezet, en dat dus ook graag haar lezers aandoet. Een mens dat houdt van haar familie, daar ook een sterke band mee heeft. Iemand die dol is op lachen, kletsen, knuffelen en gezelligheid. Idioot emotioneel, huilend om boeken, films en verhalen. Des te ouder des te erger. Best een huismus, die zich thuis ook het meest veilig voelt. Iemand die het superleuk vindt ergens wat te drinken of op visite te gaan, iets te ondernemen, maar het altijd weer erg fijn vindt om home sweet home te zijn.



Je schrijft thrillers én fantasy. Waarom dat?
In 2006 begon ik met fantasy (Jeremy Jago) omdat ik Jeremy ineens zo scherp voor me zag. Geen idee waarom, maar hij werd mijn grote vriend. In 2009 werd me door VrouwenThrillers om een kort thrillerverhaal gevraagd. In eerste instantie voelde ik een lichte paniek, want ik kon helemaal geen thriller schrijven. Ik werd aangemoedigd, want ik zou dat prima kunnen. Om niemand teleur te stellen – ik werd wel gevraagd en waardeerde dat enorm – schreef ik Virtuele tango, een verhaal van 1500 woorden. Eenmaal online werd het door meerdere mensen gelezen en ontving ik een mail van een uitgeverij die vertelde onder de indruk te zijn. Of ik een heel manuscript zag zitten. En verdomd, ik had het leuk gevonden dat korte verhaal te schrijven en wist: zoiets overkomt je nooit meer, een uitgever die jou mailt, die jouw manuscript wil lezen. Zo ontstond in feite deel 1 uit de VT-reeks en bleek ik beide genres erg leuk te vinden.


Welke van de twee heeft je voorkeur en waarom?
Dat is een terugkerende vraag. Kijk, kiezen van welk kind je het meest houdt is onmogelijk. Mijn zoon en dochter zijn, ieder op hun eigen manier, uniek. Dat is voor Jeremy, maar ook voor Sanne en Luca uit de VT-reeks zo. Met magie is bijna alles op te lossen. Ik kan helemaal los gaan in Jeremy’s wereld. Het magische eiland Magistraal, de bijzondere magiërs die er wonen en ieder een eigen verhaal hebben, de aparte behuizing, de geheimen, het goed en het kwaad. De buurtdorpen, de ene vreemd, de ander zuiver kwaadaardig. De rode draad die in de serie verweven zit, alles wat niet bestaat, maar tot leven komt als ik erover schrijf. Aan de andere kant is het schrijven van een thriller heel bijzonder omdat je je dan wel aan de waarheid moet houden. Een wereld van verschil! De thriller vergt research, maar hoe leuk is het om met een kladblok op schoot bij de recherche achter een bakkie koffie te zitten, en je vragen te stellen? Wat me het beste ligt is dus moeilijk te bepalen, maar ik vind de switch niet moeilijk. Ik kan eigenlijk alleen maar zeggen dat ik van beide genres heel erg geniet.





De boeken rondom Jeremy Jago zijn fantasy boeken. Volgens sommigen vallen ze in de YA categorie. Is dat je opzet geweest?
Omdat Jeremy in deel 1 veertien is, heb je denk ik al snel het YA label. Maar per deel wordt hij ouder. Aangezien ik er acht wil schrijven, zal hij in het laatste deel zo rond de twintig, eenentwintig zijn. Ook gebeuren er dingen die heftiger zullen worden. Zowel qua goed en kwaad, ook met emoties, gevoelens, de liefde. Of het nu onmogelijk is of niet. Dit alles past bij YA, maar ook bij fantasy. Vandaar dat de uitgever niet alleen het YA label, maar ook fantasy gebruikt.









