"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Sjeumig + Naamloos + Het Wapen van Sjeng

Dinsdag, 22 juni, 2021

Geschreven door: Pepijn Lanen
Artikel door: Karl van Heijster

Katers alom

[Recensie] Pepijn Lanen is bij het grote publiek bekend als rapper Faberyayo, onderdeel van De Jeugd van Tegenwoordig. Maar sinds een goede tien jaar is Lanen ook actief als prozaschrijver. In 2013 debuteerde hij met de absurdistische verhalenbundel Sjeumig. Zijn eerste roman, Naamloos, verscheen in 2016, gevolgd door Het Wapen van Sjeng in 2019. Die drie boeken zijn onlangs als verzameld werk heruitgegeven bij uitgeverij Ambo|Anthos, onder de titel Sjeumig + Naamloos + Het Wapen van Sjeng. Is Lanen in proza net zo scherp als in zijn raps?

Kort antwoord: nee. Maar dat zegt eerlijk gezegd meer over de kwaliteit van zijn poëzie dan zijn proza, want met dat laatste is niets mis. Sterker nog, in Sjeumig bewijst hij dat het kenmerkende taalgebruik van De Jeugd gedrukt net zo fris is als op de plaat. De bundel loopt over van creatieve urgentie, alsof ze onmiddellijk vanuit Lanens onderbewuste op het papier zijn gekwakt. Elk verhaal kan elk moment elke kant op gaan, zoals Een rondje eikeltjesbier, dat begint met een begrafenis maar algauw uitkomt op een kabouter met een gebroken hart. Of De afzat-knalavonturen van Faber Wilhelm, dat tegelijkertijd een middeleeuws avonturenverhaal, een door alcohol voortgestuwde reis naar de bodem en een kritische recensie op het oeuvre van U2 is.

Met Herfst op de rotonde bewijst Lanen echter ook goede verhalen te kunnen schrijven zonder zijn toevlucht te hoeven nemen tot komisch absurdisme. (Al is het existentieel absurdisme niet ver weg!) Deze paranoïde episode in het leven van een studente is een even grappige als geloofwaardige beschrijving van een net niet helemaal lekker lopend staartje van een trip. Drank en drugs zijn overigens nooit ver weg in Sjeumig: het merendeel van de verhalen begint met een kater – en eindigt er even vaak mee.

Naamloos, Lanens debuutroman, brengt wat dat betreft de overtreffende trap. De roman volgt een dertiger die tussen twee banen in van de drank en drugs af probeert te blijven. En terecht, want zijn laatste trip heeft ervoor gezorgd dat hij zijn eigen naam is vergeten. Hoewel Naamloos in dezelfde losse stijl is geschreven als zijn debuutbundel, leidt de roman onder het feit dat er het hele boek niets interessants gebeurt. De naamloze hoofdpersoon zwerft pagina na pagina rond, alleen met zijn eigen weinig belangwekkende gedachten. Als de roman één ding duidelijk maakt, is het dat geheugenverlies als plotpunt alleen spanning opwekt als het (vroegere) leven van de geheugenloze de moeite van het kennen waard is.

Boekenkrant

Soms is het alsof Lanen de grenzen van zijn roman zelf ook aanvoelt. Halverwege de roman doet de liefde haar intrede, in de vorm van een vriendin die geen enkele reden heeft om van de hoofdpersoon te houden. Maar ook hier zit de uitwerking tegen het vervelende aan. Omdat de romance nergens naartoe gaat, laat Lanen een les uit de lucht vallen: het is niet belangrijk waar je vandaan komt. De kersverse vriendin wordt boos, omdat ze gereduceerd is tot plotpunt: “Denk je dat ik een personage uit een boek ben of zo? Dat ik alleen maar word opgevoerd om de hoofdpersoon uit een roman zijn openbaringen voor te kauwen?” De schrijver verwoordt wat de lezer al een tijd lang voelde. Maar in plaats van dat probleem op te lossen, benoemt hij het en kan hij weer verder. Het is een gemiste kans.

Gelukkig is Het Wapen van Sjeng een stuk beter te verteren. Hier combineert Lanen de existentiële, nihilistische leegte van Naamloos met het creatieve absurdisme van Sjeumig. Hoofdpersoon Chef, miljonairszoon van de oppermachtige man-vrouw-entiteit HEN, krijgt de opdracht om de Blauwe Ridder op te sporen en de wereld voor onheil te behoeden. Maar Chef is meer geïnteresseerd in neuken en zichzelf bezatten. En terecht, want hij blijkt hopeloos inadequaat om de wereld te redden. 

Het boek tekent een uiterst vermakelijke parodie op vrijwel elke actie-avonturenfilm. Anders dan de traditionele actieheld, ontstijgt Chef nooit de status van speelbal van zijn omgeving. Indringende onthullingen – hoe clichématiger, hoe beter – volgen op spectaculaire actiescènes. Maar nooit ontstaat de mogelijkheid voor Chef om de situatie naar zijn eigen hand te zetten. Zijn hele leven lang al door zijn omgeving voorzien in al zijn aardse behoeften, heeft hij het vermogen verloren om de wereld aan te kunnen. Lanen schetst een hilarisch onnozel portret van een generatie die in weelde haar kunde en doel is verloren. Dát is de ultieme kater.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Sjeumig

Auteur:
Pepijn Lanen
Categorie(ën):
Literatuur