"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Schuim

Zondag, 2 maart, 2014

Geschreven door: Robert Anker
Artikel door: Tim van Gerven

Een meesterlijke soap

In Schuim voert Robert Anker (1946) de lezer in duizelingwekkende vaart van de ene melodramatische scène naar de andere. Een overspelig stel dat wordt betrapt, een heftig ongeluk dat een van de personages voor het leven aan de rolstoel kluistert, een bloederige zelfmoord op klaarlichte dag, een ongewenste zwangerschap… En dan zijn er nog de talloze Bekende Nederlanders die een bijrolletje vervullen. Ja, dit is een onvervalste soap – de titel geeft het al een beetje weg. Maar wel een van de beste – literaire – soort.

Anders dan in de traditionele soap is het tempo in deze roman moordend hoog. Niet zo gek ook, met drie hoofdpersonages die vol in het leven staan. En die, Rilkes ‘du muss dein Leben änderen’ indachtig, vóóruit willen, los willen breken uit alles wat hun vrijheid beperkt. Anker geeft ze het levendige portret dat ze verdienen: de levenslustige havenbaron Dirk, zijn dochter, de wereldberoemde violiste Lisette, en zijn schaakvriend Niels, een dominee die tot de complicerende conclusie komt dat God niet bestaat en die verliefd is op de mooie violiste. De relatie tussen dominee en dochter zet de zaak op scherp, zorgt voor mooie momenten, voor vurige verliefdheid en onstuimige passie, maar ook voor conflict, voor drama; als in de betere soapserie lopen de emoties hoog op.

Amper de tijd om adem te halen

Dat die GTST-achtige heftigheid niet tegen gaat staan, is te danken aan Ankers virtuoze stijl. Iedere scène, of het nu gaat om een vioolsolo, een zondagse preek of een wandeling door Parijs: in de handen van Anker wordt het een spektakel. Bijzonder soepel, alsof het hem geen enkele moeite kost, verplaatst hij zijn verhaal van het heden naar het verleden en weer terug, en springt hij van het hoofd van het ene personage naar de kolkende gedachtewereld van het andere. Aan het omstandig vullen van tussenliggende tijd heeft hij een broertje dood. Soms gaan er tussen twee zinnen dagen voorbij als in die tijd toch niets gebeurt dat interessant is voor het verhaal. Dat verhaal moet door. Heeft een van de personages een burn-out of een zware depressie? Voor geen Anker geen aanleiding om te verzanden in verstilde momenten van bezinning en berusting. Nee, de lezer dringt ook op die punten van het verhaal diep door in hart en hoofd van het personage, wordt meegenomen in een draaikolk van emoties en herinneringen en krijgt nog amper de tijd om adem te halen.

Adembenemende stijl

En er gaat nogal wat om in de hoofden en harten van die personages. ‘Schuim,’ laat Anker Lisette ergens aan het begin van de roman denken, ‘muziek is als schuim, je kunt er prachtige bellen van blazen, iriserend, doorzichtig, en pats, dan zijn ze weg.’ Die ongrijpbaarheid, die kwetsbaarheid, ze geldt natuurlijk niet alleen voor de muziek, maar ook voor het geluk, voor de liefde en, om het geheel in de geest van dit het boek helemaal melodramatisch te maken, voor het leven. Het besef dat alles in dit leven tijdelijk is, inclusief het leven zelf, voedt in belangrijke mate de onzekerheid van Lisette, Dirk en Niels. Het ondergraaft hun geluk. Zoals in deze scène waarin Lisette haar gedachten laat gaan over haar toekomst:

Hereditas Nexus

Maar een vriend. Op wie je verliefd bent, op wie je dol bent, op wie het missen op het eerste gezicht is, zoals ze pas in een gedicht had gelezen, bij elkaar willen zijn, inslapen in elkaars armen, ’s morgens een krul wegdraaien uit zijn gezicht, ontroering, hunkeren, alles delen, heftig zoenen, échte seks want uit liefde, wachten, waarom belt-ie nou niet en dan staat hij ineens achter je, je ziet elkaar in de verte en stormt op elkaar af, verzadigd, diepe inkeer in elkaar.. Ja, dat wilde ze wel. Maar duurt het ook, vroeg een gedachte.

Maar van schuim kun je niet alleen prachtige bellen blazen die ook zo weer zijn verdwenen, en schuim doet niet alleen denken aan zeep/soap, schuim is ook een levendige substantie, die bruist en schittert en daardoor, tot slot, ook betrekking heeft op Ankers adembenemende stijl, die barst van vitaliteit, talent en schrijfplezier – een stijl, kortom, die schuimt; bovenstaande passage is daar een mooi voorbeeld van. Ja, Schuim is een verrassend prettige en verfrissende leeservaring.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

De thuiskomst van kapitein Rob

Volledig ontstemde piano - Heum 1994

Hajar en Daan

Hajar en Daan

De Vergever