Hoe kom je op de ideeën om een fantasy serie te gaan schrijven?
Jeremy sprong door mijn hoofd, al snel had hij, met een reden, zes vingers aan zijn rechterhand, wist ik wat er met hem was gebeurd en wie hij lief of juist niet lief had. Hij wordt als knaapje van nog geen drie ontvoerd van Magistraal, komt in een opvanghuis in de ‘gewone wereld’ terecht en moet terug. Daar bedacht ik de ballonvaart op zijn veertiende voor, en wel op een manier die indirect met zijn gave De Passage te maken heeft. Ik zal nooit van mijn leven in een luchtballon gaan staan, hij zou eens neer kunnen storten. Precies wat ik Jeremy en de zijne dus aandoe. Ja, soms ben ik niet lief.
Ik wilde niet helemaal een wees van hem maken, dus begint hij, eenmaal op Magistraal, de zoektocht naar zijn vader. Naar de reden van zijn moeders dood, naar diegene die hem heeft ontvoerd. Hij slaat stijl achterover als hij de waarheid weet. Daarmee is mijn toon voor de verdere delen gezet. Al schrijvende denk ik door, maar ik heb, na al die jaren van nadenken, voor alle acht delen een eigen map in de computer, met daarin de plot per deel. Ik heb een rode draad in de reeks verwerkt, iets waar ik naartoe werk. In deel 1 zitten al bepaalde feitjes die je, als je de hele reeks kent, pas later zal herkennen. Zo’n ‘O ja, krijg nou wat!’-momentje:-)

Door sommige recensenten wordt JJ ook wel de ‘Hollandse Harry Potter’ genoemd. Ervaar jij dat als compliment of juist niet?
Ja, het ís natuurlijk een megacompliment. Er is maar één Harry en maar één JK Rowling. En ook: er is maar één Jeremy. De jongens verschillen enorm van elkaar, de verhalen trouwens ook. Mensen vergelijken graag, ik zal niet huichelen, ik doe het zelf ook. Meer om aan te geven waar iets mee te vergelijken is, puur voor de duidelijkheid. Als een lezer aangeeft te hebben genoten van Harry Potter, is de kans groot dat ze van Jeremy Jago ook zullen genieten. Waarom? De magische wereld, het goed en kwaad, de rode draad, spanning, de karakters en natuurlijk het idee van acht delen waar je je op kan verheugen.

Het tweede boek van JJ is in augustus 2014 uitgekomen. Hoe zijn de reacties?
Ik wacht met smart op recensies! Het is mijn ‘dikkie’ met zijn 456 bladzijden, en recensenten hebben uiteraard een hele stapel recensieboeken. De reacties van lezers zijn tot nu toe heel positief. Er wordt met smart op deel drie gewacht. Wat me het meest wordt gezegd is: hoe verzin je het allemaal? Hoe krijg je het voor elkaar alles kloppend te maken met de verschillende lijnen die lopen? Meestal zeg ik dan: ik verzin t soms ter plekke, met heel veel lol. Gekkigheid natuurlijk, want juist door die lijnen is het opletten geblazen dat alles blijft kloppen. Deel twee is een mooi voorbeeld, er gebeurt behoorlijk veel. Maar elke fantasyfan die ik tot nu toe spreek geeft aan hier juist zo van te genieten. Hoe meer hoe beter.


Wat is je planning met JJ?
Acht delen, dus dat zijn héél veel woorden in totaal. Ja, ik heb veel te vertellen. Of eigenlijk heeft Jeremy dat.

Dit jaar komt deel drie uit. Heb je al een titel?
Yes. Jeremy Jago De strijd om Gemini.




Je stond afgelopen keren met de boeken van JJ op de Elfia. Een fantasyspektakel. Hoe was dat?
Fantastisch! Altijd weer. De verklede mensen die echt in hun rol zitten zorgen dat je je ogen uitkijkt. Dan sta je dus als auteur over je boek te praten met een karakter uit een horrorfilm of bijvoorbeeld Game of Thrones. En natuurlijk bloedserieus blijven haha. Ik sta er met een warm, hecht team, want dat is uitgeverij Zilverspoor/Zilverbron. Je promoot niet alleen je eigen boeken, ook die van collega’s. En zo nu en dan strek ik mijn benen en loop een rondje over het terrein. In dit geval was er een heel mooie midgetgolfbaan te midden van bos en stromend water, en zelfs een afgezet stuk met aapjes! Er is muziek om je heen, er zijn ridders te paard, stands met mooie sieraden, wapens en kleding. Volop tentjes met lekker eten, iedereen is lief, blij en simpelweg happy. Ik kijk erg uit naar april, dan is er Elfia in Haarzuilens. Daar presenteer ik het derde deel van Jeremy!


