"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Sam en Henny

Zondag, 23 januari, 2022

Geschreven door: Bart Wallet
Artikel door: Piet Halma

Een eeuw orthodox-joodse familiegeschiedenis

[Recensie] Alles in het boek draait om Sam Eisenmann (1904) die op dertienjarige leeftijd te maken krijgt met het overlijden van zijn uit Duitsland naar Amsterdam verhuisde vader Gerson Eisenmann. Deze heeft zich behalve als succesvol zakenman ook gepositioneerd als spil in het orthodoxe leven van Amsterdam.

Grote indruk op de jonge Sam maakt de opperrabbijn van de Portugees-Israëlitische gemeente in Amsterdam, die zich tijdens de begrafenisplechtigheid rechtstreeks tot de jonge Sam richt en hem op het hart drukt de plaats van zijn vader in te nemen, vooral in het bewaken van het traditionele jodendom. Wallet laat daarbij in het hele boek steeds drie Hebreeuwse steekwoorden terugkomen: Tora, (de studie van de heilige teksten), Avoda (de eredienst) en Gemiloet chasodiem (de liefdadigheid).

Sam ontwikkelt zich tot een centraal figuur van orthodox Amsterdam. Hij laat zich niet onbetuigd in gesprekken met de meer liberale joden van zijn tijd, en verzet zich ook tegen al te opdringerige christelijke zendingsactiviteiten. Kosten nog moeite spaart hij om joodse kinderen uit de zendingsbewaarscholen weg te houden en sticht een joodse fröbelschool en eigen jeugdclubs.

Een eerste huwelijk met Annie Davids duurt maar kort vanwege haar snelle overlijden. Al snel daarna trouwt Sam met Henny Cohen, afkomstig uit een trotse Fries-joodse familie waar Stadsfries werd gesproken en sjabbatsliederen op Leeuwarder melodieën werden gezongen.

Hereditas Nexus

Het is deze Henny die samen met Sam de oorlog ingaat. Beiden overleven de oorlog op wonderbaarlijke wijze, inclusief de drie kinderen die ze inmiddels hebben gekregen. Wat zij samen meemaken is dankzij Wallet nu beschreven.

Onderduik
Vanwege enkele privileges lukt het de familie tot in 1943 uit handen van de Duitsers te blijven. Maar als ook hun leven bedreigd wordt, duiken ze onder in het Zuid-Limburgse Treebeek en Heerlen waar ze met hun kinderen (wel op verschillende plekken) onderdak krijgen bij katholieke en protestantse families.

Orthodoxe waarden blijven ze zoveel mogelijk trouw, maar de spijswetten zijn niet meer vol te houden. De kinderen blijven na de oorlog nog lang hun weesgegroetjes bidden en kruisjes slaan.

Het gezin Eisenmann behoort tot een uitzonderlijke categorie: alle gezinsleden hebben de oorlog overleefd. Hun gezin wordt een joods tehuis voor nogal wat overlevenden uit de concentratiekampen die bij de Nederlandse samenleving van die tijd geen gehoor vinden.

Voor de Tweede Wereldoorlog – halverwege het boek – aan bod komt is Wallet al teruggegaan naar eind negentiende eeuw waar de familie Eisenmann in het Duitse Frankfurt handelt in oud ijzer. Ook na afloop van de oorlog gaat het verhaal door. Door te kiezen voor dit langetermijnperspectief zijn de oorlogsjaren 1940-1945 ingebed in een langere periode, en hebben ook een uitwerking in de periode van de wederopbouw en daarna.

Het orthodoxe jodendom krijgt weer nieuwe impulsen mede dankzij Amerikaanse soldaten van joodse afkomst, die de familie bij de bevrijding van zuidelijk Nederland had leren kennen. De familie settelt zich en de zaak bloeit weer.

Ook politiek en cultureel blijft de familie geïnteresseerd. De radio- en tv-gids, zo beschrijft Wallet in een curieus detail, was aanvankelijk die van de AVRO, conform de liberale inslag van de familie Eisenman. Als de Evangelische Omroep opkomt kiest de familie voor de EO Visie – gids, want, zo luidt de korte toelichting, die is meer pro-Israël.

Naar Israël
Al snel trekt een al langer levende droom om deel uit te gaan maken van een zionistisch Israël. Het is vooral Henny die dit graag wil. Als Sam in 1976 op 72-jarige leeftijd in Amsterdam overlijdt, duurt het nog tot 1982 voordat Henny definitief verhuist.

Sam en Henny hebben dan in hun leven blijk gegeven dat, terwijl de omstandigheden veranderen, de studie van de Tora, de dienstbaarheid aan de joodse gemeenschap en de inzet voor liefdadigheid hen blijvend hebben gekarakteriseerd.

Eerder verschenen in het Friesch dagblad