"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ondermajordomus minor

Maandag, 28 december, 2015

Geschreven door: Patrick deWitt
Artikel door: Istvan Kops

Een boeiend sprookje voor volwassenen

[Recensie] Er zijn van die boeken die zich bijzonder lastig samen laten vatten. Ondermajordomus Minor van Patrick deWitt is er zo een. In grote lijnen komt het verhaal op het volgende neer: de jonge Lucien Minor (roepnaam Lucy) aanvaardt een betrekking als ondermajordomus (een soort van hulpje in de huishouding) in een duister kasteel dat zich ergens ver weg van zijn woonplaats in de bergen bevindt. In dat kasteel en in het dorp dat vlak tegen de muren van het kasteel aanligt, ontmoet hij allerlei vreemde figuren: een melancholieke butler, een krankzinnige baron, allerlei aristocraten die zich te buiten gaan aan seksuele uitspattingen, een koppel dieven (met wie hij algauw bevriend raakt, maar die hem blijven bestelen) en de bevallige Klara voor wie hij al snel een hevige verliefdheid opvat. Alsof al die ontmoetingen nog niet ontregelend genoeg zijn voor Lucy, vinden er in de bergen rondom het kasteel ook nog regionale militaire schermutselingen plaats, waarvan het doel volstrekt onduidelijk blijft.

Met Ondermajordomus Minor leverde Patrick deWitt zijn derde roman af. Zijn tweede roman, De gebroeders Sister, die op de shortlist voor de Man Booker Prize stond, kenmerkte zich vooral door absurdisme en de kolderieke gebeurtenissen waarin het hoofdpersonage terecht kwam. Deze elementen zijn zeker ook terug te vinden in Ondermajordomus Minor, alleen de titel al. Mocht de inhoud van Ondermajordomus al lastig zijn samen zijn te vatten, ook qua genre laat dit boek zich moeilijk duiden. Het beste predikaat dat er op valt te plakken is vermoedelijk een sprookje voor volwassen. Een behoorlijk anarchistisch sprookje ook. Of ‘Een verhaal zonder moraal’, zoals de achterflap van het boek terecht vermeldt. Patrick deWitt creëert een sprookjesachtige, Kafkaësk aandoende wereld, waarin alles mogelijk is en waarin veel gebeurtenissen bijzonder schimmig blijven. Lucy heeft zelf ook af en toe het idee dat hij in een eeuwige droomwereld terecht is gekomen en dat vertaalt zich hier en daar in overeenkomstige proza: “Lucy had het gevoel dat hij naar een tot leven gekomen schilderij stond te kijken: het scenario bezat zogezegd eeuwigheidswaarde, had iets tijdloos en sterk evocatiefs wat hem op een zoetdroeve manier aansprak.”

Het zijn echter vooral de dialogen die het verhaal voortdrijven en vaart geven. De conversaties zijn dan ook zeer spitsvondig en bijzonder humoristisch. Hoewel het verhaal zijn kracht ontleent aan de improvisatiekracht van deWitt, de wereld die hij rondom Lucy heeft gecreëerd en de sterke dialogen, meandert het verhaal ook nogal eens doelloos rond. Een ietwat strakkere compositie had hier geen kwaad gekund. Het verhaal springt vaak nogal heen en weer zonder dat veel duidelijk wordt over de achtergrond van de diverse personages, de reden van allerlei gebeurtenissen en hoe dit het verhaal verder brengt. Dit heeft wellicht zo zijn charme en past misschien ook wel een beetje bij de stijl van Patrick deWitt, toch verliest de roman wel een beetje zijn momentum en zijn vaart gedurende het verhaal, dat een tamelijk plots einde kent.

Boekenkrant

Eerder gepubliceerd op Hebban


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Afwassingen

Ondermajordomus minor