Waar haal je de inspiratie voor de VT reeks vandaan?
Ik spar vaak met mijn man. Hij kan één ding zeggen, ik bouw er meteen van alles omheen. Maar ook op tv doe je inspiratie op. Denk aan de zogenaamde crimeprogamma’s op Discovery. Ik leg zelf een lijn uit, in feite zoals ik ook met Jeremy doe. Al schrijvende zit het al in mijn hoofd, en soms weet ik niet hoe het daar is gekomen. Af en toe wijzigt er wel iets terwijl ik schrijf, en kan ik daar zelf verrast over zijn. Ik begin eigenlijk altijd met een proloog,
iets dat zich in het verleden heeft afgespeeld, en dat is de rode draad in het verhaal. Natuurlijk heb je ook het heden van Sanne en Luca, die ik per deel iets meer kan uitdiepen. Ik vond het best naar om te merken dat mensen teleurgesteld waren dat in deel 2, Verboden tranen, minder van Sanne naar voren kwam dan gewenst, maar Sarah Melder had in dat deel echt alle ruimte nodig. Die ruimte heeft ze dan ook volop gekregen. De lezers krijgen in deel 3 van de reeks misschien wel meer Sanne dan ze lief is, maar dan wordt goed duidelijk wat er in haar verleden is gebeurd en waarom paragnost Will de Jager zijn entree heeft gemaakt.


Tussen de hoofdpersonages Sanne en Luca uit de VT reeks hangt behoorlijk wat spanning. Gaat dat nog wat worden tussen die twee?
Ik beroep me op mijn zwijgplicht. Haha. Zeg zelf, het zou best cliché zijn, toch?


De verhalen spelen zich voornamelijk af in je woonplaats, is dat een broeinest voor verhaallijnen? Een mekka voor schrijvers?
Het is meer vanuit mijn eigen gemak. Ik ken hier de weg, de straten, winkels, bedrijven. Al schrijvende loop ik door Hoorn. Soms zoek ik via street view een bepaalde straat op, omdat bepaalde feiten moeten kloppen. Heel soms maakt het niet zo gek veel uit, zolang de straat maar in Hoorn (of Zwaag, een dorp in de Gemeente Hoorn) echt bestaat.


Waarom heb je daar juist voor gekozen? Je had ook Amsterdam of Rotterdam kunnen kiezen. Heeft dat met je comfortzone te maken?
Ja, absoluut. Zoals ik al zei ken ik hier de weg. Ik woon in Hoorn, dus hoe makkelijk kan je het dan hebben? Daarbij vind ik het erg leuk om mensen en bedrijven, winkels en straten te beschrijven die echt bestaan. In Verboden tranen heb je bijvoorbeeld André Stumpel van de boekhandel (André is van vlees en bloed) en Karin Troost, die een rol in dit deel heeft gewonnen.

De titels van de VT reeks beginnen allemaal met de initialen V en T. Heb je nog genoeg inspiratie voor een tig aantal titels én bijbehorende verhaallijnen?
Tot deel vier heb ik dat, maar ik heb er alle vertrouwen in, mócht ik de kans krijgen meer delen te schrijven, op meer titels en verhaallijnen te komen.


Waarom heb je juist gekozen voor die titelconstructie?
Stom toeval, echt waar. Ik hou er van. Virtuele tango stond in mijn boekenkast. Ik was klaar met het schrijven van Verboden tranen. Ik stuurde het manuscript naar een proeflezer en die zag iets dat ik zelf nog helemaal niet had gezien. Ze kwam met de volgende vraag: Melis, heb je dat bewust gekozen, weer een v en een t? Dus niet. Ik vond het zo apart dat ik er meteen de VT-reeks van maakte.


