"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

National Trust: Hollandse meesters uit Britse landhuizen

Woensdag, 8 mei, 2019

Geschreven door: Quentin Buvelot
Artikel door: Vera Weterings

Hollandse meesters uit Britse landhuizen

[Recensie] Het Mauritshuis had enkele maanden geleden de primeur toen zijn de mooiste en bijzonderste Hollandse schilderijen uit landhuizen die door de National Trust worden beheerd in Engeland, Wales en Noord-Ierland tentoon konden stellen. De Trust is een Britse liefdadigheidsorganisatie die werd opgericht in 1895 met het motto ‘for ever, for everyone’. Inmiddels beheert de National Trust zon tweehonderd historische landhuizen en vele landschappen in Engeland, Wales en Noord-Ierland en telt de Trust een schilderijenverzameling van maar liefst 13.500 stuks, de grootste van het Verenigd Koninkrijk. Veel van deze schilderijen hangen nog altijd in de kamers waar ze oorspronkelijk werden opgehangen.

Met de tentoonstelling National Trust: Hollandse meesters uit Britse landhuizen was zo’n selectie voor het eerst in Nederland of elders op het Europese vasteland te zien. De 22 schilderijen in de tentoonstelling waren afkomstig uit twaalf verschillende Britse landhuizen en gaven samen inzicht in de populariteit van Hollandse schilderijen uit de zeventiende eeuw in het Verenigd Koninkrijk. Hoewel de tentoonstelling inmiddels niet meer te bezoeken is, blijft de bijbehorende tentoonstellingspublicatie. Hierin leert de lezer onder meer dat sommige van de Hollandse schilderijen uit de selectie op Engelse bodem zijn vervaardigd door de Nederlandse kunstenaars in de zeventiende eeuw. Veel Hollandse kunstenaars zochten in die tijd hun heil in Engeland, om verschillende redenen. Sommige voelden de toenemende concurrentie in hun geboorteland, anderen waren simpelweg op zoek naar een nieuwe uitdaging. De toestroom van Hollanders naar Londen was op een gegeven moment zo hoog dat er sprake was van een ware kolonie van Hollandse kunstenaars waarbij hun talenten uiteen liepen. Tot de bekendste hoorden Abraham Hondius uit Rotterdam en Jan Wyck uit Haarlem. Zij waren beiden gespecialiseerd in betaalbare jachtstukken voor een middensegement van de markt.

In de tentoonstellingspublicatie maakt de lezer kennis met de herkomst van de schilderijen en diverse huizen waar de werken oorspronkelijk te vinden zijn. een van de behandelde huizen is het familiehuis Ham House dat een belangrijke groep portretten door Peter Lely beheert. Deze werken bevatten onder meer een portret van opdrachtgever Elizabeth Murray, Countess of Dysart. Een ander tot de verbeelding sprekende zeventiende-eeuwse Engelse verzamelaar was William Blathwayt die Dyrham Park liet bouwen en het huis vulde met uiteenlopende Hollandse schilderijen en kunstnijverheid. Uit Dyrham was voor de tentoonstelling onder andere een portret geselecteerd van koning-stadhouder Willem III, voor wie Blathwayt lange tijd werkte.

Diverse van de National Trust-huizen worden generatie op generatie door dezelfde familie bewoond, maar niet allemaal. Polesden Lacey in Surrey kent een grote verscheidenheid aan opeenvolgende eigenaren waarvan Margaret Greville de grootste stempel op het huis drukte. Zij was als geboren McEwan de erfgename van de Schotse McEwan brouwerij en transformeerde het huis als jonge weduwe tot een waar lustoord waar ze de gedroomde gastvrouw was tijdens haar geruchtmakende diners dansant. In haar legaat aan het National Trust was verbonden dat er een ‘Picture and Art Gallery’ zou komen ter nagedachtenis aan William McEwan, Margarets vader. Hij had een fortuin vergaard met de oprichting van een brouwerij in Edinburgh. Een van zijn eerste aankopen waren twee portretten door Frans Hals en Rembrandt die hij schonk aan de National Galleries of Scotland. Na deze aankopen bouwde hij zijn eigen verzameling op met vooral zeventiende-eeuwse Hollandse en Vlaamse kabinetstukken. De verzameling bestaat uit stukken van onder meer Gerard ter Borch, Pieter de hooch en Frans van Mieris de Oude.

Foodlog

Het topstuk van de selectie was het bijna twee meter brede Gezicht op Dordrecht vanuit het noorden van Aelbert Cuyp. Hoewel er wel twee dozijn gezichten op Dordrecht door Cuyp zijn vervaardigd, is dit werk uit Ascott House wel het mooiste. Dit schilderij is ooit in tweeën gedeeld om de losse delen als pendanten te kunnen verkopen. In 1774 werden ze op een Londense veiling aangeboden uit de verzameling van de vroegst bekende eigenaar, de Londense bankier Sir George Colebroke. D in 1842 werden de losse delen weer aan elkaar bevestigd waardoor we nu weer kin van Cuyps monumentale stadsgezicht in volle glorie kunnen genieten. Cuyps was in Engeland in die tijd zó populair dat er na 1700 sprake was van een ware Cuyp-gekte. Hierdoor zijn nog altijd de beste landschappen van Cuyp niet in zijn geboorteland, maar in het Verenigd Koninkrijk te vinden. Het Rijksmuseum kon in 1965 de hand leggen op een monumentaal landschap dat in Engeland lange tijd deel uitmaakte van de verzameling van de familie Rothschild en ook het Mauritshuis kreeg het voor elkaar om een Cuyp te bemachtigen. In 1820 werd Cuyps ruiterportret van Pieter de Roovere gekocht.

In National Trust: Hollandse meesters uit Britse landhuizen maakt de lezer kennis met de belangrijkste opdrachtgevers en verzamelaars uit het verleden. Het boek is rijkelijk geïllustreerd, waardoor je ook nu de tentoonstelling voorbij is nog kunt nagenieten van de prachtige werken en bijzondere achtergronden bij de historische huizen.

Eerder verschenen op Hereditas Nexus

Boeken van deze Auteur:

National Trust: Hollandse meesters uit Britse landhuizen

Mauritshuis - het gebouw

Slow Food