"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Madame Jeanette

Vrijdag, 12 juli, 2019

Geschreven door: Mireille Geus
Artikel door: Anke Cuijpers

Pittige thematiek, vermengd met een pollepel en soulfood

[Recensie] Madame Jeanette is de tweede roman voor volwassenen van Mireille Geus, die een heel oeuvre aan jeugdliteratuur bij elkaar schreef. Haar dertig jeugdboeken werden bekroond met onder andere de Gouden Griffel en veelvuldig vertaald. Eigen jeugd en afkomst van de auteur zijn in Madame Jeanette het vertrekpunt geweest voor een warmbloedig en sympathiek verhaal over culturele identiteit, kinderverwaarlozing en rouw.

De titel Madame Jeanette verwijst naar de zeer hete Surinaamse peper, een peper in de vorm van een kleine paprika die een prominente rol speelt in de Surinaamse en Antilliaanse keuken. Geus is een dubbelbloed, zoals het ergens in de roman zo mooi genoemd wordt: een kind van een Surinaamse en een Nederlandse ouder, net als hoofdpersonage Leonora. Deze laatste geeft zich een maand voor Kerst op bij een cursus Surinaams koken. De deelname aan de kookcursus is een idee dat Leonora opvat om haar Kenneth mee terug te winnen. Kenneth heeft haar vlak voor de feestdagen laten zitten omdat Leonora hem geen thuisgevoel weet te geven. Ze kookt niet eens, ze haalt alleen maar af, klaagt hij bij het weggaan. Voor Leonora komt dat als een donderslag bij heldere hemel.

Koken met Dushi

Die kookcursus waarvan op Eerste Kerstdag het culinaire resultaat samen wordt verorberd is toevluchtsoord voor meerdere alleenstaanden met Surinaamse roots. Bij alle cursisten knaagt een rouw om een dierbare, of dat nu een geliefde, een dementerende moeder of een zus is. Cursusleidster is de Surinaamse Dushi, een grote vrouw, in allerlei opzichten. Vol, warm en moederlijk beweegt Dushi om de cursisten heen. Zelfgemaakt eten is meer dan gewoon eten, het is soulfood, beweert ze terwijl ze de cursisten weer leert proeven. Al ruikend en proevend herinnert Leonora zich zo weer haar Surinaamse moeder. Toch blijven die smaak- en geurherinneringen vooral een algemene herkenning van een Surinaamse identiteit, een gedeelde identiteit die de cursisten laat verbroederen. Het verhaal over de jeugd van Leonora krabt in aparte verhaalfragmenten aan die laatste weken van het millennium.

Boekenkrant

Dat thuisgevoel

Het verhaal over de breuk met Kenneth speelt in die twee laatste maanden van 1999, maar de roman begint in 1984, als de opa van Leonora gecremeerd wordt. Leonora probeert iets af te spreken met haar zus Felicia, die ze al tien jaar niet meer gezien heeft. Het gezin waar Leonora uit voortkwam is na de dood van haar moeder uit elkaar gespat. Geus laat de herinneringen daaraan tot leven komen zonder een commentaarstem, en dat werkt. Bizar genoeg is juist de vader iemand waar je sympathie voor voelt, net omdat hij zo duidelijk zijn verdriet verdrinkt, en daardoor zo grandioos als vader mislukt. Dat is des te meer schrijnend omdat je je steeds meer realiseert dat je leest over emotionele verwaarlozing van jonge kinderen en over volwassenen die het wel merken, maar ook aan de zijkant blijven staan. De rokende buurvrouw is steunpilaar en praatpilaar, maar echt ingrijpen in de situatie doet ze niet. De ouders van het klasgenootje die Leonora tweedehands kleding geven lijken het te begrijpen, maar doen ook niet meer dan dat om hun geweten te sussen. Ondertussen sleept Leonora haar dronken vader weer eens de trappen op, of doet ze zijn kunstgebit in en imiteert een gesprek met haar vader in een poging dichterbij de man te komen die haar verwekt heeft. En glimlach ik als lezer om scènes als het ceremonieel waarmee de kanarie begraven wordt in het Vondelpark, of waarin vader met Leonora op de Overtoom peperdure sportkleding gaat kopen om met zijn dochter te gaan hardlopen, en letterlijk zijn laatste stuiver uitgeeft. Ik zag ze voor me, die zo gehaaid glimlachende verkoopster, en vooral vader en dochter in hun glimmende trainingspakken en gewone schoenen want het geld was op, maar joggend door het Amsterdamse Bos. De vader met een opgezette borst, en dochter loyaal ernaast, kin omhoog, in dat mooiste paarse trainingspak met gele sokken.

Dat een verhaal met zulke thema’s, want over pesten vanwege je afkomst heb ik het dan nog niet gehad, een invoelbare geschiedenis is geworden is te danken aan de verhaaltoon en oog voor het humorvolle en kwetsbare in schrijnende situaties. Geus blinkt vooral uit als ze die jonge jaren van Leonora beschrijft. Hoeveel impact die hebben op Leonora realiseer je je pas goed als je de roman bijna uit hebt.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Lava (8+)

Mijn dagen met Niets

Madame Jeanette

Dans!