Wanneer denk je dat je volgende boek uit gaat komen? Is er al een werktitel bekend? Mogen wij die weten? 😉
Een datum heb ik niet, maar de titel is geen geheim. Verleden tijd. Dit slaat perfect op de plot, maar ook op Sanne.


Wordt dat weer een boek met Sanne en Luca en consorten? Kun je er al iets over loslaten?
Ja, de rechercheurs krijgen het weer druk! Er worden vrij veel aangiftes van vernieling en pesterijen gedaan. Iets waarvan ze niet goed weten wat ze daar nou mee aanmoeten. Toch blijken die aangiftes te maken te hebben met diverse moorden die worden gepleegd. Er is een rol weggelegd voor Fenna Kelderman, een van de mensen die aangifte doet, en Fenna heeft zo haar eigen problemen waardoor ze een hypnotherapeut bezoekt. Dat maakt veel bij haar los, onder andere de herinnering aan haar beste vriendin Seline, die vijftien jaar geleden samen met haar ouders in rook is opgegaan. Een zestienjarige jongen die in 1997 verdween speelt ook een grote rol. De ouders van de jongen reageren terughoudend en lijken de hernieuwde belangstelling voor hun zoon niet te waarderen. En ja, dan hebben we onze Sanne nog en daar kan ik nu verder echt niets over verklappen. Het is heftig, geloof me maar.










Werk je samen met de politie/justitie etc om je boeken waarheidsgetrouw te kunnen schrijven?
Ja, en die hulp is noodzakelijk. Ik moet toch waarheidsgetrouw blijven en van veel weet ik bar weinig af. Ik kan het niet zo even uit mijn duim gaan zuigen haha. Ik heb ook een vriendin die bij het mortuarium werkt en ook zij staat altijd paraat voor welke vraag dan ook.











Vinden je plaatsgenoten het leuk dingen uit Hoorn terug te lezen in je boeken?
Volmondig ja. Zeker met straten waar ze wonen of hebben gewoond, of gewoon iemand kennen die uit die buurt komt. Ze zeggen dat ze soms anders tegen een buurtje aankijken, zeker als er in mijn boek iemand is vermoord, of als een dader op het betreffende adres woont. Ik heb wel eens gehoord dat mensen bewust zijn gaan kijken of een bepaald huis er echt stond. Daar pas ik wel een beetje mee op. Zowel in Virtuele tango als in Verboden tranen en Verleden tijd beschrijf ik huizen die niet daadwerkelijk bestaan.


Kun je nog onherkenbaar over straat? 😉 Ben je beroemd in je eigen woonplaats?
Ik kan nog heel relaxt over straat. Doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg. Het is wel de meest gestelde vraag: Hoe gaat het met schrijven en je boeken? Of: het gaat goed met je boeken hé? Echt te gek, top! Of mensen vertellen me een van mijn boeken te hebben gelezen en stellen er vragen over. Onder andere
vragen die ik ook hier tegen kom 😉 Of Sanne en Luca ‘iets’ gaan krijgen, welk genre ik nou het leukste of makkelijkste vind. Hoe ik een en ander verzin. Speculaties over Jeremy Jago, wie de magiër is met een witte straal (iets dat onmogelijk is voor een volwassene) en Jeremy naar het leven staat. Tot nu toe zit iedereen er naast. Wat ik erg leuk vind trouwens.


Zit er in een of meer van je boeken iets autobiografisch verwerkt?
Je stopt er als auteur altijd iets van jezelf of dierbaren in. Soms zie ik dat pas veel later, of het is bijvoorbeeld mijn moeder die het opvalt. Opmerkingen die ik maak bijvoorbeeld. Zowel Jeremy als zijn vader Jerry en ook Sanne bezitten veel kenmerken en karaktereigenschappen van mezelf. Paragnost Will de Jager kwam op een dag in mijn hoofd en hart. Puur door mijn overleden vader Harry. Mijn vader is in 1987 overleden en was paragnost. Omdat ik de stukken met Will moeiteloos schrijf, zonder echt na te denken, heb ik het gevoel dat mijn vader bij me is. Hij staat voor mijn gevoel met zijn handen op mijn schouders. Ik put er in ieder geval kracht uit. Will is, ook al heeft niet iedereen iets met het paranormale, een blijvertje. En nee, hij komt niet even moorden oplossen, want daar hebben we de rechercheurs voor.


