Ode aan grootvader
[Recensie] Twee Vlaamse grootouders mocht ik de afgelopen weken ontmoeten: een West-Vlaamse grootmoeder en een Oost-Vlaamse grootvader. Liefdevol beschreven door respectievelijk haar kleindochter (Ann de Craemer) en zijn kleinzoon (Stefan Hertmans). Urbain Martien en Paula van Hauwaert leefden in (ongeveer) dezelfde tijd, in hetzelfde land, maar er waren ook verschillen. Zo groeide zij op op het platteland en hij in de grote stad. Beide auteurs voelden de noodzaak een eerbetoon te schrijven aan deze geliefde grootouder en kozen daar een bijzondere uitwerking voor. (Kijk hier voor Kwikzilver van Ann de Craemer).
Er zullen weinig echte lezers zijn die niet gehoord hebben van dit succesvolle boek. Er zijn inmiddels meer dan 200.000 exemplaren van verkocht en het is bekroond met vele prijzen. Heb ik daar dan nog wel iets aan toe te voegen? Ja toch wel: mijn eigen ervaring met een boek dat (juist door de vele loftuitingen) niet helemaal aan mijn verwachtingen voldeed.
Toen ik aan het lezen begon, stond het boek al een half jaar in de kast. Iedereen werd steeds enthousiaster. Het regende prijzen, vertalingen, interviews en ook mijn echtgenoot las het met veel genoegen. Maar ik kon er maar niet toe komen. En dat kwam voornamelijk door de weerzin te moeten lezen over de ‘Groote Oorlog’. Pas de laatste jaren werd mij duidelijk dat wat zowel de burgerbevolking als de Vlaamse frontsoldaten overkomen is in die periode honderd malen erger is dan wat wij erover leerden in het Nederlandse geschiedenisonderwijs. Want dat is wat literatuur ook doet: romans en verhalen komen veel harder binnen dat droge cijfers en feiten.
Maar laat ik beginnen met waar ik van genoot en wat ik mooi vond. Het boek heeft drie delen. Het eerste beschrijft de armoedige jeugd en het harde leven van de jonge Urbain tot aan het moment waarop hij de oorlog in gaat. Het tweede deel omvat de oorlogsjaren en het derde deel zijn leven daarna, waarin hij zijn eerste grote liefde verliest en trouwt met haar zuster. En hoe hij zijn leven daarna probeert vorm te geven, geholpen door zijn liefde voor de schilderkunst.
Van het eerste deel heb ik het meest genoten. Een stukje sociale geschiedenis van Gent (en dus ook van andere Vlaamse steden) komt er overtuigend tot leven. Ook op andere plekken in het boek waar het gaat over de overgrootvader, valt genoeg te ontdekken om door aangeraakt te worden.
In het tweede deel was het vooral de poëtische stijl van de natuurbeschrijvingen die zo sterk contrasteerde met het oorlogsgeweld, die overrompelde en troostte. De schokkende beschrijvingen van het beestachtige optreden van de Duitse soldaten tegenover de burgerbevolking waren niet leuk om te lezen, maar hoorden er wel bij om ten volle te begrijpen waarom wat wij WO I noemen voor de Belgen de Groote Oorlog is. Nieuw voor me was ook om te lezen hoe verbijsterd de Belgen en Fransen waren dat de Duitsers zich niet hielden aan de “juiste, eervolle” manier om oorlog te voeren.
Het derde deel beschrijft onder meer de moeite die Stefan Hertmans gedaan heeft om belangrijke plekken uit het leven van zijn grootvader te zoeken en herontdekken en dat is ook bijzonder om te lezen.
Toch is er een en ander wat me minder beviel. Het tweede deel over de oorlogshandelingen was teveel van hetzelfde voor mij. Wat ik zelden doe, deed ik in dit deel: stukken overslaan of vluchtig lezen. Niet alleen is dit te naar om allemaal te lezen, het is ook te veel. Om hetzelfde effect te bereiken en de belangrijkste thema’s aan te kaarten waren minder pagina’s voldoende geweest. Dat laatste geldt ook een beetje voor het laatste deel. Het is duidelijk dat Stefan Hertmans zijn grootvader adoreert, maar soms zijn de zijpaden die hij daarvoor bewandelt voor hem ongetwijfeld heel belangrijk, maar voor de lezer wat minder interessant.
Maar het is al met al een mooi monument voor een geliefde grootvader. Er staan prachtige, poëtische zinnen in en het geeft een goed beeld van de sociale omstandigheden in de jaren voor 1900 in Gent.
Een vraag die ik me bij elk Vlaams boek dit jaar zal stellen is: hoe typisch Vlaams is dit boek? Wat woordkeus en stijl betreft, is het minimaal herkenbaar als Vlaams. Qua situering echter zeer Vlaams: daar zorgen de Groote Oorlog en de sociale beschrijvingen van Gent rond 1900 voor. Maar de rol die de schilderkunst in het leven van de hoofdpersoon speelt, is universeler. Net als de grote thema’s: oorlog en liefde en welke littekens die achterlaten.
—
Eerder verschenen op Mijnboekenkast