"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Thuis

Zondag, 26 maart, 2023

Geschreven door: Bram van de Beek
Artikel door: Wolter Huttinga

Over de betekenis van de kerk

De auteur

[Recensie] Bram van de Beek is emeritus hoogleraar theologie. Hij schreef de afgelopen decennia een indrukwekkend oeuvre bij elkaar, waarvoor hij vorig jaar de Theologie Oeuvreprijs ontving tijdens de Nacht van de Theologie.

Van de Beeks werk heeft altijd iets groots en meeslepends gehad. In zijn vroege werk schreef hij rauw en invoelend over het lijden van de mens en een creatief boek over de Heilige Geest als ‘adem van God’. Vanaf zijn boek Jezus Kurios uit 1998 begon hij aan een serie stevige monografieën over de leer van de kerk. Zijn blik zou je vaak duister en somber kunnen noemen. Er is niet veel om blij van te worden in deze wereld. En ergens is de boodschap heel simpel: alles draait het om het kruis van Christus. Daar moeten we als christenen naartoe en doorheen. Maar dan sta je met Christus ook weer op. Dus zo somber is dat al met al niet, vindt de auteur.

Thematiek

Boekenkrant

Tussen zijn lijvige boeken door heeft Bram van de Beek ook altijd kleine, behapbare boekjes geschreven. Dit is zo’n dun boekje. Het gaat over de kerk. Wat is de kerk? Waar staat zij voor? Of waar zou zij voor moeten staan in de huidige wereld?

Het is voor een groot deel geschreven als een soort toegankelijke catechese over de kerk. Hij spreekt veelal een ‘je’ en ‘jou’ aan waarmee hij waarschijnlijk mikt op jonge gelovigen of meer zoekende zielen aan de kerkrand. Intussen richt hij zich ook soms tot een ‘wij’, waarmee hij dan generatiegenoten bedoelt en deelt hij sneren uit over kerkelijke praktijken die hem niet zinnen.

Wat is de kerk? Kort en wel is dat ‘de gemeenschap van gedoopten’, zegt Van de Beek. Als je gedoopt bent, ben je deel geworden van de nieuwe werkelijkheid van God in Jezus Christus. Je hebt deel aan zijn kruis en opstanding. Ook als mensen massaal besluiten niet meer in het spoor van die doop te leven, blijven Gods beloften onwrikbaar staan, zegt de auteur.

Van de Beek is er vervolgens niet de persoon naar om de kerk leuk, gezellig en laagdrempelig te maken zodat er maar mensen aangehaakt blijven. In de kerk wordt het Woord bediend, de genade verkondigd, de sacramenten uitgedeeld. Er is wat hem betreft een sobere, ernstige liturgie.

Doelgroep

Voor wie is dit boek nu geschreven? Wie wil de auteur bereiken? Zoals ik opmerkte spreekt hij soms een jongere ‘jij’ aan en dan een oudere ‘wij’. Volgens mij is het punt dat het de auteur eigenlijk geen zier kan schelen wie hij bereikt, sterker nog, hij gaat ervan uit dat zijn boodschap toch aan dovenmansoren gericht is. Dat past verrassend goed bij zijn theologie. God laat zijn Woord toch wel klinken, ook al luistert er niemand. En dat er niemand luistert, dat merken we onderhand wel in de steeds leger wordende kerken. Maakt niet uit, zegt Van de Beek, gewoon doordreunen, dat is wat de kerk moet doen. ‘Je bent gedoopt, en die beloften gelden nog steeds!’, echoot het in de holle ruimte.

Typerende zinnen

‘De bediening van het Woord is de voortdurende bevestiging van de doop. Dit wordt over ons uitgesproken, of dat nu op dat moment tot ons doordringt of niet. Tot de kinderen die werden gedoopt drong het ook niet door. Tot de mensen die onder de preek zitten te slapen dringt het ook niet door. Maar daarom blijft het wel waar.’

Reden om dit boek niet te lezen

Ik vind het een saai, eentonig en weinig relevant boek. Van de Beek roept hier vooral chagrijnig: ‘Ik leg het nog een keer uit!’. Op zich zou je zijn oproep tot de kerk om vooral traditioneel te zijn, zonder allerlei toeters en bellen uit de kast te trekken nog verfrissend kunnen noemen. Inderdaad, een kerk die zich alleen maar aanpast aan de waan van de dag zal gauw ten onder gaan en ook niets meer te verkondigen hebben.

Maar Van de Beek slaat door naar de andere kant. Bij hem kan het Woord van God alleen maar vreemd, anders en ontwrichtend zijn en nooit raken aan menselijke verlangens. De titel van het boek is dan ook onjuist. Een ‘thuis’ is immers precies wat de kerk van Van de Beek nooit zal worden.

Reden om dit boek wel te lezen

Je twijfelt geen seconde aan de doorleefde spiritualiteit van de auteur. Het heeft ook z’n charme, dit eenvoudige, sobere en innige protestantisme. Net als de lege kerken van Saenredam.

Eerder gepubliceerd in Trouw