Kun jij je schrijfstijl omschrijven? Voor de lezers die je boeken nog niet kennen.
Moeilijk om dat zelf te moeten zeggen. Ik geloof wel dat ik mijn stijl heb gevonden, vraag me niet hoe ik dat weet. Dat is een gevoel. Wat ik van lezers hoor is dat mijn schrijfstijl vlot is, met veel emotie, dat de karakters echt leven en ook de dialogen sprankelend en levensecht zijn. Dat ik niet te snel iets weggeef, mensen op een verkeerd been zet, en op het einde niet een konijn uit een hoge hoed tover. Lezers geloven het. (Denk aan dader en plot) Nogmaals, dit is wat lezers zeggen. Ik hoop dat mensen van mijn stijl genieten, zoals ik geniet tijdens schrijven. Als ik mijn eigen plezier en snode plannen weet over te brengen en mijn karakters laat leven, is mijn missie dik geslaagd!

Lees je zelf ook? Hoeveel en wat?
Als ik aan een boek werk lees ik niet zo heel veel. Dat is uit angst onbedoeld iets over te nemen, maar ook omdat ik met mijn hoofd in mijn eigen verhaal zit en zo het boek van een ander geen recht aandoe. Ik wil, als ik lees, genieten en even alles vergeten. Dus ook mijn dierbare karakters. Ik ben een echte thrillerlezer. Ik hou niet van ‘kant en klare maaltijden’, zoals ik al eerder zei. Ik ben fan van Patricia Cornwell, James Patterson, Cody MCfadyen, Tess Gerritsen, Mo Hayder en Harlan Coben om maar wat auteurs te noemen. Wat Coben doet, emoties goed weergeven en de lezer betrekken in het verhaal, vind ik geweldig. Dat is echt zijn kenmerk, zijn handtekening. Stephen King mag ik ook graag lezen, ik ben vooral dol op The Green Mile en 22-11-1963. De Reiziger reeks van Diana Gabaldon heb ik verslonden (hoe dikker hoe beter) en ik wacht met smart op deel 8. Ik heb die wel al kunnen reserveren! Ik zag dat deel 8 uit twee boeken bestaat. Zalig. Uiteraard lees ik ook thrillers van eigen bodem! Ik heb ondertussen al heel wat gesigneerde exemplaren van collega’s zoals Isa Maron en Linda Jansma in de kast staan. Daar ben ik echt trots op!


Wat is je persoonlijke top 5 van wat je hebt gelezen?
The Green Mile blijft op nummer 1 staan. Ik heb pasgeleden een top 10 gemaakt, maar in feite is dat onmogelijk. Laat staan een top 5. Laat ik het zo zeggen dat in die top de boeken staan van Tess Gerritsen, Harlan Coben en de eerste delen van de Kay Scarpetta reeks van Patricia Cornwell. Ik heb alle delen (22 of zo?) maar de kwaliteit holde ineens achteruit. Zo jammer. Ik was wel blij om te merken dat haar laatste deel weer iets in de buurt van ‘goed’ kwam, maar het is niet meer zoals ze vroeger schreef. Ik hoop dat ik dat nooit ga meemaken met mijn eigen boeken, dan mogen lezers me een duw geven. De Behandeling van Mo Hayder vind ik trouwens ook een topper. Zo kan ik nog wel even doorgaan, maar ik ben die 5 allang voorbij haha.


Zou je ook een stand alone of een roman overwegen? Waar zou die over moeten gaan?
Toevallig heb ik die, In onschuld, in 2009 uitgegeven door VrouwenThrillers. Maar daar zaten flink wat ongeloofwaardige zaken in. Toch lag dat verhaal me heel goed. Er zit meer in, dacht ik een tijd geleden. Ik heb het dus helemaal herschreven, denk nu na over een nieuwe titel (moeilijk!) en hoop dat het met de tijd wordt gepubliceerd. Wie weet. Het gaat om een jonge vrouw, Yara, die op een ochtend bewusteloos in haar eigen achtertuin wordt gevonden. Amper kleren aan haar lijf, behoorlijk wat schrammen en blauwe plekken. Ze heeft geen idee hoe ze daar terecht is gekomen en wat er met haar is gebeurd. Dus gaat ze op onderzoek uit en komt meer te weten dan haar lief is.

