"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Waddenwolf

Dinsdag, 9 maart, 2021

Geschreven door: Corine Nijenhuis
Artikel door: Jannie Trouwborst


Feiten en fantasie in een interessante historische roman

[Recensie] We kunnen het ons nu nauwelijks voorstellen: de Waddenzee ingepolderd. Toch is dat iets wat een wonder mag heten. Meerdere keren zijn er plannen voor gemaakt en voor bijna allemaal geldt dat het daarbij is gebleven. Behalve bij het plan van Jonkheer Pieter Jan Willem Teding van Berkhout (1825-1895). Hij is daadwerkelijk begonnen aan de voorbereidingen van de inpoldering van de Waddenzee tussen Ameland en de Friese kust. Het is niet zo vreemd dat daar weinig over bekend is. En als Corine Nijenhuis zich er niet in had vast gebeten, dan zou het verder de vergetelheid zijn ingegleden. Maar in deze aansprekende historische roman staan alle feiten op een rij en krijgen we er een geromantiseerd beeld van de bedenker van dit alles bij.

Corine Nijenhuis (1925) oogstte in 2015 veel lof met haar buitengewone biografie Een vrouw van staal over het 100-jarige binnenvaartschip dat zij in 2007 kocht om er een woonboot van te maken. Het ontrafelen van een geschiedenis beviel haar en dus ging ze voor haar volgende boek op zoek naar een onderwerp, dat de nodige research met zich mee zou kunnen brengen. Het moest gaan over een groots, mislukt project uit het verleden, dat vergeten is, maar dat wel degelijk van grote invloed had kunnen zijn als het wel gelukt was. En zo kwam ze bij het Waddenproject van de Jonkheer terecht.

Het wordt een hele zoektocht naar informatie over het project, maar uiteindelijk lukt het de nodige documenten en alle feiten boven water te krijgen. Toch is het daarmee niet klaar: de persoon van Jonkheer Mr. P.J.W Teding van Berkhout moet de feiten aanvullen om tot een compleet verhaal te komen. En dat lijkt bijna onmogelijk: er is heel weinig over zijn persoon bekend. Zelfs bij zijn nazaten. Maar voor iemand die cum laude afstudeerde aan de Schrijversvakschool is het een welkome uitdaging. De Waddenwolf zal een historische roman worden, waarin de feiten en de fantasie beide een rol spelen. Dankzij de vrijheid die dat geeft, is de Waddenwolf een prettig leesbaar stukje geschiedenis geworden.

Als oudste in het gezin wordt van Pieter Jan verwacht dat hij rechten studeert en de toekomstige beheerder van de havezate Hoenlo, en het daarbij behorende landgoed in Olst, zal worden. Zijn jongere broer heeft meer keuzevrijheid en wil waterstaatsingenieur worden. Een vakgebied waarin ook Pieter Jan geïnteresseerd is. Zijn moeder is erg op haar positie en de bijbehorende status gesteld, ze verwacht dat Pieter Jan zich aan de conventies en verplichtingen van zijn adellijke afkomst houdt. Zijn vader geeft daar minder om en is meer ingenomen met de successen van zijn jongere broer. Tussen de broers botert het niet. De plannen van Pieter Jan worden in de familie dan ook bepaald niet omarmd.

Boekenkrant

De familieverhoudingen zijn niet erg affectief en maken van de jonkheer een eenzame strijder. Want hij bijt zich vast in zijn plannen voor een dam van Ameland naar de Friese kust waarbij hij rekent op een geleidelijke aanslibbing door vruchtbaar slik. Als het genoeg aangeslibd is, kan er omdijkt worden. Hij trekt geldschieters aan, probeert de Provinciale Staten van Friesland en de Staat te interesseren. Het kost allemaal heel veel moeite, geld en tijd. Uiteindelijk kan er begonnen worden. Hij gaat op Ameland wonen in een armoedige bouwkeet om dichter bij de mensen en het werk te zijn.

Maar het zit niet mee: hij moet vechten tegen de Staat en de Waterwolf, zoals de eilanders en de kustbewoners in Friesland zeggen als een zware zeestorm de kusten en dus ook zijn dam belaagt. Of dat nog niet genoeg is, beleeft de huishoudster van de pastoor een Mariaverschijning met een noodlottige voorspelling over de dam. Pieter Jan wordt gezien als de kwade genius: de Waddenwolf.

Ondanks de taaie materie over de realisering van de dam (geldstromen, ambtelijke tegenwerking en de werkzaamheden zelf) en vooraf de wetenschap dat het zal mislukken, blijft het een boeiend verhaal. De tijdgeest van de 19de eeuw komt goed uit de verf en de (verzonnen) persoonlijkheid van de jonkheer maakt er een geloofwaardig verhaal van. Je moet wel over heel veel wilskracht beschikken om zo volhardend je plannen ten uitvoer te willen brengen. De geschetste persoonlijkheid sluit goed aan bij een citaat uit een schrijven van Pieter Jan Willem Teding van Berkhout zelf:

“Mijn leven is veelal geweest een leven vol teleurstelling. Van jarenlange moeitevolle arbeid en inspanning die tot geen resultaat heeft geleid, zoodat mijn vermogen, in plaats van toegenomen te zijn, daarentegen is verminderd. Veel heeft daartoe bijgedragen, de jarenlange kosteloze deelneming aan de belangen der Maatschappij tot landaanwinning op de Friesche Wadden, welke onderneming ik steeds als eene volkomen goede onderneming heb beschouwd en nog beschouw, maar waarvoor het nodige kapitaal tot uitvoering niet te verkrijgen was.

Ik hoop dat het mijne nagedachtenis niet te zeer zal benadelen. In deze heb ik slechts het goede gewild.”
Pieter Jan Willem Teding van Berkhout – Deventer, januari 1889

Eerder verschenen op Mijnboekenkast

Boeken van deze Auteur: