"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Nieuwe steden in de middeleeuwen

Woensdag, 1 augustus, 2018

Geschreven door: Onbekend
Artikel door: Karin de Leeuw

Tijdschrift voor Historische Geografie

[Signalering] Jacob van Deventer (ci. 1505-1575) tekende in zijn leven stadsplattegronden. Maar liefst 226 zijn er nog bekend. Recent zijn deze kaarten voor het eerst samengebracht in een boek, Stedenatlas Jacob van Deventer. Naar aanleiding van deze gebeurtenis werd een congres gehouden en verscheen, recent, een themanummer van het Tijdschrift voor Historische Geografie over het ontstaan van nieuwe steden in de middeleeuwen.

In de tweede helft van de middeleeuwen, zo na 1100, ontstonden de steden in Europa. Zo ver reikt de kennis van velen. Verder is er een beeld dat die steden geleidelijk groeiden, ongeregeld, en dat ze zich erg onafhankelijk ten opzichte van de adel opstelden. In de praktijk blijkt dit beeld bijstelling te behoeven. Veel steden zijn gesticht door adellijke heren. Die probeerden op die manier hun greep op de bevolking te vergroten en hun macht uit te breiden door meer mensen in een relatief klein gebied te verzamelen. Militair strategische, maar ook economische belangen waren daarbij van doorslaggevende betekenis.

In de dertiende en veertiende eeuw is er in West-Europa en explosie van steden stichtingen geweest, die pas na de tweede helft van de negentiende eeuw geëvenaard werd. Wie nu door de stadjes loopt geniet van de kronkelende straatjes en denkt al snel dat het allemaal een organisch geheel is dat door het toeval zo ontstaan is. Veel steden zijn echter geplander dan wij nu wel eens denken. We zien regelmatig een duidelijke vormgeving van de plattegrond. Geografische bijzonderheden waren vaak de reden dat daar aanpassingen op moesten worden gerealiseerd. Dat is nu niet anders.

Bij de uitbouw van een stad(je) blijken het veelal de functionarissen van de landheer te zijn die in deze periode de planning in de hand hielden en regelden, net als nu bij ons de overheid.

Kookboeken Nieuws

In Nederland concentreerde de groei van het aantal steden zich in het oosten van het land. Soms werden steden gebouwd op een plek waar al een kleine gemeenschap was of op een kruispunt van (water)wegen. Jacob van Deventer heeft ze daarna, in de zestiende eeuw, in kaart gebracht. Zijn plattegronden zijn met name van zo’n groot belang, omdat hij een vaste methodiek gebruikte. De kaarten zijn daardoor onderling vergelijkbaar en geven een goede indruk van maatvoering en wijze van weergeven.

Grappig vind ik dat meer naar het einde van dit themanummer ook een artikel is opgenomen over de middeleeuwse stadsplanning als inspiratiebron voor nu. Er blijken namelijk overeenkomsten tussen deze twee perioden: ook toen werden de ontwikkelingen gekenmerkt door grote en snelle technologische veranderingen. Er was, net als nu, veel aandacht voor openbare ruimtes, zoals pleinen en: de snelheid waarmee men zich door een stad kon bewegen werden ook toen meegenomen in de afwegingen bij de planning Het zijn zo maar een paar dingen. Anders is de schaal waarop dit alles moet worden gerealiseerd in onze tijd. Die middeleeuwse steden zouden wij nu soms nog niet eens een dorp noemen.

–-

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Historische atlas van Nederland

Stedenatlas Jacob van Deventer