Je bent actief op social media. Heeft dat een meerwaarde voor jou als schrijver?
Behalve dat het contact met lezers leuk en gezellig is, is social media onmisbaar geworden. Ik kan nieuwtjes rondom de boeken kwijt, acties, recensies, noem maar op. Heb je vragen? Stel ze gerust, een antwoord komt altijd. Maar ook met privézaken (niet dat ik alles online zet hoor) vind je steun bij veel mensen. Het valt me op dat er zo met je wordt meegeleefd. Het kost vaak tijd (zit je eenmaal op Facebook, zie er dan maar weer eens vanaf te komen) maar het heeft voor mij een enorme meerwaarde. Ik weet op die manier ook hoe het met andere mensen gaat die je in real live niet vaak ziet, ik heb echt heel goede vrienden en geweldige mensen leren kennen door social media!


Heb je een schrijfritueel? Wil je met rust gelaten worden, heb je een aparte ruimte? Of zoek je juist de drukte op?
Ik zorg eerst dat alles in huis is gedaan wat nodig is. Schoonmaken, de was, boodschappen. Dan heb ik rust in mijn hoofd. Anders schrijf ik niet lekker, wetende dat ik nog van alles moet doen en dondersgoed weet dat er dan niks van terecht komt tegen de tijd dat ik de computer uitzet. Rust is voor mij heel belangrijk. Ik heb een kantoortje aan huis, maar kan, dmv grote ramen, gewoon mijn huiskamer in kijken. Heb ik de deur dicht, moet iedereen me echt met rust laten. Behalve als iemand thuis komt, want dan wil ik wel graag even een kus. Zolang ze de deur maar weer achter hen sluiten 😉 Als ik ergens over na moet denken helpt het mij om even een kop koffie te zetten en in de serre te gaan zitten. En echt in no time schiet me te binnen wat ik weten moet.


Je bent behalve schrijfster ook echtgenote en moeder van twee tieners. Is dat te combineren?
Ja hoor. Ze zijn ruim zeventien en veertien. Ze hebben hun eigen leven (ja, zo gaat dat dan) en ik schrijf overdag. Dan is er school, werk, vrienden, vriendinnen. Eenmaal aan tafel is er alle tijd en ruimte voor het gezin. Iets dat ik heel belangrijk vind. Vroeger schreef ik tot laat in de avond en ik ben zelfs wel eens uit bed gestapt. Zat ik midden in de nacht achter de computer. Dan had ik écht stilte, en geen telefoon. Ik schreef als een speer, maar het werkte uiteindelijk niet. Zodra de wekker ging was ik als een gympie! Tot weinig meer in staat, ook niet echt gezellig. Daarom heb ik nu een beter ritme. Gewoon overdag schrijven, de avond en ook het weekend is voor het gezin. Oké, heel soms schrijf ik wel in het weekend, als mijn man aan het werk is en de kids uit huis zijn. Ooit wist ik niet hoe ik de knop moest omzetten. Wat ik ook deed, ik bleef maar brainstormen, het verhaal waar ik mee bezig was, bleef in mijn hoofd spoken. Tijdens het doen van boodschappen moest ik vaak iets op een kladblokje noteren, uit angst het te vergeten. Of tijdens een verjaardag, het bleef maar malen. Ik weet echt niet hoe, maar dat knopje heb ik gevonden.


Wat is de

Eerder verschenen op Perfecte Buren.

Boeken van deze Auteur:

Verborgen tralies

Meedogenloos

Verboden tranen

Jeremy Jago 2 - De kracht van Assingna

Jeremy Jago 1 - Het geheim van de passage

Virtuele tango