"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Leopold II

Dinsdag, 3 november, 2020

Geschreven door: Johan Op de Beeck
Artikel door: Silke Wimme

De auteur heeft een mooie, en sterk beeldende schrijfstijl

[Recensie] Johan Op De Beeck is een gevestigde waarde in de journalistieke wereld. Bovendien werd journalistiek hem met de paplepel ingegeven, als zoon van nieuwsanker Ward Op De Beeck, voormalig journalist bij de BRT nieuwsdienst. Als verslaggever heeft hij een heuse carrière opgebouwd, die begon bij de redactie van de BRT, waarna hij gewerkt heeft voor onder andere de internationale nieuwszender Euronews, Kanaal Z, European Journalism Centre, Canvas, etc… . Hij schreef reeds meerdere bestsellers waaronder Het verlies van België, die gaat over het ontstaan van België. Als geschiedenis liefhebber was ik benieuwd naar zijn boeken. Zijn zij echt zo goed of zoals vaak met een hype inhoudelijk teleurstellend?

Zijn nieuwste boek geeft ons een inkijk in het leven Leopold II (1835-1909). Het begint bij zijn jeugdjaren waarin hij voorbereidt wordt op zijn latere koningschap. Vaak bezorgt hij zijn vader, de eerste vorst van België Leopold I, kopzorgen. Is hij überhaupt wel geschikt om later de taak op zich te nemen een land te leiden? Hiernaast leren we niet alleen de politieke zijde van hem kennen als prins, senator, hertog van Brabant en later als vorst, maar we worden ook meegenomen in zijn privé leven: zijn passie voor reizen, de band met zijn kinderen, zijn (moeilijke) relatie met zijn echtgenote. Natuurlijk mag het thema kolonialisme en de Congo-vrijstaat, waar hij soeverein was, niet ontbreken. Was hij echt verantwoordelijk voor de misdrijven daar gepleegd? Was hij ervan op de hoogte? Vragen uit het verleden die heden terug brandend actueel zijn geworden.

Leopold II kwam de laatste maanden terug heel wat onder de (negatieve) aandacht door onder andere de Black Lives Matter-beweging. Men eist dat zijn standbeelden verwijderd of vernietigd worden, net zoals men heeft gedaan met de beeltenissen van sommige dictators zoals bijvoorbeeld met Saddam Hoessein in Irak en met Lenin in Oekraïne. Door de vele media aandacht gaan we als lezer dit boek ook in een ander daglicht plaatsen en interpreteren. Mij gaf dit een dubbel gevoel en ik stelde er mij toch enkele vragen bij. Is het doel eerder commercieel? Een boek geschreven om vruchten te kunnen plukken van de hype rond het hoofdpersonage en werd het hierdoor te snel afgerond? Want er zijn toch wel wat slordigheden in terug te vinden, die vermeden hadden kunnen worden. Ik kreeg tijdens het lezen soms het gevoel dat de research niet overal even grondig gebeurd is.

Het boek begint met een sterke inleiding waarin de auteur uitlegt dat hij het niet over Congo zelf zal hebben, maar wel over de rol van koning Leopold II en vanwaar zijn idee kwam van een kolonie. Jammer genoeg kan hij het niveau van de inleiding niet aanhouden wanneer hij het verder in het boek over Congo heeft. Hij trapt namelijk in de valkuil van het kolonialisme en de nog steeds zeer koloniale denkwijze. Hij gaat het toenmalige Congo omschrijven als een maatschappij van ‘primitieve stammen’ (een term waar mijn haren al van gaan rechtstaan) waar kannibalisme normaal leek te zijn (en nu trek ik mijn haren helemaal uit). Dit strookt helemaal niet met de werkelijkheid en geeft geen correct beeld van de toenmalige Congolese staat. Dit geeft enkel weer hoe men eind 19de eeuw in onze Westerse wereld naar niet Westerse bevolkingsgroepen keek: alles wat niet Westers was, werd gezien als primitief en heidens. Hoe Congo echt was, wordt niet weergegeven in het boek, waardoor de lezers een verkeerd beeld voorgeschoteld wordt. Naast het politieke leven van Leopold zal het boek ook gaan over hoe de koning was in zijn privéleven. We worden meegenomen op zijn vele reizen. We leren hem kennen als echtgenoot en vader, maar ook als minnaar. Waar andere biografieën over de vorst stoppen gaat het boek van Johan Op De Beeck verder, wat het boek zeker boeiend maakt maar vooral ook origineel.

Boekenkrant

“Met nauwelijks merkbare vleugelslag verhief een arend zich hoog boven de boomtoppen…Leopold staarde naar de hoge Alpenkammen die hem omringden… Maar hun schoonheid bekoorde hem niet. Wat, zo vroeg hij zich af, zat hij hier te doen?’’

Uit bovenstaand citaat blijkt onmiddellijk dat de auteur een mooie, en sterk beeldende schrijfstijl heeft. Als lezer hang je vanaf de eerste pagina aan zijn lippen en de dikke pil van 900 pagina’s verveelt geen seconde. Maar uit het citaat blijkt ook dat waar het aan bronnen ontbreekt, de auteur zelf aanvullingen maakt door in het hoofd van Leopold te kruipen. Hij zal gevoelens en bedenkingen aanhalen die Leopold gemaakt zou hebben en hier gaat het volgens mij mis, want als auteur van non-fictie dien je je aan de feiten te houden. Je kan onmogelijk weten hoe iemand zich op een bepaald moment voelde zonder dat er hier geschreven bronnen over zijn zoals bijvoorbeeld dagboekfragmenten of brieven. Dergelijke aannames kan je je als auteur veroorloven in historisch romans, maar niet bij non-fictie. Hierdoor ontbreekt het bovendien ook aan objectiviteit, de stem en vooral de mening van de auteur is voelbaar doorheen gans het boek. Op zich niets mis mee, maar het blijft non-fictie waarbij er nog steeds ruimte moet overblijven voor de lezers om zich een eigen mening te vormen, wat hier bij Leopold II moeilijk is. Het voelt aan alsof de auteur zijn eigen point of view opdringt bij zijn lezers.

Het boek bevat heel wat sappige anekdotes over Leopolds liefdesleven en zijn bordeelbezoeken, wat enerzijds leuk om te lezen is en voor een leuke afwisseling zorgt tussen de soms droge politieke materie. Anderzijds de vele en te sappige details bieden geen meerwaarde aan het verhaal. Het mocht niet ontbreken in een volledige biografie over de vorst maar door de veelheid wordt het iets waar een geschiedenis liefhebber niet in geïnteresseerd is. Maar waar ik mij het meest aan stoorde na het lezen was dat ik niet overtuigd ben een correct beeld over koning Leopold II gekregen te hebben. Er zijn toch wel wat inhoudelijke slordigheden en er worden aannames gemaakt over Leopolds handelingen en gedachten die de auteur niet kan weten.

Johan Op De Beeck heeft met Leopold II een zeer lijvig werk geschreven in zijn gekende, mooie beeldende schrijfwijze. Hierdoor verveelt het boek geen moment. Maar het is en blijft een non-fictie en hierbij is de inhoud ook zeer belangrijk en hier stel ik mij toch af en toe vragen bij. Persoonlijk denk ik dat het fictie werk van Johan mij veel beter zal bevallen! Voor nu kom ik jammer genoeg niet verder dan 2 sterren.

Eerder verschenen op Perfecte Buren