"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ooggetuige

Woensdag, 26 augustus, 2020

Geschreven door: Aad Kamsteeg
Artikel door: Evert van der Veen

50 jaar journalist in een veranderende kerk en wereld

[Recensie] “Als kind maakte ik de Tweede Wereldoorlog mee, als journalist de Koude Oorlog en nu als freelancer de huidige internationale complexiteit”, pagina 7. Aldus auteur Aad Kamsteeg die een groot deel van zijn leven werkzaam is geweest voor het Nederlands Dagblad en de Evangelische Omroep.

In tijdvakken van 10 jaar komt de recente geschiedenis in de wereld en de kerkelijke en politieke geschiedenis in ons land voorbij. Hierin geweven is ook het persoonlijke levensverhaal van Kamsteeg waardoor het boek ook wel iets van een dagboek heeft. Zo is het een bijzondere mengeling van grote historische lijnen en een persoonlijke terugblik geworden, met accenten op datgene wat voor de auteur zelf vooral van belang is geweest. Zo hier en daar geeft Kamsteeg ook wat bondige informatieve achtergronden bij landen en gebeurtenissen zoals over het populisme.

Het boek is daarom vooral een persoonlijke impressie van een uiterst dynamisch en werkzaam leven en beschrijft tamelijk uitgebreid de vele werkreizen die Kamsteeg maakte als journalist naar tal van landen waarbij hij allerlei interessante mensen ontmoet. Vrijwel altijd is zijn oordeel evenwichtig en terughoudend en toont hij begrip voor gebeurtenissen. Ook zoekt hij dikwijls naar verklaringen waaruit een en ander is voortgekomen en probeert zich van een waardeoordeel te onthouden.

Kamsteeg komt uit de traditie van de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerk, van oorsprong een orthodox, zelfbewust en gesloten kerkgenootschap. Hij voelt zich daar in thuis en is er van harte mee verbonden; hij schenkt dan ook veel aandacht aan ontwikkelingen in dit kerkverband. Dit boek is dan ook vooral voor mensen uit zijn kring interessant omdat zij dezelfde wortels hebben en het geschrevene uit eigen ervaring zullen herkennen. Voor andere kerken zoals de huidige Protestantse Kerk in Nederland is in verhouding weinig aandacht. Wel staat hij vaak uitgebreid stil bij de positie van christenen elders in de wereld, vooral wanneer zij lijden onder vervolging zoals in het deel 1945 – 1960 ‘de christenvervolging in Europa’ en ‘de christenvervolging in China’. In dit deel komt ook naar voren dat hij contacten heeft met de toenmalige presidenten van de Verenigde Staten.

Boekenkrant

In het deel over de jaren 60 wordt Kamsteeg gefascineerd door ontwikkelingen in de rooms katholieke kerk die door het tweede Vaticaans concilie worden gestimuleerd terwijl in de Nederlandse protestantse kerken ook een andere, meer vrijzinnige, wind gaat waaien. Soms zijn er treffende citaten zoals dat van president Johnson van de VS  die eens heeft gezegd: “Dit is de meest hoopvolle tijd sinds Jezus in Bethlehem werd geboren”. De oorlog in Vietnam zou deze uitspraak later echter volledig overschaduwen.

Door heel het boek heen is er veel aandacht voor Israel waarbij Kamsteeg al op pagina 78 min of meer de toon zet door een passage uit de Balfour verklaring te citeren waarin ook aandacht wordt gevraagd voor “de burgerlijke en godsdienstige rechten van niet-Joodse gemeenschappen in Palestina”. Later krijgt Kamsteeg steeds meer oog voor de ‘andere kant van het verhaal’ en dat levert een verwijdering op met de invloedrijke beweging Christenen voor Israel, die zich onvoorwaardelijk achter Israel opstelt.

Kamsteeg is zich wel bewust van de beperkingen van zijn eigen kerk en schrijft op pagina 102: “Maar hoe keek de buitenwereld tegen de vrijgemaakten aan? De toenmalige christelijk-gereformeerde EO-medewerker Jan van den Bosch zie tegen mij: ‘Wij respecteren de vrijgemaakten zeer. Maar we houden niet van hen’. Vanwaar dat gebrek aan liefde? Ik denk door onze betweterigheid”. Dat laatste is waarschijnlijk maar al te waar al is het inmiddels door vele actuele ontwikkelingen binnen dit kerkgenootschap gedateerd geraakt.

