"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ophelia Omarmd

Zaterdag, 31 augustus, 2019

Geschreven door: Mike Jansen
Artikel door: Johan Klein Haneveld

Afwisselende verhalen vol spanning en vervreemding

[Recensie] Mike Jansen mag samen met Tais Teng en Jaap Boekestein wel worden gerekend tot de steunpilaren van het fantastische genre in Nederland. Je kunt geen verzamelbundel of tijdschrift openslaan of je vindt er verhalen van zijn hand in en ook in de diverse wedstrijden op genregebied heeft hij door de jaren heen mooie resultaten behaald. Hij is ook overduidelijk geen eendagsvlieg. Zijn eerste verhalen verschenen al in de jaren ’90 en zijn productie is sinds die tijd zeker niet minder geworden. Hoewel hij ook langer werk aflevert, zoals de fantasytrilogie De kronieken van Cranborn waarvan deel drie binnenkortzal uitkomen, lijkt de nadruk bij hem op de korte verhalen te liggen. Aangezien de publicatiemogelijkheden voor korte verhalen in ons taalgebied redelijk beperkt zijn, schrijft hij vaak in het Engels. In de bundel Ophelia omarmd zijn een heel aantal van zijn in het buitenland gepubliceerde verhalen ook in het Nederlands beschikbaar gemaakt.

De bundel is al een paar jaar geleden uitgekomen, maar ik kon de kans niet laten liggen nog wat beter kennis te maken met het werk van deze heel diverse auteur. Aangezien ik altijd geniet van zijn verhalen in bundels als Ganymedes en Edge.Zero verwachtte ik dat ook deze verzameling mij zou kunnen bekoren.

Laat ik de spanning maar wegnemen: ik werd daarin niet teleurgesteld. Jansen is niet voor niets succesvol in het Engelse taalgebied, want hij schrijft op internationaal niveau. Zijn verhalen zijn behoorlijk complex, met interessante ideeën en soms bizarre werelden. Hij voegt behoorlijk veel details toe, die altijd goed onderzocht zijn, zoals in het openingsverhaal Opdracht in Amlwch of in het fantastische SF-verhaal Veranderman waar hij een fantasmagorische kunstmatige biologie zonder moeite combineert met overtuigende computerterminologie. Het wordt echter niet overdadig. Jansen vergeet de karakters niet (ook al zijn het vrij vaak eenlingen in een vreemde, hen overweldigende wereld) en blijft behoorlijk strak op het plot zitten. Je verdwaalt als lezer niet in de beschrijvingen, maar de verhalen blijven meeslepend. Het enige kleine puntje van kritiek dat ik heb op zijn schrijfstijl is dat Jansen soms woorden herhaalt (zelfs in dezelfde zin) waar volgens mij alternatieven voor mogelijk waren. Dit viel me ook al op in zijn eerste fantasyroman. Verder valt er op zijn stijl niks aan te merken.
Ik genoot vooral van zijn wat langere verhalen. De gedichten waren trouwens ook mooi en macaber. De echt korte verhalen (meer ‘flash fiction’) in de bundel vond ik iets minder sterk. Ze bevatten iets te weinig opbouw en soms werd het in mijn ogen niet genoeg duidelijk wat er aan de hand was. Dat was overigens ook zo bij de wat langere verhalen. Regelmatig laat Jansen het aan de verbeelding van de lezer over uit te puzzelen wat er in het verhaal eigenlijk gebeurd is en wat de consequenties daarvan zullen zijn. Ik weet dat er lezers zijn die dat heel erg kunnen waarderen. Die niet graag de conclusie van een verhaal op een presenteerblaadje aangeboden krijgen en na lezing er een poosje op willen kunnen blijven kauwen. Ik steek zelf eigenlijk niet zo in elkaar – vooral niet als ik een bundel lees. Ik ga direct door naar het volgende verhaal. Dat is een persoonlijke voorkeur. Dus genoot ik in veel gevallen heel erg van de sfeer van de verhalen en de verwarring van de karakters, en ving ik in sommige gevallen wel een glimp (of meer dan dat) op van wat de auteur in het slot bedoeld had, maar bleef het in andere gevallen bij de suggestie. Ik merk wel dat ook na het dichtslaan van de bundel sommige verhalen blijven hangen en blijven knagen, dus volgens mij is Jansen in zijn opzet geslaagd me aan het denken te krijgen. Het is echter iets waar je volgens mij als lezer van moet houden.

Verder ben ik zelf iets minder gecharmeerd van bundels die verhalen uit diverse genres combineren. Dit is ook weer een persoonlijke voorkeur, natuurlijk, maar ik lees zelf liever een bundel met alleen SF-verhalen of alleen horrorverhalen. Hier vind je combinaties van de twee. Met een iets grotere nadruk op de eerste, want ook de SF-verhalen schuwen de duisterdere kant van het spectrum niet. Bewust want volgens mij gaan ze minder over de onverwachte aspecten van wetenschappelijke ontdekkingen of technologische vernieuwingen, maar meer over de isolatie en vervreemding van mensen in een totaal andere omgeving. Jansen maakt overigens goed gebruik van de kracht van suggestie zonder in platvloersheid te belanden. Dat blijkt heel goed in het openingsverhaal dat echt eer doet aan het werk van Lovecraft. Het verhaal weet heel goed de nodige sfeer te scheppen, het gevoel dat zich iets bevindt vlak buiten je gezichtsveld, iets dat steeds dichterbij komt, maar dat voortdurend ongrijpbaar blijft. Het wordt ook nooit helemaal duidelijk. Je ziet geen tentakels, geen bloed, maar de angst komt wel binnen. Het verontschuldigende voorwoord was hierbij volgens mij echt onnodig.

Het Weer Magazine

Verder heel goed zijn Veranderman, dat ik al noemde, het grappige, mythologische De Ragnarok interrupt en Een gift van de schemerjaren waarin een tot stilstand gekomen cultuur door een gruwelijke moord wordt opgeschud. ‘De eindige strijd’ vond ik heel sfeervol en de beelden die het oproept vond ik prachtig. Het was ook op een goede manier circulair. ‘Kille vooruitzichten’ wist ook goede dingen te doen met het uitgangspunt, dat leidt tot een indrukwekkend einde. Ik ga ervan uit dat de lezers van deze recensie zelf al genoeg verhalen hebben gelezen van Jansen in Fantastische Vertellingen of in Ganymedes om zich een beeld te kunnen vormen van zijn schrijfkwaliteiten. In deze bundel komen die heel goed tot hun recht en voor de genreliefhebber, zowel op het wat subtielere griezelgebied als op het terrein van de harde SF valt hier veel te genieten. Van harte aanbevolen!

Eerder verschenen op Hebban