"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Reis naar Brabant

Dinsdag, 12 juli, 2022

Geschreven door: Hein-Anton van der Heijden
Artikel door: Jan Stoel

De waarheid achter de werkelijkheid

[Recensie] Hein-Anton van der Heijden (1950) toont zich in Reis naar Brabant een schrijver die veel te vertellen heeft en die in deze roman middels fictie zijn kijk op het leven en de wereld geeft. Het is een adembenemend, spannend en verdiepend verhaal geworden met aandacht voor filosofie en maatschappelijke ontwikkelingen. Student/schrijver Louis Lemmens, een van de personages, zegt dat hij wil schrijven over “de waarheid achter de werkelijkheid.” En dat is precies wat Van der Heijden doet.

Van der Heijden neemt je mee op reis naar Brabant. Er is aandacht voor het nostalgische, wat het Brabantia Nostra-gevoel weergeeft (het tijdschrift dat tussen 1935 en 1951 zich sterk maakte voor de ontwikkeling van de eigen Brabantse cultuur, sterk geïnspireerd door het rooms-katholieke geloof), maar ook voor het Brabant van nu. Ik denk aan de begrafenisscene waar een kapelaan uit Indië in de mis voorgaat, “een omgekeerde missionaris.” Het Brabant van nu staat voor kennis en innovatie, denk aan Brainport in Eindhoven, Lichtstad in de roman genoemd. Van der Heijden positioneert Brabant tegenover met name Amsterdam.

Gemankeerde personages
De vier hoofdpersonages vertellen allemaal hun eigen verhaal en doen dat vanuit het ik-perspectief. Daardoor word je betrokken bij hun gevoelens, ideeën, opvattingen, gedachten. Je zou de roman ook een psychologische ontwikkelingsroman kunnen noemen. Aan ieder van hen ‘mankeert’ iets, ze zijn allemaal op zoek naar hun identiteit. Lena Veltri uit Bologna is historica, heeft bindingsangst. Dat komt omdat ze een vaderloze opvoeding heeft gehad. Om haar angst te overwinnen heeft haar therapeute ze naar Brabant gestuurd om haar vader te vinden, Tejo Gestel. Brabander Louis Lemmens woont in Amsterdam, wil schrijver worden en denkt dat de literatuur hem de identiteit doet ontdekken die het best bij hem past. Thérèse Moorland is bijna vijftig jaar en woont in het bos. Ze is alleen, maar heeft een speciale paranormale gave waarin ze in tijd en ruimte kan ‘zien.’ En dan is er nog Dorus Gestel, die als het ware uit de familie gestoten is, galerist is, lijdt onder het verlies van zijn Senegalese echtgenote Rokhaya, lijdt aan prosopagnosie waardoor hij gezichten niet kan herkennen. Hij is rijk geworden door het schrijven van de serie boeken Dorpen in steden!

Eenzaamheid
De personages zijn allemaal op zoek naar wie ze zelf zijn, missen iets, zijn eenzaam, zoeken contact, Hun levens raken met elkaar verknoopt. De auteur verbindt de vier verhaallijnen met elkaar, maar doet dat zo dat het verhaal op spanning blijft, nergens wegzakt. Het gevaar van herhaling ligt op de loer als je kiest om het verhaal te vertellen vanuit vier perspectieven.

Hereditas Nexus

Gelaagde roman
Van der Heijden heeft een gelaagde roman geschreven. Je kunt hem lezen als een doorlopend verhaal van vier protagonisten die op zoek zijn naar zingeving van hun leven en hun identiteit en allemaal hun ‘geheimen’ hebben. Maar er zit ook spiritualiteit in het verhaal. Zo bestaat de roman uit vier grote delen, die de naam van de seizoenen hebben gekregen. Thérèse Moorland kan gebeurtenissen en situaties uit het verleden zien en is gefascineerd door cycli. In de grote stad lijkt men het echte contact met de seizoenen verloren te hebben. In een agrarische beschaving is die cyclus van de natuur manifest. Je zou de lente/zomer en de herfst/winter als yin en yang kunnen beschouwen. Analoog daaraan zie je in het verhaal in de lente de persoonlijke ontwikkeling van de personages ontluiken, vervolgens in de zomer tot bloei komen. In de herfst is sprake van een transformatie en in de winter wordt alles voorbereid op een nieuwe cyclus. Parallel hier aan lopen de sociale processen in het verhaal. Dat is knap geconstrueerd, zowel naar vorm als naar inhoud. Als je op deze manier het verhaal leest dan ontwikkelt zich een ander verhaal. Een voorbeeld: Lena is geboren uit het een nacht samenzijn van een Nederlandse man en haar Italiaanse moeder. Dat gebeurde in de zomer. Lena noemt dat “de periode van de hoop”. Rode draad is ook het kiezen van ‘de weg’. Kies je voor de brede, de makkelijke weg of juist voor de smalle, die meer van je vraagt?

Dwarsverbanden
Wat het verhaal verder zo sprankelend maakt zijn allerlei dwarsverbanden. Lena komt in Den Bosch terecht en ziet daar het schilderij ‘De Parabel van de blinden’ van Bruegel. Blinden die op zoek zijn, net zoals zij zelf op zoek is naar haar vader en niet weet welke weg ze moet kiezen. Ze is als het ware blind. Bruegel is ook een dorp dat vlak bij Lichtstad (Eindhoven) ligt. Zou deze kunstenaar daar vandaan komen? Oude woorden als dorsvlegel, kuitenbreker, zodenlichter en haspelwagen duiken op. Een etymoloog, Wim, die lijkt op Wim Daniëls, de Brabantse koffietafel, de foto’s van Martien Coppens , A.F. Th. Van der Heijden (what’s in a name), de namen van Brabants voetbalclubs en natuurlijk het worstenbrood kleuren het verhaal.

Van der Heijden geeft in een volgende laag ook kritiek op hoe Brabant nu is en hoe mensen zich tot elkaar verhouden. Daarmee snijdt hij de actualiteit aan: megastallen, besmettelijke ziekten, het egocentrisme. “De moderne westerse rede is een dogma geworden, en daardoor zijn veel andere waardevolle vormen van kennis onder het tapijt geschoffeld”.

Carnaval
Het verhaal culmineert in het carnavalsfeest aan het einde van de roman, Brabantser kan het niet. Carnaval zet immers alles op zijn kop. En dan kan Louis Lemmens eindelijk zijn roman over het ‘Brabants absurdisme’ schrijven.

Van der Heijden put ongetwijfeld uit zijn eigen leven ten behoeve van deze roman. Hij is geboren in Eindhoven en woont in Amsterdam, twee plaatsen die een belangrijke rol spelen in het verhaal. Hij publiceerde in De Gids, net zoals Louis Lemmens over wie uitgever Kai van Gool zegt dat zijn naam zo lekker allitereert. Dat doet de naam van Hein-Anton van de Heijden ook. Van Gool verwijst naar uitgever Mai Spijkers. Die werd oorspronkelijk geboren in Goirle, en zoals de Brabanders zeggen Gôôl. Zou Louis Lemmens niet het alter-ego van Hein-Anton van der Heijden zijn? En betekent Moorland, zoals de nogal wat personages in de roman heten niet ‘heide’? Louis constateert dat in Brabant “iedereen zo hartelijk is tegen hem. […] het voelt zo vertrouwd. Zoveel meer thuis dan Amsterdam.” Zou de schrijver niet veel liever naar Brabant terugkeren?

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow