"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Rusland. Land dat anders wil zijn.

Dinsdag, 14 juni, 2022

Geschreven door: Gijs Kessler
Artikel door: Jef Abbeel

Geschiedenis van het moderne Rusland

[Recensie] Gijs Kessler (°1969) woonde tussen 1991 en 2016 vele maanden en jaren (2002-2016) in Rusland. Hij kwam er voor het eerst in 1991, toen de SU uiteen viel en vele Russen hoopten dat ze nu een ‘normaal’ land zouden krijgen met goedgevulde winkels, vrijheden en welvaart. Zijn boek gaat over het tijdperk dat hoopvol begon in 1991 en treurig eindigde met de oorlog tegen Oekraïne in februari 2022.

De vijf hoofdstukken behandelen vijf thema’s: de vrijheden die de Russen kregen in 1991, de nog aanwezige Sovjetmentaliteit, de omvorming van een staatseconomie naar een kapitalistische markteconomie, de mislukte poging om over te gaan van een eenpartijstaat naar een democratische rechtsstaat en de overgang van een van de buitenwereld afgesloten maatschappij naar een open samenleving. En de vraag of het land gedoemd is tot onvrijheid en onverschilligheid voor mensenlevens.

Tot 1991 kon je de SU enkel bezoeken via georganiseerde reizen, verplichte gidsen en verplichte hotels en konden de Russen problemen krijgen als ze contact hadden met buitenlanders.

Lippenstift
In de jaren ’90 kwam dan de vrijheid en het uitgaansleven, maar de winkels waren leeg en westerse artikelen peperduur: een maandsalaris voor een lippenstift. De inflatie verwoestte de pensioenen, de criminaliteit tierde welig. Diverse maffia’s hadden de stad verdeeld in invloedsszones. Fabrieken werden leeggeroofd door de top en gingen dan failliet. Of ze werden overbodig omdat niemand nog naar hun producten vroeg.  Alcoholisme, drugsgebruik en clochards namen toe. De gemiddelde levensverwachting voor mannen daalde tot 57 jaar! De gratis medische zorg verdween, artsen werden onderbetaald, medicijnen ontbraken.

Boekenkrant

In het nieuwe millennium kwam er verandering: de welvaart nam toe door de veel hogere olieprijzen, het autoverkeer ook, er ontstonden urenlange files.

Het uiteenvallen van de SU betekende een verlies van macht en een vernedering. Ineens woonden 25 miljoen Russen in republieken waar ze niet meer welkom waren, terwijl ze dachten dat ze er veel goeds gedaan hadden. De Russische taal werd in vele republieken vervangen door de lokale taal, die zij nooit geleerd hadden. Een groot aantal, ca. 3,5 miljoen, keerden terug naar hun moederland.

Koelakken
De auteur verwijst vaak naar de Stalinistische terreur: zijn dekoelakisatie leidde tot de liquidatie van 2 miljoen koelakken(1929-1932), zijn collectivisatie van de landbouw(1932-1933) tot een hongersnood die in Oekraïne en Kazachstan het leven kostte aan 6 tot 11 miljoen mensen. Bij zijn Grote Terreur (1936-1938) werden 1,5 miljoen mensen opgepakt, van wie er 0,7 miljoen gefusilleerd werden. De meeste anderen stierven in de goelag (p. 99-101). Hij besluit dit hoofdstuk: De schim van de SU blijft op vele manieren aanwezig in het huidige Rusland.

De vrije markt dan. Op 29 januari 1992 legaliseerde Jeltsin ze: iedereen mocht overal verkopen wat hij wou. Dan kwam de grootschalige privatisering: iedere burger kreeg een voucher om aandelen te kopen. Handige jongens en managers van bedrijven kochten die vouchers massaal op en werden zo eigenaar van de bedrijven. Zo werd tussen december 1992 en de zomer van 1994 de Russische economie geprivatiseerd en ontstonden er oligarchen.

Volksduitsers
Het grootste probleem was de inflatie: de prijzen verdrievoudigden, waardoor 2/3de van het spaargeld en van de salarissen weggevaagd werd. Bovendien werden lonen en salarissen soms maandenlang niet uitbetaald. Velen wilden emigreren, maar Russen waren nergens welkom, behalve in Israël als het Joden waren en in Duitsland als ze afstamden van Volksduitsers.

