"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

't Hooge Nest

Woensdag, 13 mei, 2020

Geschreven door: Roxane van Iperen
Artikel door: Jan Koster

Meeslepende reconstructie

[Recensie] Toen Roxane van Iperen in 2012 in ’t Hooge Nest ging wonen, een oude villa in Naarden, kon ze niet bevroeden wat zich met name in de oorlogsjaren in en om het huis had afgespeeld. Het is gebouwd rond 1920 in opdracht van Dirk Witte, destijds een beroemd tekstschrijver en nog steeds bekend van het lied Mensch, durf te leven. Dat is een zin die in dit aangrijpende verhaal af en toe terugkomt. Aan het begin van de oorlog werd het niet permanent bewoond. Het kwam in het vizier van verzetsgroepen die op zoek waren naar onderduikadressen. De zussen Janny en Lien Brilleslijper en hun naaste familie waren, niet voor het eerst, op zoek naar een toevluchtsoord. De kans om dit relatief afgelegen huis te bewonen grepen zij met beide handen aan.

Janny en Lien Brilleslijper

In ‘t Hooge Nest reconstrueert Roxane van Iperen een deel van het leven van deze Joodse zussen. Janny is de stabielste van de twee. Zij is actief geweest in de ondergrondse beweging tijdens de Spaanse burgeroorlog. Inmiddels is zij getrouwd met Bob Brandes. Zij hebben haarscherp in de gaten dat het leven van de Joodse bevolking alleen maar ellende staat te wachten onder het juk van de nazi’s. Met vooruitziende blik heeft zij geweigerd om in haar paspoort te laten opnemen dat zij Joods is. Het heeft haar een tijdje kunnen helpen en dat was hard nodig gezien de illegale activiteiten van het echtpaar.

Lien is luchthartiger. Zij treedt op zolang het kan en heeft niet de vooruitziende blik van haar zus. Zij heeft een relatie met een Duitser, Eberhard Rebling, die net zo veel redenen heeft om uit beeld te blijven als zijn vrouw. Als hij zou worden opgepakt wacht hem de doodstraf; een landverrader met een Jodin als partner.

Boekenkrant

Een relatief veilig toevluchtsoord

Het is Janny die het goed heeft gezien. De Joden zitten in een fuik waaruit ontsnappen steeds moeilijker wordt. De Amsterdamse wijk waar zij zijn opgegroeid, vooral bevolkt door Joden, wordt steeds leger. Zij weten tijdig te ontkomen en na een korte tussenstop komen zij terecht in ’t Hooge Nest, met hun naaste familie. Het ligt afgelegen en zij wanen zich daar relatief veilig.

Er komen steeds meer mensen te wonen. Met de nodige creativiteit bouwen zij verschillende schuilplaatsen en een eenvoudig doch doeltreffend ‘alarmsysteem’ werpt zijn vruchten af. De steeds talrijker bewoners wanen zich veilig, soms lijkt de echte wereld ver weg. Je kunt erop wachten dat het een keer misgaat, zeker in een omgeving met relatief veel nazi-sympathisanten. Toch duurt dat nog ongeveer twee jaar. De zussen komen in Westerbork en na enige tijd gaan zij op transport. Ondanks grote ontberingen weten zij het te overleven. Een zekere bekendheid ontlenen zij aan het feit dat zij zo ongeveer als laatsten de zusjes Anne en Margot Frank levend, en hun dood van nabij, hebben meegemaakt.
De zussen Brilleslijper hebben nog jaren geleefd, Lien overleed in 1988 en Janny in 2003.

Meeslepend

’t Hooge Nest is een meeslepende reconstructie van die donkere jaren. Aanvankelijk is het vooral beschrijvend, later beleef je de gebeurtenissen meer mee door de ogen van de hoofdrolspeelsters, met name Janny. Of het bewust zo is opgebouwd is mij niet bekend maar het werkt goed uit. Gaandeweg leef je steeds meer met hen mee en vooral hetgeen zij meemaken in de concentratiekampen is aangrijpend. De ellende waarmee zij en heel veel anderen te maken hebben is onvoorstelbaar gruwelijk.

Uit het verhaal wordt wel duidelijk dat het Nederlandse volk twee gezichten heeft getoond. Natuurlijk waren er gelukkig heel wat mensen die zich hebben verzet en de vervolgden zo goed zij konden hebben geholpen. Met gevaar voor eigen leven. Maar er waren er ook veel, heel veel, die geen poot uitstaken en wegkeken. Ook de dubieuze rol van de Joodse Raad komt goed uit de verf.
Toch blijft het lastig hierover te oordelen. Niemand kan zeggen hoe hij of zij zelf zou hebben gehandeld in vergelijkbare omstandigheden. Dapperheid met de mond belijden is nog heel wat anders dan ernaar handelen.

Het moet verteld blijven worden

Het is wel jammer dat er wat slordigheden en onjuistheden in zijn blijven zitten. Het hoofdkwartier van de NSB bevond zich in Utrecht, niet in Den Haag. Wel aan de Maliebaan, maar die bevindt zich ook in Utrecht, niet in Den Haag. Ook de passage dat men in het donker lopend over straat de bewoners in de huizen kon zien zitten kan niet kloppen. Verduistering was verplicht en er werd streng op gecontroleerd. Het doet wel een beetje afbreuk aan het verder bijzonder mooie en waardevolle boek.

Want dat is het zeker. Over deze periode is al zo veel bekend, maar er is ook nog zo veel niet verteld. Roxane van Iperen heeft serieus werk gemaakt van het verhaal van de twee dappere zussen Brilleslijper. Af en toe zie je commentaren alsof de Joodse bevolking zich als makke schapen heeft laten afslachten. Alleen al om deze onzin te ontkrachten verdient ‘t Hooge Nest alle lof en is het een belangrijke aanvulling op hetgeen wij al weten.

Eerder verschenen op jkleest


Laat hier je reactie achter:

1 reactie op “’t Hooge Nest

  1. Bij het lezen van het hele verhaal was ik diep geschokt te ontdekken dat zovelen weg keken
    mijn ouders ook maar ook grote gedeelten van politie en vele andere gezagdragers.
    Ik schaamde me dat ik Nederlandse ben .
    Zelf geboren in januari 1945 in Celle Duitsland als enige van een groot gezin als NSB kind bijna dood
    gegaan als gevolg van verwaarlozing in een zieken huis omdat ik een nsb kind was ik heb de littekens nog op mijn achter hoofd en in mijn paspoort dat ik in Duitsland ben geboren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.