In de jaren 70 bezoekt Kamsteeg dictatoriaal geregeerde landen als Griekenland en Chili maar ook het Vaticaan waarbij zijn grote betrokkenheid opvalt. De positie van christenen in onvrije landen boeit de auteur zeer en hun geloofsovertuiging raakt hem. Kritisch is de benadering van Zuid Afrika dat in die jaren nog wordt gedomineerd door de politiek van apartheid. Kamsteeg heeft daar geen waardering voor.

In het hoofdstuk over de jaren 80 speelt het vraagstuk van kernbewapening een belangrijke rol. Kamsteeg kan zich wel vinden in de benadering waarin het bezit van kernwapens wordt aanvaard om het gebruik ervan te voorkomen, een in die tijd veel gebruikt argument. Hier toont hij zich wat conservatiever dan elders in dit boek.

Interessant is zijn bezoek aan de USSR ten tijde van de glasnost. Kamsteeg gaat graag op reis en heeft dan altijd ook voor de kerken daar. In Zuid Amerika zijn theologen in die tijd geboeid door de bevrijdingstheologie die een sterk maatschappelijk engagement met zich meebrengt. Kamsteeg heeft er sympathie voor en begrijpt de verbinding van geloof en de actuele situatie waarin christenen zich daar bevinden.

Elders, in het hoofdstuk over de jaren 90, laat de auteur ook zien waarom hij zich zo bij christenen elders betrokken voelt. Hij citeert een gedeelte uit het Nieuwe Testament, uit de brief van de apostel Paulus aan de gemeente van Efeze, waarin deze ook over grenzen heenkijkt en spreekt over de wereldwijde verbondenheid van christenen. In dit deel is er veel aandacht voor actuele ontwikkelingen binnen de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerken en een afsplitsing daarvan, de Nederlandse Gereformeerde Kerken. Voor wie deze details van het kerkelijk leven niet van dichtbij kent, is het waarschijnlijk minder interessant. Kamsteeg voelt zich er zeer bij betrokken zoals blijkt uit de toon in het boek en waardeert de groeiende openheid en onderlinge toenadering. Ook zijn persoonlijke opvattingen verruimen zich en daarmee kiest hij vaak positie in de meer vooruitstrevende en ruimdenkende vleugel van de Vrijgemaakt Gereformeerde Kerken.

De jaren 2000 – 2009 worden al spoedig gedomineerd door de aanslag op de Twin Towers in New York. Opvallend is dat Kamsteeg terughoudend is om 9/11 religieus te duiden, iets dat in zijn kringen nogal eens gebeurt. Hij moet daar zelf niet zoveel van hebben en neemt er afstand van: “Ik ontkende niet dat rampen als deze extra reden kunnen zijn voor zelfonderzoek. Maar we moesten wel uiterst terughoudend zijn met het benoemen van Gods bedoeling met allerlei gebeurtenissen”, pagina 241. Kritisch is daarentegen de benadering van de VS wanneer deze Irak binnenvallen. In dit deel zijn ook persoonlijke ervaringen van de familie Kamsteeg opgetekend over asielzoekers. Uit de verhalen van mensen die door hen worden opgevangen, blijkt een zeer betrokken en liefdevolle houding. Ontwikkelingen binnen de EU worden door Kamsteeg met groeiende waardering gevolgd. Hij toont zich steeds meer een voorstander van Europese integratie.

In het deel over de jaren 2010 – 2020 is Kamsteeg uitgesproken kritisch over president Trump die hij “een ramp” noemt.

Een boeiend boek waarin in kort en vooral persoonlijk bestek veel van de recente wereldgeschiedenis voorbij komt al zal niet alles voor een bredere lezerskring even relevant zijn. De dikwijls persoonlijke toon, waarmee Kamsteeg ook afsluit, is sympathiek.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles