"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Na Europa

Zondag, 13 september, 2020

Geschreven door: Ivan Krastev
Artikel door: Marcel Hulspas

Wie zal voor Europa in de bres springen?

[Recensie] Migratie is de nieuwe revolutie, constateert Ivan Krastev:

“Voor veel verworpenen der aarde van vandaag de dag betekent verandering naar een ander land trekken, in plaats van de regering in je eigen land veranderen en blijven waar je bent.”

De moderne media zorgen ervoor dat iedere wereldburger weet hoe het leven elders is, en hij of zij kan op zijn vingers natellen wat verstandiger is: blijven, of je laatste geleende geld gebruiken om te vertrekken.

Dat is in veel opzichten een schadelijk besluit. Corrupte regimes komen van hun meest ongedurige burgers af, terwijl de landen waar ze naartoe trekken te kampen krijgen met een vluchtelingenstroom die voor enorme interne spanningen zorgt. De enige oplossingen zijn de grenzen dicht gooien of pogen om de stroom al in de thuislanden (de corrupte, leeglopende thuislanden) onder controle te krijgen. Voorlopig ziet het ernaar uit dat zowel de VS als de EU kiezen voor de eerste optie. Maar daarmee, aldus Krastev, verdwijnt een van de fundamenten onder het Europese Idee.

Boekenkrant

Ivan Krastev geldt als “een van de belangrijkste denkers van Europa”. (Het staat twéé keer op de achterkant van dit boekje.) Maar ook hij weet niet hoe het met Europa zal aflopen. Zijn probleem is dat de wortels van de Europese eenwording diep zoekt. De Europese eenwording was oorspronkelijk een Amerikaans project, opgelegd om een derde wereldoorlog aldaar te voorkomen. Maar Krastev ziet zijn wortels doorlopen tot in de Verlichting.

Niet ten onrechte, natuurlijk. De VS is een kind van de Verlichting. De eenwording was van meet af aan gebaseerd op de idee dat begrippen als ‘vooruitgang’, ‘voorspoed’ en ‘vrijheid’ onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Europa moest, net als de VS, een baken worden voor de rest van de wereld.

En het werd uiteindelijk een spectaculair succes. Er volgden dertig jaar van stevige economische groei (‘les trentes glorieuses’). En na de val van de Muur volgde een spectaculaire uitbreiding oostwaarts. En iedereen dacht dat die nieuwe leden gewoon méér van hetzelfde was; dat die nieuwe lidstaten zich zouden voegen in het westerse model. De handboeken lagen klaar, er was controle, er waren examens.

Maar het lichtende baken werd een krachtige magneet voor de verworpenen der aarde. En daarmee werden genegeerde verschillen plots pijnlijk zichtbaar. Uiteraard die tussen de bevolking en de Europese elite. Een serie referenda maakte die kloof pijnlijk duidelijk. Maar ook de kloof tussen de lidstaten van zuid, oost en west. De zuidelijke lidstaten werden opgescheept met massa’s vluchtelingen, en de oostelijke lidstaten weigerden mee te werken aan een eerlijke verdeling van de last. (Wat de westelijke lidstaten stiekem wel goed uitkwam.)

Krastev, zelf een Bulgaar, wijst haarscherp op de achterliggende oorzaken. Midden-Europa heeft geen historische banden met Afrika. Er is geen interesse, geen verantwoordelijkheidsgevoel, geen schuldgevoel. Het heeft geen ervaring met arbeidsmigratie uit verre streken, en geen ervaring met integratie. De natiestaten aldaar zijn veel jonger dan die in het westen en zijn ontstaan door keiharde ingrepen – door segregatie, uitstoting, moord en gedwongen verhuizing. Minderheden worden beschouwd als historische relicten. Men vindt gewoon dat ze hun biezen moeten pakken. En dat geldt ook voor de zigeuners, die nergens naartoe kunnen. Integreren is onzin, onhaalbaar.

Krastev wijst op nóg een factor die in het Westen te gemakkelijk over het hoofd wordt gezien: de ‘autochtone’ bevolking in die landen krimpt. Zijn eigen Bulgarije is nog het ergste voorbeeld. Wie de kans krijgt, vertrekt naar het Westen. De Bulgaarse schoonmaakster; de Roemeense aspergesteker – voor de achterblijvers zijn het symptomen van westerse dominantie en van een bedreigde natie. En dan vraagt datzelfde Westen of ze alsjeblieft duizenden vluchtelingen willen opnemen.

Zolang het goed ging, hoefde het Westen zich niet te verdiepen in de vraag wat ze met die uitbreiding naar het oosten nu eigenlijk in huis haalde. De vluchtelingencrisis heeft de kloven zichtbaar gemaakt. En ook al zijn de aantallen vluchtelingen de laatste jaren fors gedaald (met behulp van een aantal onmenselijke maatregelen en verzuimen, waar de EU het liever niet te veel over heeft), wie naar de lange termijn kijkt, weet dat dit probleem de komende eeuw alleen maar groter zal worden. De bevolking van Afrika zal de komende dertig jaar verdubbelen. Als één procent daarvan besluit om naar Europa te vertrekken, hebben we het over zo’n 2,5 miljoen vluchtelingen.

Na Europa heet dit essay. Maar zoals gezegd, Krastev weet ook niet hoe het met Europa zal aflopen. Nu de vluchtelingenstroom gedempt lijkt, zijn de Russische agressie en de Brexit de voornaamste pijnpunten. Die eerste factor drijft Midden-Europa westwaarts. En het Britse vertrek betekent dat de macht weer ligt bij de as Parijs-Berlijn. Door dit alles lijkt EU de laatste tijd over een nieuw élan te beschikken. Macron en Merkel zijn vast van plan nieuwe stappen voorwaarts te maken. Maar de oude wortels zijn onbruikbaar geworden. De naïeve idealen van weleer moeten worden ingeruild voor een lastige balans tussen waarden die ooit zo goed samen leken te gaan: hoeveel vrijheid tegenover hoeveel gelijkheid en broederschap?

Zal die balans mogelijk zijn? Of zullen de neoconservatieve straks doorbreken en Europa uiteen halen? Krastev durft niks te voorspellen maar hij wijst erop dat de verdedigers van Europa uit onverwachte hoek kunnen komen. Toen de Spaanse kolonel Tejero het Parlement bestormde, en zijn geweer leegde in het plafond, waren er drie parlementsleden die niet angstig onder hun bankje wegkropen: premier Suarez, ooit een meeloper van het Franco-regime, de communist Santiago Carrillo, en de oude generaal en  communistenjager, Gutierrez Mellado. Die drie hadden totaal verschillende redenen om Tejero te weerstaan. En omdat zij overeind bleven (en Tejero niet de lef had hen te executeren), mislukte de staatsgreep en was de Spaanse democratie gered. Zo weet je ook maar nooit, besluit hij, wie op het cruciale moment voor Europa in de bres zal springen.


Eerder verschenen op Sargasso