"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Met een scheef oog

Woensdag, 9 maart, 2022

Geschreven door: Herman Pleij
Artikel door: Evert van der Veen

Persoonlijke maar herkenbare geschiedenis

[Recensie] Met een scheef oog is een zeer persoonlijke terugblik op het leven waarin de eigen geschiedenis in een breder licht wordt geplaatst zodat ook anderen zich hierin kunnen herkennen. Zo wordt het een levendig verhaal over maatschappelijke, politieke, culturele en religieuze ontwikkelingen in ons land.

Het zijn geen strak geordende memoires want Herman Pleij schrijft zoals hij vertelt: snel en onderhoudend waarbij hij bijna niet van ophouden weet. Hij struikelt soms bijna over zijn eigen enthousiasme waarmee hij anderen maar al te graag van zijn ontdekkingen en bevindingen deelgenoot wil maken.

Zo biedt dit boek prachtige “tijdsbeelden aan de hand van mijzelf” die voor generatiegenoten van Herman Pleij uiterst herkenbaar zijn. Het zijn alledaagse, vaak betrekkelijk kleine maar wel typerende gebeurtenissen die op vermakelijke wijze worden geschetst. Het gewone leven is uiterst menselijk getint. Foto’s uit het familiearchief van de familie illustreren het verhaal.

Klein-menselijk
Boeiend en zeer herkenbaar is hetgeen Pleij vertelt over seksuele voorlichting. Hij weet de toenmalige verlegenheid en preutsheid prachtig te karakteriseren. Typerend voor de vijftiger en zestiger jaren is het boekje dat hij tegenkwam: “Wat de Heer verwacht in het huwelijk.”

Kookboeken Nieuws

Ook het “om toch” als antwoord van ouders op moeilijke waarom-vragen van nieuwsgierige kinderen is zeer herkenbaar en typeert die tijd. Ouders kunnen daar vandaag niet meer mee aankomen en wíllen dat meestal ook niet omdat ze maar al te goed beseffen dat het geen antwoord is.

Studie
De jonge Herman had al vroeg interesse in ‘vaderlandse geschiedenis’ en Nederlandse taal. Mooi omschrijft hij de waarde van zelf kunnen lezen: “Je kon ineens de baas worden van al die beschreven werelden, waarvoor ik eerst mijn moeder nodig had” (p. 104).

Herkenbaar is de aanschaf van de Encyclopedie voor iedereen die het gezin door een goed verkopende vertegenwoordiger wordt aangepraat maar in de praktijk van weinig nut blijkt te zijn.

Herman Pleij weet situaties en mensen prachtig te typeren zoals de leesportefeuille en vakanties in eigen land. Er is in dit boek veel aandacht voor de eigen familiegeschiedenis en Pleij kan onderhoudende verhalen over familieleden vertellen.

Alles komt voorbij: Het Nieuwe Lyceum dat tamelijk elitair is, taboedoorbrekende boeken van Jan Wolters, het zien van films met ‘bloot’ en het veelbewogen studentenleven in de zestiger jaren.

Pleij schetst een wat ontluisterend beeld van studenten én docenten: “Alles aan de universiteit bleek zo ingericht te zijn, dat het bijzonder aantrekkelijk was om daar zo lang mogelijk te verblijven” (p. 221). Het was de tijd van de ‘eeuwige student’ die het zeer rustig aan deed met zijn studie, druk was maatschappelijk engagement en vooral uitbundig genieten van het studentenleven dat toen bijzonder kleurrijk was in de bewoordingen van Pleij.

Een boek met humor
Herman Pleij is emeritus hoogleraar middeleeuwse letterkunde van de universiteit van Amsterdam. Hij is regelmatig in talkshows aanwezig.

Dit boek lees je eigenlijk in één adem uit want het is zeer toegankelijk en met vaart geschreven met vaak een humoristische lichtvoetige ondertoon.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles