"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Verlangen naar een nieuw christendom

Zondag, 11 oktober, 2020

Geschreven door: Lee Samuel
Artikel door: Bert Altena

Pleidooi voor ontspannen bijbel lezen

[Recensie] In 2019 werd Samuel Lee gekozen tot Theoloog des Vaderlands. Voor de eerste keer in het nog korte bestaan van deze erebaan, betreft het iemand uit de migrantenkerken en bovendien uit de traditie van de Pinksterkerken.

Samuel Lee, die zijn wortels in het Midden-Oosten heeft en als volwassene tot geloof kwam, woont en werkt al bijna een kwart eeuw in Nederland. In de Bijlmer in Amsterdam is hij voorganger van een Engelstalige pinkstergemeente waar veel migranten komen. Daarnaast helpt hij via zijn eigen stichting migranten bij hun studie en heeft hij ook nog een aanstelling aan de Vrije Universiteit. Een druk bezet mens. Toch straalt hij in de verschillende interviews die hij sinds zijn verkiezing heeft gegeven, een opmerkelijke rust en gelijkmoedigheid uit. Vriendelijk en minzaam glimlacht hij de lezer tegemoet, vanaf de cover van zijn boekje Verlangen naar een nieuw christendom.

Die indruk wordt bevestigd door de inhoud. Diverse malen verontschuldigt Lee zich, als hij iets schrijft wat misschien bij deze of gene zeer gaat doen. Zozeer is hij bang om te kwetsen of verkeerd begrepen te worden. Dat terwijl wat hij schrijft, nu niet direct wereldschokkend of uiterst revolutionair is.

Dit boek is ontstaan uit een kritische blog die Lee schreef over de pinksterbeweging, waar hij na zijn bekering bij terecht kwam, maar waarvan hij inmiddels genoeg schaduwkanten heeft leren kennen. Vooral het eerste deel handelt over misstanden in (sommige) pinksterkerken, van welvaartspredikers, emotionele chanteurs, dubieuze gebedsgenezers en leiders met een te groot ego. Op zijn internationale reizen binnen de pinksterbeweging heeft hij het allemaal ervaren. Lee vindt het zelfs nodig om gelovigen uit de meer traditionele kerken te waarschuwen: 

Boekenkrant

“Ik noem dit soort voorbeelden zodat Nederlandse broeders en zusters uit traditionele kerken hierop bedacht zijn. Onder hen is vaak een verlagen naar opwekking en daardoor staan zij open voor nieuwe manieren van geloven; zo kunnen zij terechtkomen in extreme situaties waar zij later spijt van krijgen” (p. 40).

In het vervolg van het boekje ontvouwt hij zijn eigen ideeën, gebaseerd op het uitgangspunt dat onze gedeelde menselijkheid vooraf gaat aan alle (religieuze) verschillen. Zo voert Lee een pleidooi voor een meer ontspannen manier van bijbel lezen, voor leiderschap van onderop, ruimte voor afwijkende opvattingen en respect voor ieders beleving en opvatting – ook die van niet-christelijke gelovigen.

Ondanks zijn kritiek, is Samuel Lee vol overtuiging Pinkstergelovige gebleven. In het hoofdstuk over de Geest van Pinksteren, spreekt hij recht uit zijn hart, over de grensoverstijgende liefde en over de sociale gerechtigheid die inherent is aan een levend geloof in de kracht van de Geest. Hij deelt met ons zijn verlangen naar een nieuw christendom: 

“Christendom in Nederland sterft niet af, maar krijgt een nieuwe vorm. Er wordt nieuw leven ingeblazen in het Nederlandse christendom: aan de ene kant door de komst van de migranten en internationale kerken en aan de andere kant via de jongere generatie gelovigen die niet meer denken in denominaties en systemen maar handelen in en uit liefde” (p. 131).

Een sympathiek en bij vlagen aanstekelijk boekje van een sympathiek en oprecht gelovig mens.

Eerder gepubliceerd in Volzin en op Bert Altena