"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De Toorop Dynastie

Donderdag, 31 oktober, 2019

Geschreven door: Marjan van Heeteren, Mieke Rijnders, Caroline Roodenburg, Marja Bosma
Artikel door: Jan Stoel

Verwantschap en eigenheid

[Recensie] De Toorop Dynastie is een toegankelijk geschreven publicatie die de lezer inzicht biedt in wat het betekende om deel uit te maken van een kunstenaarsfamilie. Hoe zat het met de onderlinge relaties op artistiek en persoonlijk vlak tussen Jan Toorop (1858-1928), zijn dochter en oogappel Charley Toorop (1891-1955) en Edgar Fernhout, zoon van Charley (1912-1974)? De nadruk ligt niet zozeer op de kunstbeschouwing, maar op wat er zich tussen de generaties heeft afgespeeld. Een frisse insteek voor een publicatie.

Over de Toorops al het nodige is geschreven, zoals de prachtige catalogus Charley Toorop – Vooral geen principes! geschreven door Marja Bosma. Bosma, die we toch wel als specialiste op het gebied van Charley Toorop kunnen beschouwen maakte deze catalogus voor de overzichtstentoonstelling in 2008 gehouden in Museum Boijmans van Beuningen. Zo uitputtend als die uitgave is deze publicatie niet. Maar ook in deze fraai vormgegeven publicatie valt er veel te genieten.

‘Drie generaties’ is het schilderij, geschilderd door Charley, dat centraal staat in het boek. Het prijkt ook op de cover. Links het bronzen borstbeeld van Jan Toorop, in het midden Charley die als het ware het penseel overdraagt aan haar zoon Edgar Fernhout die rechts op het doek staat. Ze staan voor een raam in een kruisvorm. Charley staat precies voor dat kruis alsof ze zeggen wil dat zij de verbindende schakel is tussen verleden en toekomst. Mooi dat ook een foto opgenomen is waarop Edgar voor dit schilderij poseert.

Marjan van Heteren, Marja Bosma, Caroline Rodenburg en Mieke Rijnders hebben voor deze publicatie ieder een artikel geschreven. Rijnders schreef bovendien to the point beknopte biografieën van de drie kunstenaars én een korte beschouwing over hun werk. Noten, een bibliografie en een register maken de uitgave compleet. Natuurlijk zitten er kleine overlappingen in het boekwerk, maar dat stoort niet.

Pf

Marjan van Heteren heeft een vlot geschreven artikel bijgedragen over wat het betekent deel uit te maken van een schilderdynastie. Ten tijde van Bruegel leerden kinderen het schildersvak van hun vader. Dat was goedkoper dan in de leer te gaan, het ‘familiemerk’ kon in stand worden gehouden, de productie van het werk kon doorgaan, wat populair was kon voortgezet worden én je kon gebruik maken van hetzelfde netwerk. Maar nadelen waren er ook: onderlinge concurrentie, verzadigen van de markt en beperking van de artistieke vrijheid. Die voor- en nadelen, het zoeken naar de balans tussen traditie en vernieuwing, emotionele en praktische keuzes vormen de rode draad in De Toorop Dynastie.

Marja Bosma gebruikt allerlei persoonlijke bronnen om de bijzondere band tussen Jan Toorop en zijn dochter Charley te kenschetsen. Jan was nog net geen elf toen hij in 1869 met de boot van Java naar Nederland kwam. Zijn tekentalent werd ontdekt, vanaf 1880 studeert hij aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten in Amsterdam (Charley en Edgar waren autodidact). Het huwelijk met de Britse Annie Hall was van eminent belang voor zijn ontwikkeling. Jan bouwt een immens netwerk op. Hij heeft de hardheid van de straat gekend en in zijn werk blijft het sociale aspect een rol spelen. Hij richt zich steeds op nieuwe stromingen van impressionisme tot symbolisme en later ook andere stromingen. Hij bekeert zich tot het katholieke geloof – daartoe gedwongen door zijn vrouw – en wordt befaamd door zijn ‘katholieke kunst’. Jan is succesvol in zijn werk (minder in zijn huwelijksleven) en had contact met de top van de Nederlandse kunstwereld. Charley wordt in 1891 geboren en is Jans oogappel. Hij stimuleert haar tot tekenen. Hij doet alles voor haar, ondersteunt haar financieel, introduceert haar overal. Charley kan zich zo ontwikkelen. Hij bouwt zelfs een huis voor haar, ‘De Vlerken’ in Bergen. Daar gaat ze met haar kinderen wonen.

Zoals Jan zich ontworstelde aan zijn ouders (hij moest ambtenaar worden), zo zoekt ook Charley haar eigen weg door als zeventienjarige een relatie aan te gaan met de filosofisch ingestelde Henk Fernhout, een klaploper. Bovendien wil ze onder het katholieke juk uitkomen. Met Henk krijgt ze drie kinderen. Ze heeft nauwelijks tijd voor hen. De kunst is het belangrijkste.

“Alleen dat heerlijke schilderen. Verder niets.”

Ook zij heeft een oogappel: haar zoon Edgar. Haar twee andere kinderen groeien op bij haar vader en moeder. Edgar moet de derde kunstenaar worden in de Toorop Dynastie. Zij spant zich voor Edgar in, maar ze heeft niet dat invoelende en tolerante karakter van Jan.

Caroline Rodenburg gaat in haar bijdrage in op wat er zich tussen Edgar en Charley afspeelt. Edgar wordt door Charley voorgetrokken, gesteund en hij probeert zich aan haar dominantie te ontworstelen. Als hij negenentwintig jaar is raakt hij door die druk zelfs in een depressie. Het gaat hem niet goed en uiteindelijk gaat hij op de benedenverdieping in ‘De Vlerken’ wonen met zijn vrouw. Charley trekt zich terug op de bovenverdieping. Na de dood van Charley in 1955 blijven zij er wonen, tot ongenoegen van John en Annetje (de twee andere kinderen van Charley, die graag het huis wilden verkopen en het verleden wilden afsluiten). Edgar gaat uiteindelijk zijn eigen weg en na de dood van zijn moeder krijgt hij een belangrijke positie in de kunstwereld.

“Edgar had net als Jan en Charley een compromisloze houding en ging het gevecht voor de kunst aan.”

In de laatste bijdrage gaat Mieke Rijnders in op het verwantschap en de eigenheid. Ze laat onder meer het manipulatieve van Charley zien bij tentoonstellingen. In totaal zijn er acht exposities geweest over de drie generaties. Mooi is haar constatering dat Charley in de door haar samengestelde expositie in 1937 de nadruk legde op de artistieke verwantschap. De stillevens en portretten vormden de verbindende schakels. Edgar legt in 1971 de nadruk op de artistieke eigenheid.

“Opgroeien in een kunstenaarsdynastie is een gave en een opgave tegelijk.”

De catalogus verschijnt bij de tentoonstelling over de Toorop Dynastie die tot en met 26 januari 2020 te zien is in het Stedelijk Museum Alkmaar.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles