"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Sluimerend kwaad

Zaterdag, 30 april, 2022

Geschreven door: Ronald Assen
Artikel door: Johan Klein Haneveld

Klassieke horror met soms een lekker naar randje

[Recensie] Jammer dat ik geen halve sterren kan uitdelen. Ik twijfelde even of ik deze bundel vijf sterren moest geven want er stonden best wat verhalen in die in mijn ogen die beoordeling waard waren. Er waren echter ook een paar die ikzelf wat minder geslaagd vond en dan vind ik een vijf sterren-beoordeling niet helemaal passend. Maar dat ik zo over mijn eindoordeel twijfel, maakt voor de oplettende lezer van mijn recensie wel duidelijk dat ik heel erg van dit boek kon genieten.

Ronalds boek bevat een behoorlijk lange novelle (107 pagina’s) en 32 korte verhalen van slechts een paar pagina’s. Ze vallen allemaal onder het genre van de behoorlijk klassieke horror. Hier geen kosmische horror en angst voor het onbekende, en geen body horror die onder je huid gaat zitten. Maar wel demonische bezetenheid, seriemoordenaars, kwaadaardige varianten van sprookjes, best wat kannibalisme en heel veel bloed. De verhalen gaan over het kwaad dat uit het binnenste van mensen opborrelt, of dat van buiten vat probeert te krijgen op het binnenste van mensen. Dat is redelijk rechttoe rechtaan, maar zorgt wel voor enkele gruwelijke en walgelijke taferelen. Ze blijven bij mij niet zo hangen als de existentiële angst uit de verhalen van een Lovecraft. Geen onderhuids onrustig gevoel, maar wel een schrikeffect als een emmer koud water in je gezicht: schrijft hij dit nou echt? Sommige verhalen gaan naar hun onafwendbare einde (zoals het eerste verhaal), andere hebben een heerlijke wending – vooral verhalen die een schijnbaar alledaagse situatie verdraaien (zoals het onverwachte slot van Zoiets zou mijn dochter nooit doen en Ze groeien vanzelf weer aan, dat relatief onschuldig begint…).

Vooral voor de liefhebber van klassieke horror is er hier volgens mij genoeg om van te genieten. Van Assen blijkt een naar kantje aan zijn verbeelding te hebben, dat ik zeker wel kon waarderen. Soms is hij zelfs gewoon grof. Hij gaat verder dan ik zou durven (zo wordt iemand gedood doordat de moordenaar eerst de mond dichtlijmt en daarna een voor een beide neusgaten… brrr), maar hij kan dat omdat hij een wat afstandelijke schrijfstijl hanteert. Ten eerste gebruikt hij geen uitgebreide beschrijvingen. Zijn zinnen zijn over het algemeen kort en zijn woordkeuze relatief eenvoudig. De dialogen zijn puntig. Vooral bij het eerste verhaal, dat ook jonge hoofdpersonen had, dacht ik dat het geschreven was in de stijl van een YA-roman. Latere verhalen zijn te grof voor dat publiek, maar het toont wel dat het heel toegankelijk geschreven is. Zijn verteller bevindt zich bovendien altijd een eindje bij de gebeurtenissen vandaan en vertelt het verhaal vaak vanuit het perspectief van de dader, zonder zich te diep in het gevoel van het slachtoffer te verplaatsen. Soms richt de verteller zich tot de lezer, met vaak een wat ironische toon, en dat schept nog meer afstand. Er zijn zelfs enkele columnachtige teksten opgenomen – over aspecten van angst en verhalen. Die vond ik minder geslaagd. Voor mij hoorden die niet in een verhalenbundel thuis. Een experiment om eenzelfde gebeurtenis in twee verhalen te gebruiken, een keer vanuit de ene persoon beschreven en de andere keer vanuit de andere, was leuk maar had geen mooie wending die het naar een hoger niveau kon tillen. Een gemiste kans. Ook het verhaal Made in Kenia viel me wat tegen – het ging vooral om een woordspeling.

Mijn laatste kritiekpuntje betreft het eerste verhaal. Daarin komen karakters voor die doen aan hekserij. De beschrijving van deze karakters is wat stereotype. Ook trekken de ouders van de hoofdpersoon direct conclusies aan de hand van de kleding van mensen. Ik denk dat deze mensen niet op Castlefest zouden moeten rondlopen, dan zouden ze een rolberoerte krijgen. Ik vind het altijd jammer als verhalen vooroordelen zouden bevestigen. Later in het verhaal bleek het toch net wat genuanceerder en waren het niet de heksen die verantwoordelijk waren voor het lot van de hoofdpersoon, maar de hoofdpersoon zelf (die bovendien niet goed naar het advies van de anderen had geluisterd). Een klein puntje misschien, maar ik dreigde er toch even over te struikelen. Het verhaal werkt verder prima en werkt toe naar een mooie conclusie. Het leven op het Gelderse boerenland heeft Ronald ook mooi getroffen – het kwam in elk geval op mij overtuigend over!
Kortom, wat mij betreft een mooie aanwinst voor het horrorgenre in het Nederlandse taalgebied. Wil je even lekker griezelen, dan biedt deze bundel je daarvoor ruimschoots voldoende materiaal!

Schrijven Magazine

Eerder verschenen op Hebban

Boeken van deze Auteur:

Het gevaar van het water

Sluimerend kwaad