"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Vuur en duisternis

Woensdag, 22 april, 2020

Geschreven door: Sinclair McKay
Artikel door: Evert van der Veen

De totale vernietiging van een stad en haar inwoners

[Recensie] “Florence aan de Elbe” werd Dresden genoemd tot de dag kwam waarop deze stad tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog tóch nog deelde in het bittere lot dat zoveel andere Duitse steden ten deel was gevallen. Het was een meedogenloos bombardement waarbij de geallieerden alles uit de kast haalden.

Dit prachtig geschreven boek belicht deze gruwelijke gebeurtenis door de ogen van mensen die erbij waren, vooral burgers maar ook de militairen die de opdracht moesten uitvoeren. “Onthuizen” werd bombarderen eufemistisch genoemd. De stad had eind 1944 en begin 1945 al enkele luchtaanvallen op het grote spoorwegemplacement meegemaakt. Hierbij waren – bijna onvermijdelijk – ook slachtoffers gevallen maar het was eigenlijk niets bij wat er 14 februari 1945 zou plaatsvinden.

Het eerste hoofdstuk begint met een fraaie sfeertekening van het leven in de stad en schetst in scherpe trekken ook de nazistische Gauleiter Mutschmann. Onthutsend zijn de woorden van de burgemeester van Dresden in 1938 toen de mooie synagoge van de stad ten prooi viel aan de vlammen: “Het symbool van de rassenvijand is eindelijk vernietigd”, pagina 56.

Mooi en triest in het licht van de Holocaust is de wijze waarop de auteur, Brits historicus, het joodse leven in Dresden tot leven brengt in de tekst. De stad is een levendig centrum van kunst en cultuur, herbergt veel van historische waarde maar is ook een broedplaats van toenmalige vernieuwende kunst. Mensen als Richard Wagner en Richard Strauss wonen er. Ook is er een universiteit en zijn er fabrieken met hoogwaardige technologie zoals de Zeiss-Ikon optiek. Dresden is beroemd om zijn Meiszen porcelein.

Ons Amsterdam

Opmerkelijk is dat de stad zich in de jaren 30 profileerde als toeristische bestemming en zich daarbij ook richtte op Engelse en Amerikaanse toeristen met de slogan: “Komt het huidige Duitschland met eigen ogen zien”. 

Steeds komen mensen in de tekst naar voren waardoor de lezer dicht bij de stad in de toenmalige context komt. Deze mensen vertolken waarden en gedachten van de tijd waarin ze leven en door hun persoonlijke verhaal krijgt het tijdsbeeld een diepere dimensie. De auteur weet een mooie balans te vinden tussen deze persoonlijke verhalen en de grotere gebeurtenissen.

Waardevol is dat de auteur het bombardement van Dresden in een breder historisch-militair kader plaatst. Hij bespreekt de Duitse bombardementen op Londen en het doel van de nazi’s om doelbewust Britse steden van cultuurhistorische waarde te vernietigen.

Er is veel aandacht voor de geallieerde overwegingen van het bombarderen waarvan het slotoffensief veelzeggend Operatie Donderslag wordt genoemd: “De aanval moet zo hevig zijn dat in het gebied waar die plaatsvindt, de kans dat een individu overlijdt de 100 procent benadert”, aldus een document.

Interessant is het hoofdstuk dat gaat over de bemanning van de bommenwerpers, hun functies aan boord van het vliegtuig en hun persoonlijke ervaringen.

Zonder dat de auteur uit is op effectbejag, voelt de lezer in het boek de onderhuidse spanning toenemen: 14 februari 1945 nadert… Bijzonder is het feit dat men hier in Dresden geen rekening mee hield: “Niemand kon zich voorstellen dat onze stad ooit slachtoffer zou worden van een wreed en zinloos bombardement”, pagina 198. Veelzeggend is de titel van een hoofdstuk: 22.03 wanneer de eerste aanvalsgolf de stad nadert. Beklemmend en buitengewoon aangrijpend is de beschrijving van hetgeen er vervolgens gebeurt. De lezer wordt aan de hand van diverse mensen en hun belevenissen helemaal meegenomen in de nietsontziende terreur van dood en verderf die over de stad wordt uitgestort. Het was met name de verstikking door gebrek aan zuurstof waardoor veel mensen in schuilkelders omkwamen terwijl buiten vliegvuur en vuurstormen de straten teisterden. Het zijn buitengewoon aangrijpende taferelen die zich dan afspelen al doet de auteur niets anders dan gebeurtenissen verwoorden, maar dit is al genoeg om een heftig beeld bij de lezer op te roepen.

Dan komt er de volgende dag een tweede aanvalsgolf. Veelzeggend is deze zin: “Het goud-met-rode vuur waarin Dresden was gehuld en dat tot steeds hoger in de hemel reikte, was al zestig kilometer voordat ze de stad bereikten zichtbaar”, pagina 254. Aangrijpend is de totale ontreddering onder de burgers naderhand en de verhalen over overlevenden. Het doel van bombardementen “ontregeling en verwarring” is ruimschoots gehaald….

De wijze waarop er binnen regering en legerleiding over bombardementen wordt gesproken en nagedacht, is interessant maar ook wel schokkend. Over de gevolgen voor mensen wordt – tamelijk bewust zo lijkt het wel – niet of nauwelijks nagedacht. De nuchtere formuleringen zijn soms onthutsend en lijken een poging om de ernst van de gevolgen te rationaliseren. Er is intern wel een forse discussie over de woorden “precisiebombardementen” en “terreurbombardementen”. Het is belangrijk dat de auteur hier uitgebreid aandacht aan besteedt en tussen de regels door is zijn kritisch oordeel hierover merkbaar. Een aantal zwart-wit foto’s toont de stad voor en na het bombardement en zij vormen stille getuigen van wat er heeft plaats gevonden.

Een belangrijk en zeer leesbaar boek over een iconisch bombardement in de Tweede Wereldoorlog.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles