"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Vandaag heb ik een Papoea ontmoet

Dinsdag, 2 maart, 2021

Geschreven door: Aad Kamsteeg
Artikel door: Quis leget haec?

Wiyottu omarmde me en zei: “Chris, vandaag heb ik een Papoea ontmoet”

[Recensie] Journalist Aad Kamsteeg reisde in 2014 naar West-Papoea, een deel van het huidige Indonesië. Hij schreef daar een boek over wat ik op dit blog al eens besprak, Ooggetuige in Papua. Toch voelde hij de behoefte om nog een boekje te schrijven over het leven van zijn gids daar, Chris Padwa. Dat deed hij en daarom ligt Vandaag heb ik een Papoea ontmoet nu voor me.

Het is geen dik boek, 79 pagina’s, en ik verwacht niet dat veel mensen het zullen lezen. Ik hoop het wel, want het boekje is bedoeld om de aandacht voor de schrijnende situatie in West-Papoea onder de aandacht te houden. Ik heb zelf een veel persoonlijker reden om het te lezen; Chris Padwa was ook mijn gids in zijn prachtige land.

Zo’n dun boekje mag geen biografie heten en zo is het ook niet bedoeld. Kamsteeg wil het leven van Chris Padwa plaatsen in de geschiedenis en het heden van zijn land. Dat begint in dit geval met Padwa’s geboorte, in 1942. De oorlog is nog bezig maar daarna wordt het gezag over Nieuw-Guinea door de Amerikanen weer aan Nederland overgedragen. Nederland zet een politiek van versnelde ontwikkeling in waardoor er onder meer geschoolde Papoea’s komen, bijvoorbeeld voor de overheid. Ook Chris gaat naar school en begint een opleiding als verpleger. Dat stopt als hij de directeur van het internaat met een bord nasi bestookt omdat hij een ‘vieze, domme en onbeschaafde Papoea’ werd genoemd. Zijn politieke bewustzijn werd in die tijd gevormd.

Uiteindelijk zou Indonesië zeggenschap over West-Papoea krijgen door druk van de Verenigde Naties en door de gefingeerde “Daad van vrije keuze”, de telling waarbij aangewezen kiesmannen door Indonesië werden gedwongen om te kiezen voor aansluiting bij Indonesië. Chris Padwa raakt betrokken bij de verzetsbeweging, de Organisasi Papua Merdeka (OPM). Hij wordt uiteindelijk gevangen gezet en gemarteld.

Boekenkrant

Kamsteeg wisselt het persoonlijke verhaal van Padwa af met de gebeurtenissen in West-Papoea. Hij vertelt over het grote transmigratie-programma, waardoor er inwoners uit andere delen van Indonesië worden ingevlogen, zodat de Papoea geleidelijk aan een minderheid in eigen land wordt. Hij vertelt over het drama bij de Watertoren, waar de vlag van Papoea werd gehesen en waar een demonstratie werd georganiseerd. Die werd keihard neergeslagen. Grote groepen Papoea’s werden naar de haven van Biak gedreven en naar de fregatten gebracht. Naar later bleek vonden er zware martelingen plaats, eindigend in executie. Ook vertelt Kamsteeg over de Amerikaanse deal met betrekking tot de Freeport Mijn in West-Papoea. De Amerikanen én Indonesië verdienen kapitalen aan die mijn, de Papoea’s zien er niets van terug.

Chris wordt vrij gelaten maar wordt in de gaten gehouden. Door zijn activiteiten kunnen ook zijn kinderen moeilijk werk vinden. Uiteindelijk mag hij wel in het openbaar getuigenis afleggen van wat hij heeft meegemaakt. Chris vertelt;

“Onder de belangstellenden bevond zich… een hoge Indonesische generaal, Wiyottu. Zijn interesse vloeide voort uit het feit dat zijn eigen vader in 1965 bij de massaslachtingen tegen de communistische PKI was doodgeschoten. Ik herinner me dat hij onder de indruk was toen ik in een toespraak zei dat ik mijn excuus wilde aanbieden voor het feit dat ik in het verleden Indonesiërs heb gehaat. Ik voegde daaraan toe dat ik nu niet meer haat en dat we het land samen moeten opbouwen met de taal der liefde. Want, zei ik, met de taal der liefde kan een blinde zien en een dove horen.” Wiyottu omarmde me en zei: “Chris, vandaag heb ik een Papoea ontmoet.”

Het is zoals ik mij Chris ook herinner. Trots op wie hij is en op zijn land, vriendelijk en positief, maar ook duidelijk in waar hij voor staat. Kamsteeg ervaart dat ook zo:

“Voor wat de toekomst betreft, heeft Chris een duidelijke boodschap aan Indonesië. Hij wil iedereen eraan herinneren dat een piano niet alleen blanke toetsen heeft, maar ook zwarte. Alleen als beide in ere worden gehouden, klinkt de muziek mooi.”

De toekomst stemt nog steeds niet hoopvol. Mensenrechtenschendingen zijn er aan de orde van de dag en het grote geld regeert. Het blijft dus zaak om aandacht hiervoor te vragen en daarom is dit boekje toch belangrijk. Daarnaast is het een mooi monumentje voor een bijzondere vent.

Eerder verschenen op Quis leget haec?