Vanaf 1995 werd de inflatie beteugeld, kreeg de roebel een vaste koers en nam de welvaart  toe. Van 1999 tot 2008 groeide de economie jaarlijks met 7%, het gemiddelde inkomen steeg van 79$  per maand in 2000 tot 946 in 2013, dus x 12 ! Moskou werd een stad van dure auto’s en dure kleding. In tien jaar tijd maakten Moskou en de andere steden de overstap van het industriële naar het postindustriële tijdperk. Vanuit het niets ontstonden een restaurantcultuur, shoppen via het internet, mobiel bankieren. Rusland leek een normaal land te worden, maar slaagde er niet in om zelf een maakindustrie op te zetten. De beste programmeurs en wetenschappers weken uit. Succesvolle ondernemers werden gedwongen hun bedrijven af te staan aan FSB’ers. Als ze dat weigerden, vlogen ze de gevangenis in (p. 160-161).

Smeergeld
De staat trok zich in de jaren 90  terug uit het openbare leven, met als gevolg dat alles verwaarloosd werd: wegen, trottoirs, parken, toiletten, gezondheidszorg, onderwijs, gerecht. Corruptie en smeergeld waren nodig om iets te verkrijgen, de maffia om zich te beschermen. Op 26 maart 2000 werd premier Poetin tot president gekozen. Met hem kwam de KGB/FSB weer aan de macht. Hij herstelde de macht van de staat en beperkte die van de oligarchen. Chodorkovski, de rijkste en machtigste, werd in 2003 zelfs gearresteerd, onteigend en naar Siberië verbannen omdat hij kritiek had geuit op de corruptie in de regering.

Vanaf 2004 benoemde Poetin zelf de regionale gouverneurs en maakte hij de rechterlijke macht afhankelijk van de regering. Allerlei diensten functioneerden opnieuw en dankzij de olie-inkomsten werden de ambtenaren weer betaald. Maar de corruptie, de leegroof van de staat en de zelfverrijking van Poetin en zijn aanhangers namen grote vormen aan: ca. 1 biljoen dollar belandde op buitenlandse rekeningen, o.a. in Cyprus en Londen.

In december 2011 werden de parlementsverkiezingen zo vervalst dat er grote betogingen volgden in de steden. Ook de presidentsverkiezingen van maart 2012 verliepen met fraude. Echte oppositie werd en wordt monddood gemaakt. De bevolking wantrouwt alle politici en beschouwt hen als zakkenvullers.

Cultuurshock
Pas sinds Gorbatsjov is Rusland deel gaan uitmaken van de wereld. Tot mei 1991 en de facto tot 1993 mochten de Russen niet op reis gaan. Toen ze in 1993 eindelijk naar Europa mochten, hadden ze een officiële uitnodiging nodig en moesten ze een pak documenten tonen uit angst voor massamigratie. Tot 1999 was geldgebrek ook een obstakel.

De cultuurshock was groot: het Westen was veel rijker en mooier dan zij geleerd hadden, het aanbod in de supermarkten deed hen helemaal verstomd staan. Vanaf 2000 kwam het toerisme toch op gang, eerst naar Turkije en Egypte, dan naar West-Europa en Amerika. Studenten en wetenschappers volgden.

Tijdens Jeltsin en in de eerste jaren van Poetin zocht Rusland aansluiting bij het Westen, maar sinds 2007 spreekt Poetin vijandige taal, heeft hij oorlog gevoerd tegen Georgië, de Krim ingepalmd, de Donbas op stelten gezet en nu voert hij een vreselijke oorlog tegen Oekraïne. Rusland is dus een eigen koers gaan varen. Tegelijkertijd kan het niet verder zonder contacten met het Westen.

De auteur besluit:  tussen 1991 en 2016 maakte Rusland diepe veranderingen door en werd overgrote deel van de bevolking welvarender. Maar Poetin maakte een einde aan de politieke vrijheden. En door zijn oorlog tegen Oekraïne is de vrijheid om te reizen zwaar ingeperkt. Idem de onze om naar Rusland te gaan. Het boek eindigt met leerrijke noten.

Kessler kent de Russische maatschappij door en door, ook de onderkant en de subculturen en hij beschrijft ze met een rijke taal. Hij heeft voor zijn boek vele wetenschappelijke studies gebruikt: het is dus niet enkel gebaseerd op persoonlijke ervaringen. Hij kent ook het verleden en geeft precieze cijfers over de miljoenen slachtoffers van het Stalinregime.

Twee details: de tekst verwijst helaas niet naar de degelijke noten en een kaart met de plaatsnamen ontbreekt. Aanbevolen voor wie Rusland en de Russen beter wil leren kennen.

Eerder verschenen op Jef Abbeel